Laatste nieuws
sociale geneeskunde

Een brandende vraag

Plaats een reactie

arbeidsrelevante aandoeningen

Arbeid en gezondheid

Het is niet altijd gemakkelijk om gezondheidsklachten van patiënten in verband te brengen met het werk dat zij doen. Mede om artsen daarbij te helpen zijn vier kenniscentra voor arbeidsrelevante aandoeningen (NKAA) opgericht, die de kennis op dit gebied moeten verzamelen, toegankelijk maken en verspreiden. Ook kunnen artsen een beroep doen op de diensten van het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten (NCvB).

In een reeks korte bijdragen beschrijven deze vijf centra met welke vragen artsen bij hen terechtkunnen en wat voor soort antwoorden zij mogen verwachten. Deze week een bijdrage  van het Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Longaandoeningen ‘Opgelucht werken’ (NKAL).

Werken in de gezondheidszorg is niet zonder gevaar voor de werkers zelf. Dit blijkt ook uit de volgende vraag: ‘In ons ziekenhuis speelt de discussie over carcinogeniteit van verbrandingsgassen bij het coaguleren op de OK (chirurgische rook). Voorzover onze kennis reikt, is dit geen uitgemaakte vraag. Kunt u ons uit de brand helpen?’

Antwoord NKAL


Bij het merendeel van alle chirurgische ingrepen wordt tegenwoordig gebruikgemaakt van diathermische technieken (elektro- of laserchirurgie). Hierbij komt ‘chirurgische rook’ vrij door verbranding van weefsel. Deze rook bestaat uit een aërosol van partikels die zo klein zijn dat ze een gewoon operatiemasker moeiteloos passeren. Kleine partikels kunnen in principe diep in het luchtwegsysteem penetreren. Net als bij tabaksrook gaat het hier om een veelvoud aan stoffen: carbonaten, toxische gassen en dampen, carcinogene en mutagene stoffen en partikels afkomstig van patiëntenweefsel. Als carcinogene stoffen zijn onder meer aangetoond: benzeen, tolueen, xyleen, formaldehyde en polycyclische koolwaterstoffen. Daarnaast kan chirurgische rook ook viraal DNA bevatten; humaan papillomavirus, HIV en hepatitis-B-virus worden in de literatuur genoemd. Van chirurgische rook is een irriterend effect bekend op de ogen en de luchtwegen. In dierexperimenteel onderzoek zijn nadelige effecten aangetoond op het longweefsel van ratten, waaronder de ontwikkeling van emfyseem.


Over de feitelijke niveaus van expositie is nog niet veel bekend. Recentelijk werd een onderzoek uitgevoerd in het Academisch Ziekenhuis Groningen. Hierin werd geconstateerd dat het vooral gaat om piekblootstellingen. Wordt op basis van deze meetgegevens en vergelijkbare gegevens uit de literatuur een gemiddelde blootstelling over acht uur geschat, dan blijft deze voor de stoffen waarnaar metingen zijn verricht ruim onder de in Europa en de Verenigde Staten geldende grenswaarden.


Uit ander onderzoek blijkt dat de traditionele rookafzuigsystemen onvoldoende effectief zijn om chirurgische rook volledig af te zuigen. Aanbevolen wordt om speciaal ontworpen smoke evacuators toe te passen voorzien van een ULPA-filter, waarmee de rook direct bij de bron wordt weggevangen. ULPA staat voor ultra low penetration air.


Zo lang geen epidemiologisch onderzoek is gedaan naar de risico’s van blootstelling aan chirurgische rook, is het risico ervan moeilijk te bepalen. Een lastige factor in zulk onderzoek zal zijn dat er andere risicofactoren zijn op de OK, zoals de blootstelling aan narcosegassen en aan chirurgische materialen als methacrylaten. Wat dan verantwoordelijk is voor eventuele gezondheidseffecten is dus moeilijk te zeggen.

Geen paniek


Chirurgische rook bevat stoffen die vanwege hun toxische eigenschappen potentieel riskant zijn. Een goede afzuiging zo dicht mogelijk bij de bron moet daarbij worden aanbevolen. Aanvullend kan gebruik worden gemaakt van speciale laserchirurgiemaskers en spatschermmaskers die een veel betere bescherming bieden dan een gewoon operatiemasker. Dit geldt zeker voor mensen die hinder ervaren van chirurgische rook.


Er is anderzijds geen reden voor paniek. Op grond van de beschikbare meetgegevens lijkt een overschrijding van grenswaarden niet waarschijnlijk. Die gegevens zijn overigens nog wel beperkt voor wat de situatie in Nederlandse ziekenhuizen betreft. Bovendien dient als uitgangspunt bij beroepsmatig contact met carcinogene stoffen te worden gehanteerd dat de expositie zo laag mogelijk moet zijn. 

Het Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Longaandoeningen ‘Opgelucht werken’ (NKAL) wordt gedragen door het Universitair Long Centrum Dekkerswald (ULC) en de afdeling Sociale Geneeskunde van het UMC St. Radboud in Nijmegen.


Correspondentieadres: Postbus 9001, 6560 Groesbeek, tel. 024 685 9257, e-mail:


opgelucht-werken@kenniscentra.nl


Op onze website (

www.opgelucht-werken.nl

) kunt u enkele links vinden over dit onderwerp.

beroepsziekten
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.