Blogs & columns
Dingeman Rijken
3 minuten leestijd
Blog

De dood op de loer - Dingeman Rijken

4 reacties

| volgende »»

Dinsdag 2 december 2014                                        

Het ebolabehandelcentrum van het Rode Kruis is gebouwd op een afgelegen stuk grond, ongeveer 20 kilometer ten noorden van de stad Kenema. De kern van het centrum wordt gevormd door het ‘hoogrisicogebied’ waar patiënten verpleegd worden. Dit is onderverdeeld in drie zones: ‘confirmed’ voor patiënten met een positieve bloedtest, ‘probable’ voor patiënten met voor ebola typerende symptomen ontstaan na contact met een besmet persoon, en ‘suspected’ voor overige patiënten.

Genezen patiënten verlaten het centrum via de ‘happy shower’ met chloorwater. Al hun bezittingen worden verbrand, en ze krijgen nieuwe kleren en een certificaat als bewijs dat ze genezen zijn. Dit laatste is zeer belangrijk voor de acceptatie door hun families en gemeenschappen. Helaas kan het stukje papier de angst niet altijd wegnemen.

Overleden patiënten liggen op de speciale begraafplaats naast het centrum. Zowel een imam als een priester heeft de grond gewijd. Er zijn tientallen graven in nette rijen. Op elk graf staat een bordje met de naam en leeftijd van de overledene. Het contrast van de roodbruine graven en het glooiende groene landschap is groot. Het is een indrukwekkende plaats…

Aan de andere kant van het centrum is onlangs een kinderopvang gebouwd, voor gezonde kinderen van zieke ouders. Ze verblijven hier gedurende hun quarantainetijd en worden verzorgd door ‘survival nurses’. Deze verpleegkundigen werkten in het regeringsziekenhuis van Kenema tot ze eerder dit jaar besmet raakten met ebola. Hun verhalen zijn hartverscheurend. Eén van hen bracht drie weken door in een geïmproviseerd behandelcentrum, de vloer bedekt met een dunne laag van uitwerpselen en braaksel, terwijl om haar heen collega’s en vrienden stierven. Binnen enkele weken stierven 37 collega’s. Anderen overleefden maar werden afgewezen door hun families en gemeenschappen als gevolg van angst en stigmatisering.

Op dit moment zijn er ongeveer 27 patiënten in het centrum. Een nauwkeurig aantal is moeilijk vast te stellen. Het hoge sterftecijfer en de frequente stroom nieuwkomers zorgen voor grote schommelingen. Hoewel het aantal besmettingen in Kenema lijkt te zijn afgenomen, nemen besmettingen in andere plaatsen weer toe. Momenteel komen er zelfs patiënten uit de hoofdstad Freetown, die 300 kilometer verderop ligt. Velen van hen zijn ernstig ziek als ze arriveren, nadat ze ook nog eens in een overvolle en stikhete ambulance hebben gelegen. Een deel van hen haalt de volgende ochtend niet.

De doktersronde begint om 11 uur. Vanwege de hoge temperatuur kunnen we niet langer dan 60 minuten in de beschermende pakken werken. Tijdens de voorbespreking besluiten we welke patiënten gezien moeten worden. De zieke patiënten liggen gewoonlijk op de veldbedden in de tenten. Eén van hen is een 14-jarige jongen. Hij ligt op zijn buik met zijn hoofd rustend op zijn armen. Hij ziet er erg zwak uit en spreekt met zichtbare moeite klagend over de pijn in zijn lichaam. We helpen hem overeind en geven hem wat water. Na een paar moeizame slokjes collabeert hij. Zijn ogen draaien weg en zijn ademhaling wordt oppervlakkig. Machteloos kijken we toe. De tijd dringt, we moeten verder. Drie kwartier later ziet een ander team de jongen. Hij is dood.

Op weg naar de uitkleedtent lopen we langs de 12-jarige Umaru. Hij is verward en onrustig. Bloed loopt uit zijn mond. Om te voorkomen dat hij van het veldbed valt, leggen we hem op een mat op de grond. Er zijn verschillende mogelijke oorzaken voor zijn verwardheid, allemaal even ernstig, en we kunnen er weinig tot niets aan doen. 

Vanmiddag worden vier patiënten begraven zonder hun familieleden. Misschien wonen ze te ver weg, misschien zijn ze in quarantaine, misschien zijn ze dood. Mannen in beschermende pakken laten de lichamen een voor een zakken in de graven. Bij het open graf wordt voor elke overledene een islamitisch of christelijk gebed gedaan. Iemand leest voor uit Job 14: ‘Een mens, geboren uit een vrouw, kort zijn dagen, doordrenkt van onrust. Als een bloem ontluikt hij en verwelkt, hij is als een schaduw en houdt geen stand…’

Wanneer we teruglopen naar het centrum staat een ambulance voor de poort. Achterin liggen twee patiënten met mogelijke ebola. De eerste is een 25-jarige traditionele genezer. Hij ziet er redelijk sterk uit, maar klaagt over bloederige diarree en braaksel. De tweede patiënt is een ernstig verzwakte 55-jarige vrouw. De urine druipt van haar brancard. De dood ligt op de loer.

In de namiddag rijden we terug naar Kenema. Het is stil in de auto; iedereen lijkt in gedachten verzonken. Het was een lange en intensieve dag.


Dingeman Rijken


| volgende »»

© Dingeman Rijken
© Dingeman Rijken
Ebola over de grens
  • Dingeman Rijken

    Tropenarts Dingeman Rijken was tijdens de feestdagen niet bij zijn familie in Nederland, maar stelde zijn leven in de waagschaal om patiënten in het door ebola geteisterde West-Afrika te helpen. Hij werkte van november tot januari in een ebolabehandelcentrum van het Rode Kruis bij Kenema in Sierra Leone.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.