Blogs & columns
André Weel
André Weel
3 minuten leestijd
Blog

Als re-integratie kansloos is ….

3 reacties

Uitgeblust zit hij op zijn stoel. Hij straalt moedeloosheid uit. En zijn vrouw oogt al even deprimerend. Een tobberig echtpaar, meneer en mevrouw Van Dam. Hij heeft veel last van hartritmestoornissen. Die kunnen alleen medicamenteus in toom worden gehouden.

Zijn hoofdklacht is vermoeidheid, gebrek aan energie. Verder loopt hij moeilijk vanwege knieklachten. Dat zal wel samenhangen met zijn vroegere hobby: voetbal, en de vele knieblessures. Nu zit hij met een instabiele knie en forse artrose. Daardoor kan hij zijn werk als elektromonteur al bijna twee jaar niet doen. Diverse pogingen om het werk weer op te pakken zijn mislukt. Ook als hij het voor halve dagen probeerde. Van Dam is nu 63 jaar. Op zijn twintigste is hij in dit werk begonnen. Hij is er nu helemaal klaar mee. Hoeveel re-integratie-inspanningen mag ik van hem nog eisen en verwachten? Hoe zinvol is het om een 63-jarige te re-integreren naar ander werk als hij zelf, op basis van teleurstellende ervaringen, hier de zin niet van inziet? Van Dam heeft vrede met een arbeidsloos bestaan. Zijn thuissituatie speelt daarbij mee. Mevrouw Van Dam is herstellende van een CVA na een hartoperatie en kan niet veel in het huishouden.

Geen spectaculaire casus. En niet uitzonderlijk. Door de verhoogde pensioenleeftijd komen zulke situaties steeds vaker voor. De wet- en regelgeving is helder. Van Dam heeft een participatieplicht. Van hem wordt verwacht dat hij zijn best doet om aan het werk te blijven tot hij over drie jaar met pensioen mag. Maar de praktijk is weerbarstig. Ik denk niet dat Van Dam nog ander werk zal vinden. Wat moet ik met hem? Hoeveel inspanning moet ik mij getroosten om hem te motiveren om het in mijn ogen uitzichtloze en stressvolle re-integratietraject aan te gaan? Dat heeft toch geen zin. Maar anderzijds … afzien van re-integratie-inspanningen heeft nadelige financiële consequenties voor hem. Wie ben ik om af te wijken van de regels? Kan ik wel afwijken? Welke argumenten heb ik? Ik sta in tweestrijd.

Ik ben ooit bedrijfsarts geworden omdat ik het een zinvol vak vond. Maar welke toegevoegde waarde heb ik hier? Dit heeft toch geen zin? Van Dam wordt binnenkort gekeurd voor de WIA. De verzekeringsarts zal vaststellen welke beperkingen hij heeft. Ik zal rapporteren dat alle serieuze hervattingspogingen zijn mislukt. Hopelijk weegt dat mee. De verzekeringsarts zal voor Van Dam een functionele-mogelijkhedenlijst invullen, een zogeheten FML. Staan, lopen, klimmen, bukken, knielen. Maar ook dingen als overleggen, conflicten hanteren en leidinggeven. Wat kan Van Dam nog wel en wat niet meer? De FML is een soort meetlat. Een functioneel-utilitaristische benadering van de mens. De FML reduceert de mens tot de som van zijn functionele mogelijkheden. De FML zegt niets over coping en regelmogelijkheden in het werk. En helemaal niets over motivatie of zingeving. Dat blijft allemaal buiten beschouwing volgens de Nederlandse wetgeving. In ons socialezekerheidsstelsel legt de wens van Van Dam om te stoppen met werken geen gewicht in de schaal. Hij kan zijn zin niet krijgen. Officieel is er geen ruimte om hem tegemoet te komen. Maar het voelt niet goed. Kan ik hem niet zoveel beperkingen meegeven dat hij volledig wordt afgekeurd?

Lastige vragen. Moet de participatieplicht tot elke prijs worden afgedwongen? Of geldt hier genade voor recht? Zou dat eigenlijk niet een recht moeten zijn, die genade van vrijstelling van arbeid na zoveel jaar werken? Is dat geen gerechtigheid? Ook al kent de wetgever dat woord niet. Als ik daaraan mag meewerken, die gerechtigheid mag dienen … als ik daar de ruimte voor krijg, dan is dat geen zwakte. Ik zoek die ruimte. Ik neem die ruimte. Dan doe ik iets zinvols.

Meer van Abré Weel

  • André Weel

    André Weel is bedrijfsarts-niet-praktiserend en epidemioloog; werkzaam als curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk.'  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Siep de Groot

    Huisarts, niet praktiserend, Eelderwolde

    Een moeilijke siruatie zoals ze een half leven aan mij voorbij zijn gegaan
    Van Dam zou als hij dat kan niet meer met al het gedoe van keuringen en afkeuringen bezig moeten zijn, maar genieten van elke dag in zijn leven. Als er wat geldtekort ontstaa...t dient hij sober te leven, zoals in de
    Afgelopen 2e wereldoorlog toen er ook met heel weinig geld moest geleefd worden en de burger die niet achtervolgd werd door de vijand toch heel gelukkig kon zijn ondanks dood en verderf.

  • M. de Vries

    AIOS verzekeringsgeneeskunde, Amsterdam

    Per 01-01-2021 is het financiële probleem van meneer van Dam (gedeeltelijk) opgelost. De verzekeringsarts wordt dan immers niet meer bij de RIV-toets betrokken. Dat betekent dat na 2 jaar loondoorbetaling bij ziekte, werkgever en werknemer netjes afs...cheid kunnen nemen van elkaar als er van re-integratie niks terecht is gekomen, en de bedrijfsarts aangeeft dat daar een medische reden voor was/is.

    Als er daarna een gedeeltelijke WIA uit komt, zit meneer van Dam nog 2-3 jaar “goed” met een uitkering ter hoogte van 70% van zijn laatste loon (LGU). Alleen mist hij een jaar of 4 pensioenopbouw.... Dit geldt trouwens ook als er géén arbeidsongeschiktheidspercentage uit komt, dan volgt er namelijk 2-3 jaar WW. Hopelijk beëindigt werkgever ook écht het dienstverband, en houdt hij/zij het niet slapend. Dan volgt er namelijk ook een transitievergoeding.
    Bij een percentage van 80-100% arbeidsongeschiktheid zit meneer van Dam tot aan zijn pensioenleeftijd “goed”. UWV herkeurt immers nauwelijks.

    Hier is niks op tegen als meneer van Dam, met zijn 63 jaar, zich van de risico’s bewust is (pensioengat, misschien nog een jaar bijstand/IAOW) en als hij niet meer wil werken. Er is echt wat voor te zeggen dat werkgevers eerder/gemakkelijker uit hun verplichtingen naar meneren van Dam worden ontslagen. Steeds langer doorwerken is een maatschappelijke eis, en de maatschappij mag dus best voor (een groot deel van) de kosten opdraaien als dat niet lukt bij ‘verslijten’ van de werknemer. Je zou dit kunnen zien als reparatie van de verhoogde AOW-leeftijd.

    Maar wat als meneer van Dam 50 is? Of mevrouw van Dam 38? En ze hoog-opgeleid zijn? Pas op hun 25e de arbeidsmarkt hebben betreden, lichamelijk niet-zwaar werk doen, en eigenlijk vooral last hebben van SOLK? Of psychische klachten hebben, die in beginsel goed behandelbaar zijn maar waar de wachtlijsten voor vertraging van behandeling zorgen? Voor hen bestaat deze ‘escape’ ook, maar was werken niet juist gezond?

  • Edward van Glabbeek

    Bedrijfsarts , BAKEL

    Zeer herkenbaar Andre. Al die zogenaamd verplichte rituele dansen zijn echt zinloos. Ik zou dat ook "gewoon" zo benoemen dat je er daarom geen advies over geeft? Ik bespreek dat zo ook met de werknemer én werkgever.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.