De fabel van het uurtarief
Plaats een reactie
Twee weken geleden (MC nr. 3/2001, blz. 79) schreef oogarts Van der Pol mede namens een aantal collegas een ingezonden brief over het uurloon dat is overeengekomen in de nieuwe arbeidsvoorwaardenregeling voor de medisch specialisten in algemene ziekenhuizen, categorale instellingen en revalidatie-instellingen (AMS).
Hij geeft een opsomming van uurlonen die volgens hem voor bepaalde functies gelden. Dit om een relatie te leggen met de beloning volgens de nieuwe regeling. Hij suggereert met voorbeelden, variërend van advocaat en consultant tot installateur en automonteur, niet alleen dat die beroepsbeoefenaren deze uurtarieven als salaris ontvangen, maar wil tevens aantonen dat het in de AMS overeengekomen uurloon voor de medisch specialisten (oplopend van circa 56,- tot 99,-, met een bijbehorend jaarsalaris van 140.000,- respectievelijk 230.000,-) onaanvaardbaar laag is. De belangrijkste denkfout van Van der Pol is dat de door hem genoemde bedragen uurtarieven zijn die de klant in rekening worden gebracht, en géén salarisbedragen zoals in de specialistenregeling. Van deze uurtarieven moeten namelijk nog alle bedrijfskosten worden betaald: voor administratie, verkoopapparaat, gebouwen, ondersteunend personeel, secretariaat, investeringen, automatisering, én het salaris van de medewerker die de klus heeft geklaard. Een tweede fout is dat men er rekening mee moet houden dat niet alle uren declarabele uren zijn. Voor hen geldt dat er ongeveer 1.500 uren per jaar zijn die in rekening kunnen worden gebracht. Er worden voor deze beroepsbeoefenaren jaarlijks dus géén 2.340 uur gedeclareerd, zoals in het geval van de medisch specialist in dienstverband.
Dit alles leidt tot een geheel andere conclusie dan die van Van der Pol. Ook al begrijpen wij, op grond van zijn redenering, die smalend lachende niet-medici in zijn omgeving best. Zonder al te zeer discussie op detailniveau te willen voeren, hebben wij de conclusies van Van der Pol doorgerekend op basis van de door hem gekozen uitgangspunten.
Vervolg op de ingezonden brief van de LAD in dit MC-nummer (zie blz. 163)
In MC 3 van 19 januari 2001 staat een ingezonden brief van oogarts Van der Pol over het uurloon dat is overeengekomen in de arbeidsvoorwaardenregeling voor alle medisch specialisten in dienstverband in algemene ziekenhuizen, categorale instellingen en revalidatie-instellingen (AMS). Bestudering van de voorstellen daartoe brengt hem tot het opsommen van een aantal uurlonen die volgens hem en een paar collegas voor bepaalde functies gelden. En dan gaat het mis.
Met die voorbeelden wordt namelijk gesuggereerd dat mensen in de betreffende functies die uurtarieven als salaris ontvangen. Tevens willen Van der Pol c.s. aantonen dat het in de AMS overeengekomen uurloon voor de medisch specialisten onaanvaardbaar laag is. De LAD heeft die conclusie nog eens doorgerekend op basis van de door hen gekozen uitgangspunten.
De specialist met zon 2,5 ton
De nieuwe regeling gaat uit van een uurtarief (minimaal
f 56,41 en maximaal f 98,57) waarbij 2.340 uren per jaar door de werkgever worden betaald als salaris. De hierbij behorende jaarsalarissen zijn:
- minimaal 2.340 x f 56,41 = f 131.999,40 per jaar voor de jonge specialist, en
- maximaal 2.340 x f 98,57 = f 230.647,00 per jaar voor de specialist op de maximumtrede.
Daarnaast hebben zij, afhankelijk van omstandigheden recht op een dienstentoeslag van maximaal 21 procent op dit uurtarief, een vakantietoeslag van 8 procent over het jaarsalaris en een onkostenvergoeding van f 10.000,00 netto per jaar.
De fiscalist van 2,5 miljoen
In de vergelijking zou dit, in de voorbeelden van de heer Van der Pol, het volgende betekenen:
l fiscalist internationaal erfrecht: f 1.000,00 per uur, leidt tot een jaarsalaris van 2.340 x f 1.000,00 = f 2.340.000,00 en f 195.000,00 per maand.
l advocaat familiezaken: f 350,00 per uur, leidt tot een jaarsalaris van 2.340 x f 350,00 = f 819.000,00 en f 68.250,00 per maand.
l consultant organisatiebureau: f 650,00 per uur, leidt tot een jaarsalaris van 2.340 x f 650,00 = f 1.521.000,00 en
f 126.750,00 per maand.
l monteur/software-installateur: f 125,00 per uur, leidt tot een jaarsalaris van 2.340 x f 125,00 = f 292.500,00 en
f 24.375,00 per maand.
De monteur met 15 ruggen
l Creatief ontwerper homepage: f 250,00 per uur, leidt tot een jaarsalaris van 2.340 x f 250,00 = f 585.000,00 en
f 48.750,00 per maand.
l Automonteur: f 80,00 per uur, leidt tot een jaarssalaris van 2.340 x f 80,00 = f 187.200,00 en f 15.600,00 per maand.
En ten slotte:
l de schilder: met f 60,00 per uur, leidt tot een jaarsalaris van 2.340 x f 60,00 = f 140.400,00 en f 11.700,00 per maand.
Dergelijke bedragen worden voor geen enkele van de genoemde functies in een dienstverbandsituatie als salaris betaald. Van der Pol c.s. maken dus een aantal fouten. Het is immers niet realistisch te veronderstellen dat een fiscalist in dienstverband een jaarsalaris ontvangt van f 2.340.000,00 per jaar en een schilder in dienstverband een jaarsalaris van f 140.000,00 per jaar.
Uurtarief, geen salaris
De belangrijkste denkfout van Van der Pol c.s. is dat de door hen genoemde bedragen uurtarieven zijn en géén salarisbedragen. Van de door hen genoemde uurtarieven moeten nog alle bedrijfskosten worden betaald zoals overhead, waaronder kosten voor administratie, verkoopapparaat, gebouwen, ondersteunend personeel, secretaressen, investeringen, automatisering, én het salaris van de medewerker die de klus heeft geklaard.
De tweede fout is dat men er rekening mee moet houden dat niet alle uren declarabele uren zijn. Voor hen gelden ongeveer 1.500 declarabele uren per jaar. Er worden, anders dan in de AMS, voor deze beroepsbeoefenaren jaarlijks geen 2.340 uur gedeclareerd.
Voor de vergelijking is ten slotte van belang dat de gemiddelde omzet van de medisch specialist rond de f 420.000,00 per jaar ligt waarvan na aftrek van kosten als assistenten en dergelijke een jaarinkomen van ongeveer f 327.000,00 resteert. Dit bedrag is in de vergelijking met het dienstverband het bedrag dat de werkgever beschikbaar heeft voor de rechtspositie, inclusief salaris en werkgeverslasten voor pensioen, sociale-verzekeringspremies en dergelijke.
Kern is besteedbaar inkomen
De conclusie is dan ook dat de specialisten die de vergelijking hebben gemaakt nog eens met elkaar moeten gaan praten. Wellicht komen zij dan tot een andere conclusie. En vermoedelijk vinden zij de nieuwe arbeidsvoorwaarden-
regeling voor medisch specialisten in dienstverband dan zo gek nog niet.
Bovendien adviseren wij nog eens naar de eigen omzet te kijken en de vergelijking te maken met het besteedbaar inkomen per jaar en dat te vergelijken met het besteedbaar inkomen op basis van een salaris van de medisch specialist volgens de nieuwe regeling. Zij zullen verbaasd staan over de vergelijkbaarheid met hun eigen positie.
Van der Pol merkt op dat hij niet begrijpt dat niet-medici in zijn omgeving smalend lachen als hij ze vertelt welke uurlonen onze beroepsorganisatie heeft uitonderhandeld. Als hij daarbij dus geen rekening houdt met bovenstaand, begrijpen wij die niet-medici wel.
Utrecht, januari 2001
mr. A.W.J.M. van Bolderen,
directeur LAD en delegatieleider AMS
- Er zijn nog geen reacties
