Cellijnen bij kankeronderzoek vaak gecontamineerd

Drie cellijnen die zijn gebruikt bij onderzoek naar een behandeling van oesofaguscarcinoom blijken te zijn gecontamineerd en hebben geen relatie met het oesofageaal adenocarcinoom. Dit ontdekten Jurjen Boonstra c.s. van het Erasmus Universitair Medisch centrum.

Boonstra c.s. kwamen tot deze bevinding doordat ze de veertien tot dan toe bekende cellijnen opnieuw identificeerden. Hun artikel is gepubliceerd in Journal of the National Cancer Institute. Onderzoekers gebruiken cellijnen, verzamelingen gelijke cellen die steeds opnieuw worden gekweekt, om te kijken of bepaalde type tumorcellen reageren op hun behandeling.

Uiteindelijk bleken drie van de veertien cellijnen niet oorspronkelijk afkomstig van het oesofaguscarcinoom. Twee van deze waren echter gebruikt voor meer dan 100 publicaties en elf patenten in de VS waarvan er twee zijn gebruikt in clinical trials met patiënten die deze ziekte hadden. Deze cellijnen samen met nog één andere lijn, bleken afkomstig te zijn van het grootcellig longcarcinoom, het colorectaal adenocarcinoom en het maagcarcinoom.

Tien cellijnen waren niet gecontamineerd en kunnen verder worden gebruikt bij toekomstige onderzoeken naar oesofaguscarcinoom. Bij deze groep waren elf identieke mutaties aanwezig, die ook alle aanwezig waren in het originele tumorweefsel, en ook na lange conservering in vitro goed bewaard bleven.

Recente technieken zoals DNA- profilering maken het mogelijk om de cellijnen snel en makkelijk te identificeren. Dit is de gezamenlijke verantwoordelijkheid van zowel onderzoekers als van oncologische instituten voor klinisch en basaal kankeronderzoek.

Niki Lijftogt

Journal of the National Cancer Institute 2010; 102: 1-4

Lees ook:

• Meer nieuws