Blogs
Blog

De broek van de dokter

Plaats een reactie

Twee precies even grote peutertjes stappen m’n spreekkamer bij de huisarts binnen. Overduidelijk een tweeling. Opgeteld zijn ze een jaar of zes. Het meisje kruipt verlegen bij mama op schoot, het ventje gaat stoer midden op de behandeltafel zitten. ‘Zo, superhoog’, voegt hij aan zijn daad toe. Nou, denk ik, zo gemakkelijk heb ik nog nooit een peuter op die tafel gekregen; dat belooft veel goeds. Maar ik heb te vroeg gejuicht, het ventje is kerngezond, moeder is gekomen voor haar dochtertje.

Gelukkig valt het ook met haar allemaal mee. Piepje in het oor voor de temperatuur, even met een lampje kijken of de oren het nog doen en voor het buikonderzoek op zoek naar de appel, banaan of boterham van het ontbijt. Ik heb inmiddels heel wat peuters hiermee geprobeerd gerust te stellen en vandaag lijkt het zowaar te lukken. Broer is inmiddels van de tafel geklommen en bekijkt alles op veilige afstand. Bij ieder instrument dat ik tevoorschijn haal, roept hij: ‘Alleen bij haar doen, hoor’, daarbij zijn vinger in de richting van zijn zusje wijzend. Braaf volg ik zijn advies op. 

Ik bel de huisarts om te vragen of ze even mee wil beoordelen. Na haar eigen patiënt heeft ze tijd; een paar minuten wachten voor ons. Ter overbrugging probeer ik de tweeling te vermaken, vooral ook tot vermaak van mezelf moet ik eerlijk toegeven. Op iedere vraag die ik stel, krijg ik initieel nog twee redelijk aannemelijke antwoorden. Maar hoe langer het duurt, hoe extremer de antwoorden. Zo kom ik te weten dat ze al naar de ‘grote school’ gaan, iedere dag en helemaal zelf, op de fiets. Niet met papa, want die kan niet fietsen. En oh ja, thuis hebben ze nog honderd andere broertjes en zusjes. ’t Is maar dat je het weet… Ze hebben er duidelijk behoorlijke lol in mij van alles wijs te maken.

Opeens komt het ventje naast me staan. Hij aait over m’n knie. ‘Moet je eens voelen!’ roept hij naar zijn zusje. En ja, die wil dan ook wel even voelen hè. Moeder schaamt zich intussen zichtbaar en probeert haar tweeling tevergeefs te corrigeren. ‘Echt mooi’, komen ze samen tot de conclusie. ‘Weten jullie wat dat is?’ vraag ik. ‘Een broek’, zegt het ventje vragend. ‘Bijna goed. Dit is een panty.’ Nog één keer voelen ze samen. Daarna wordt de wereld een liedje rijker: ‘Een banty, een banty, dit is een banty’, klinkt het in de spreekkamer, en later ook op de gang en door de wachtkamer, ondersteund door twee paar klappende handjes… Ik geef moeder – nog steeds met het schaamrood op de kaken – een knipoog. Die twee van haar komen er wel. In het leven of in de top 40. Of allebei.

lees ook
  • Trude

    Trude is recent afgestudeerd en werkt nu als arts-onderzoeker Kinderneurologie. Nog regelmatig blikt ze terug op haar coschap-ervaringen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.