Strafrechtelijk onderzoek naar euthanasie bij dementie
Plaats een reactieHet Openbaar Ministerie gaat een strafrechtelijk onderzoek uitvoeren naar het handelen van de arts die voorjaar 2016 het leven beëindigde van een ernstig demente, wilsonbekwame vrouw van 74 jaar. De Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE) oordeelde dat de arts onzorgvuldig te werk was gegaan.
De specialist ouderengeneeskunde had volgens de toetsingscommissie niet ondubbelzinnig tot de overtuiging mogen komen dat er sprake was van een vrijwillig en weloverwogen verzoek. Daarbij oordeelde de RTE: ‘Arts heeft voorts bij de uitvoering een grens overschreden, door toediening van Dormicum en door de uitvoering van de levensbeëindiging niet te staken toen patiënte negatief reageerde op het inbrengen van het infuus en de toediening van de euthanatica.’
Het oordeel leidde bij publicatie januari dit jaar al tot beroering. Uit verschillende hoeken volgde een pleidooi voor vervolging om een uitspraak van de rechter te krijgen over euthanasie bij dementie, door sommigen ‘het oprekken van de euthanasiewet’ genoemd. Anderen vinden deze manier om duidelijkheid te krijgen over de wet te belastend voor de arts. Zo sprak Jacob Kohnstamm, voorzitter van de toetsingscommissies, zich uit voor ‘cassatie in het belang der wet’ tegen het oordeel van de toetsingscommissie, waarbij het oordeel van de RTE aan de Hoge Raad wordt voorgelegd. De arts wordt daar niet bij betrokken.
De KNMG wacht de uitkomsten van het onderzoek af en laat zich over de casus niet uit. De artsenfederatie maakte vandaag bekend het project ‘Euthanasie en gevorderde dementie’ te starten en hierover een standpunt te zullen ontwikkelen.
De hoofdofficier van justitie van het parket Den Haag zal na afronding van dat onderzoek advies uitbrengen. Het College van procureurs-generaal neemt dan een besluit over vervolging.
Openbaar Ministerie: Opsporingsonderzoek naar mogelijk strafbare euthanasie
Regionale Toetsingscommissie Euthanasie: Oordeel 2016-85
Lees ook:- Er zijn nog geen reacties