PSA-screening blijft discutabel
Plaats een reactieEen nieuw hoofdstuk in het voortslepende debat over PSA-screening. NEJM publiceerde op 26 oktober drie elkaar tegensprekende reacties op de publicatie van een nieuw – negatief – advies.
U.S. Preventive Services Task Force (USPSTF), een expertpanel dat adviezen opstelt op basis van de laatste wetenschappelijke literatuur, kent PSA-screening in het nieuwe advies een graad D toe, wat wil zeggen dat zij de screening ontmoedigt. Om tot dit advies te komen analyseerde de USPSTF vijf studies, waarvan de twee grootste, een Europese en een Amerikaanse studie, met elkaar conflicteren. De Amerikaanse studie toont geen effect van PSA-screening. De Europese studie vindt een absolute reductie in mortaliteit van 7 per 10.000 mannen in de leeftijd van 55-69 jaar, gedurende 9 jaar.
De drie autoriteiten uit het veld die in NEJM commentaar geven, erkennen allemaal dat het advies goed is opgezet en gebruikmaakt van recente literatuur. In hun – overigens zeer milde – commentaar plaatsen zij nog wel enkele kanttekeningen.
Mary McNaughton-Collins en Michael Barry noemen het debat ‘the controversy that refuses to die’. Ze pleiten op basis van de Europese studie, die volgens hen minder methodologische tekortkomingen vertoont dan de Amerikaanse, voor een graad-C-advies in de leeftijdsgroep van 55-69 jaar. Bij een graad C beveelt men aan de screening niet routineus toe te passen, maar de test wel aan te bieden aan individuele patiënten op basis van patiëntspecifieke factoren.
Allan Brett en Richard Ablin zijn van mening dat zowel de Europese als de Amerikaanse studie grote tekortkomingen vertoont en zijn er niet erg over te spreken dat er na twee grote studies nog steeds zoveel onzekerheid heerst. Aangezien onderzoekers schatten dat de kosten om een enkele prostaatkankerdode te voorkomen met screening 5,2 miljoen dollar bedragen, zijn er volgens hen wellicht grotere gezondheidswinsten te behalen met goedkopere programma’s.
Fritz Schröder, hoogleraar urologie aan het Erasmus Medisch Centrum, pleit eveneens voor het blijven testen op PSA bij individuele patiënten. Hij ziet een aantal tekortkomingen in het USPSTF-advies. Zo misinterpreteert de organisatie een van de uitkomstmaten en neemt zij niet in ogenschouw dat eenvoudig onderzoek, zoals rectale touchers en transanale echografie, het aantal biopsieën aanzienlijk kan beperken, waardoor screening mogelijk wel de moeite waard wordt. Ook verwacht hij dat de Europese studieresultaten nog verbeteren bij analyse na langere tijd.
Al met al lijkt het debat voorlopig nog niet beslist.
Sarah Sloot
New England Journal of Medicine 2011, doi: 10.1056/NEJMp1112140, Stratifying Risk — The U.S. Preventive Services Task Force and Prostate-Cancer Screening -Fritz H. Schröder
doi: 10.1056/NEJMp1112191: Prostate-Cancer Screening — What the U.S. Preventive Services Task Force Left Out - Allan S. Brett en Richard J. Ablin
doi: 10.1056/NEJMp1111894: One Man at a Time — Resolving the PSA Controversy
Lees ook:
Twee werelden - de columns van Ivan Wolffers over zijn ervaringen met prostaatkanker
- Er zijn nog geen reacties
