IVM ontwikkelt FTO over kostenbeheersing van inhalatiemiddelen

De door het IVM ontwikkelde module richt zich op huisartsen en apothekers die het voorschrijfbeleid bij inhalatiemiddelen voor astma en COPD onder de loep willen nemen. En afspraken willen maken ter verbetering van de kwaliteit en doelmatigheid van het voorschrijfbeleid. Het thema beperkt zich tot de keuze van middelen, de keuze van inhalatoren en de controle op de inhalatietechniek.

Gerichte ondersteuning
Doelmatig voorschrijven is een speerpunt van zowel artsen als overheid. Maar beide weten dat het niet eenvoudig is om huisartsen nog doelmatiger te laten voorschrijven. Op de afgesproken groepen geneesmiddelen wordt gemiddeld al meer dan 80 procent goedkope middelen voorgeschreven. Bovendien zijn voor een aantal patiënten dure geneesmiddelen eerste keuze volgens de richtlijnen. Hier is dus geen goedkoop alternatief voorhanden.

Ook in 2014 verwacht de minister dat huisartsen een besparing van 50 miljoen euro realiseren door goedkope middelen voor te schrijven. De LHV ziet mogelijkheden om met gerichte ondersteuning van de huisartsen deze doelstelling in 2014 te halen. Daar levert deze FTO een belangrijke bijdrage aan. Net als de applicatie van Z-index die zo snel mogelijk in de HISsen komt, waardoor bij het voorschrijven zichtbaar wordt of het product een single- dan wel multisource geneesmiddel betreft.

In opdracht van de LHV heeft het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM) een nieuwe FTO-module ontwikkeld, gericht op het verder verminderen van de kosten voor inhalatiemiddelen. Dat kan door artsen te helpen kiezen voor multisource inhalatiemiddelen in plaats van single-source producten. Hoewel huisartsen in de breedte bijzonder doelmatig voorschrijven, valt op dit gebied nog winst te behalen.