Aangeklaagd voor euthanasie
1 reactieWie was de arts die door het Openbaar Ministerie (OM) werd vervolgd voor de ‘koffie-euthanasie’? Lang bleef de naam van Marinou Arends onbekend. Haar beroepsgeheim belette haar op de zaak in te gaan, zegt ze, en het ging toch meer ‘om de wet dan om mij’.
In haar boek Aangeklaagd voor euthanasie beschrijft ze haar leven vanaf de opname van ‘Cornelia’, de 74-jarige patiënte aan wie Arends de betwiste euthanasie verleende op basis van haar schriftelijke wilsverklaring. Ook komen eerdere ontmoetingen met demente patiënten die haar hebben gevormd aan bod. Tot haar pensioen was Arends lid van het gespecialiseerde instellingsteam voor gedragsproblemen.
Het boek bevat het chronologische verslag van het ingrijpen van tuchtrecht en strafrecht. Daarbinnen dient de auteur mensen en instanties die zich over haar uitspraken van repliek: de OM-topman, een getuige-deskundige, de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie, inspectie, tuchtrechters en de ‘Niet stiekem bij dementie’-actievoerders. Tussendoor rekent ze uit dat ‘deze grap’ de overheid tussen de 500 duizend en een miljoen euro moet hebben gekost.
Arends kreeg volledig eerherstel met ontslag van rechtsvervolging tot aan de Hoge Raad en vernietiging van het oordeel van het tuchtcollege dat haar een waarschuwing gaf. De waarschuwing bleef overigens wel staan. Na lezing dringt zich één vraag op: wat was er gebeurd als het OM een andere arts had uitgekozen om te vervolgen, een met minder expertise, intelligentie en weerbaarheid? Dan was misschien een heel andere geschiedenis van de euthanasiewet geschreven.
Klaas Rozemond
Universitair hoofddocent strafrecht Vrije Universiteit Amsterdam, Amsterdam
Het is niet juist dat Marinou Arends volledig eerherstel heeft gekregen van de Hoge Raad, hoewel zij dat wel claimt in haar boek. De tuchtcolleges (regionaal en centraal) waren in haar zaak van oordeel dat zij ten opzichte van haar patiënte haar plic...ht heeft geschonden om de patiënte voor te lichten over de voorgenomen levensbeëindiging en daarover met haar te overleggen op een wijze die past bij haar bevattingsvermogen. Dat is wettelijk voorgeschreven in artikel 7:448 Burgerlijk Wetboek (de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst). De tuchtcolleges waren ook van oordeel dat Arends niet in overeenstemming heeft gehandeld met het recht van de patiënte om over haar eigen leven te beschikken.
De Hoge Raad heeft niet geoordeeld dat de opvatting van de tuchtcolleges hierover onjuist was. Arends had wel herziening van het oordeel en de waarschuwing kunnen vragen, maar dat heeft zij niet gedaan. Dat meldt zij wel in een interview in de Volkskrant van 24 oktober 2020, maar niet in haar boek Aangeklaagd voor Euthanasie. Het is voor artsen echter wel belangrijk om te weten dat wat de tuchtcolleges over de informatie- en overplicht van de arts en het zelfbeschikkingsrecht van de patiënte hebben geoordeeld ook voor artsen geldt in toekomstige euthanasiezaken en dat zij door de Inspectie voor de tuchtrechter kunnen worden gedaagd wanneer zij handelen zoals Arends heeft gedaan.