Reacties
Wil Bosboom
1 minuut leestijd

Huisartsen, Concurrentie, NMA-dictatuur en Zorgdevaluatie

1 reactie

Volgens Minister Schippers dient in de huisartsenbranche concurrentie plaats te vinden, zowel tussen huisartsen onderling als ook met andere “spelers” zoals SOS-artsen en nurse-practitioners.

De meeste huisartsen en veel 1e-lijnszorgdeskundigen achten concurrentie in onze hoogontwikkelde en wereldwijd befaamde huisartsengeneeskunde echter contraproductief, zoals we al uit vele kranten- en  tijdschriftartikelen hebben kunnen vernemen.

Drie belangrijke redenen tegen concurrentie in de huisartsengeneeskunde springen er uit:

  1. Verbrokkeling van de huisartsenzorg.
    De huisarts als vast aanspreekpunt voor de patiënt en hoeder van al diens medische  gegevens raakt deze regie kwijt zonder een goed alternatief.
  2. Vermindering van de samenwerking en saamhorigheid in de huisartsenwereld omdat we argwanende concurrenten worden.
    Onze zuiderburen kunnen er over meepraten.
  3. Productietoename omdat bij concurrentie alles gaat draaien om de verrichtingen.
    En reken maar dat er voor heel wat zaken extra consulten te bedenken zijn.
    Ons focus zal minder gericht zijn op de bevordering van de medisch/psychische zelfstandigheid van de patiënt en het daarbij beperkt houden van het aantal consulten.

De brede huisartsenblik zal devalueren tot een soort hap-snapgeneeskunde met een veel minder goed zicht op de patiënt.

De strategie van onze LHV, ter kering van dit heilloze tij, wordt door de NMa als kartelwerking gezien en met een forse boetedreiging lam gelegd. De NMa beoordeelt eenzijdig de huisartsenbranche als vrije markt en aan die opstelling kunnen we niets veranderen. De huisartsen lijken aldus een gemakkelijke prooi voor de minister die -onbegrijpelijk - nu zelfs een meerderheid in de Tweede Kamer achter zich heeft. Machtsmisbruik?

De huisartsenzorg in Nederland gaat aanlopen tegen zorgverbrokkeling, verminderde samenwerking, productietoename (en vervolgens ministeriële korting), blikversmalling en een vleugellam gemaakte vertegenwoordiging.

Hoeveel - komende - huisartsen kunnen hierdoor nog hun enthousiasme vasthouden?

Die mooie integrale opzet van onze huisartsengeneeskunde, zoals in 1959 werd overeengekomen tijdens de beroemde Woudschotenconferentie, zal verdwijnen.

DOODZONDE  en derhalve onacceptabel.

Wil Bosboom, Huisarts

  • Meer brieven

LHV minister Schippers
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • E.M. Donné

    Huisarts, VENLO

    Ik heb net mijn herregistratie binnen en heb in vele praktijken mogen werken als HIDHA of waarnemer. Of me dat over 5 jaar nog gaat lukken door de toegenomen concurrentie tussen waarnemers is nog maar de vraag. Als de RSG hun regels strikt gaat toepa...ssen zal ik en velen anderen onvoldoende dagwaarnemingen hebben kunnen verrichten.
    Zowel in mijn opleiding als in de afgelopen jaren heb ik onvoldoende beeld gekregen hoe het is om een eigen praktijk te hebben. Toch is dat mijn doel, niet alleen om zo duidelijkheid te krijgen over mijn toekomst en financiën, maar juist om te doen wat ik wil: een populatie langdurig vervolgen. Daar wordt ik enthousiast over.
    Nu mijn kritiek op collega Bosboom's brief.
    Wat ik de afgelopen jaren heb gezien zijn veelal overvolle praktijken waar collega's amper met elkaar (kunnen) communiceren, patienten die amper de tijd krijgen in korte consulten, organisaties opgezet door huisartsen die nu veelal autonoom opereren waarbij een minderheid van de aangesloten huisartsen die wel komen, altijd alles goedkeuren, collega waarnemers die het fingerspitzengefühl rondom diabetes kwijtraken omdat POH's het leeuwendeel hiervan overnemen en de "eigen" huisartsen af en toe met hen overleggen. Het werk als waarnemer bestaat voor een gedeelte uit het ontvangen van klachten van patiënten over hun huisartsen, zowel in de dagpraktijk als op de post. Door gekoppelde HIS-en is er reeds continuïteit. "Waar is jouw praktijk?" vragen de patienten, "wil je meedoen aan de verbetering tussen de 1-ste en 2-de lijns zorg door je toe te voegen aan onze werkgroep?" vragen collega-artsen, meedoen aan beleidsbepaling.. NEE, mag/kan niet, want je hebt geen praktijk.
    Natuurlijk heb ik mijn kansen gehad, natuurlijk is het mede mijn schuld dat ze niet in vervulling zijn gegaan. Wat zou het toch heerlijk zijn om een kleine praktijk op te zetten, ondersteund door de HAGRO ipv door financiën gevoede argumenten. Je krijgt er argwaan van; er is amper samenwerking te verliezen.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.