Blogs & columns
Maarten Staarink
Maarten Staarink
2 minuten leestijd
Blog

Embryonale twijfel

1 reactie

Op mijn bureau staat een doos. Hij is vanmiddag bezorgd door een huisarts met een praktijk hier op het eiland. De dag ervoor belde hij met een nogal aparte vraag. Het was rond 5 uur, ik was op weg naar de ok. Tijdens het opruimen van de kamer van een vertrokken collega hadden ze een glazen pot gevonden met een embryo op sterk water. Ze wilden er vanaf. Of ik het misschien kon weggooien. In het ziekenhuis was immers de mogelijkheid om organisch afval netjes op te ruimen. ‘Is goed. Geef maar af bij de receptie’, zei ik, zonder er lang bij stil te staan en vervolgde mijn weg naar de ok.

Nu staat de doos voor mijn neus op tafel bij ons thuis. Nee, ik had het niet bij het medisch afval afgegeven. Het voelde allemaal een beetje vreemd. Waarom belde de huisarts een chirurg en niet de gynaecoloog? Waarschijnlijk precies waarom hij nu hier voor mijn neus staat. ‘Ja hoor is prima, ik snap dat je daar vanaf wilt’, hoor ik mijzelf nog zeggen. Maar toen ik de doos in het ziekenhuis openmaakte, kreeg ik het toch even warm. Het embryo, een jongetje, is niet groot en duidelijk een miskraam. Op het deksel zit roest. Het is een ordinaire glazen pot, waar misschien wel boontjes in hebben gezeten. Heel anders dan ik mij had voorgesteld. Niet zo’n stopfles exemplaar als die in de snijzaal te zien zijn. Minder medisch.

En wat nou als het embryo toch ouder is, zo begin ik te twijfelen. De wet op de lijkbezorging stelt een meldingsplicht vanaf ten minste 24 weken. Misschien is er wel sprake van een groeistoornis? Mag het dan wel? Stel dat een medische ton met afval nog gescreend wordt op de inhoud? Ik zie de koppen in de krant voor me: ‘Chirurg dumpt embryo als medisch afval.’ Misschien kost het me dan wel mijn baan. Ongetwijfeld worden deze zaken geregistreerd, alles wordt geregistreerd tenslotte. Maar waarom had die huisarts dit embryo bewaard en waarom had hij het toentertijd niet... ja hoe zeg je dat, opgeruimd? Laten verwijderen?

Misschien vond hij dat ook te cru, het embryo te mooi. Het verhaal achter dit embryo was waarschijnlijk zo aangrijpend of zo treurig dat hij er geen afstand van kon doen. Hoe was hij te werk gegaan? Die glazen pot gevraagd aan zijn vrouw? Dat moet een gekke vraag geweest zijn. Denkbeeldige scenario’s slaan op hol. De huisarts bellen dat ik toch twijfel lijkt niet handig en dus staat het nu bij ons thuis. Mijn vrouw vond het, buiten dat het interessant is, ook moeilijk om het dan nu opeens wel weg te doen. En dat gevoel had ik eigenlijk ook. Het was al zo lang bewaard, misschien wel veertig jaar. Het zou raar zijn om het dan nu in een ton te gooien. Zomaar. Einde. Samen met alle mogelijke verhalen, mooi of treurig die erbij horen.

‘Wat is dat, papa?’ hoor ik achter me. ‘Dat is een… lang verhaal, dat vertel ik nog weleens.’

  • Maarten Staarink

    Maarten Staarink is traumachirurg in het Van Weel Bethesda Ziekenhuis in Dirksland.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Caroline

    Semi-arts, Apeldoorn

    De kans bestaat natuurlijk dat ook de vorige 'eigenaar' van de glazen pot met embryo niet de oorspronkelijke 'eigenaar' was en het embryo eigenlijk al decennia van arts op arts wordt doorgegeven omdat niemand het weg durft te doen... Ergens ook wel w...eer een mooie gedachte :)

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.