Kindergeneeskunde en JGZ horen bij elkaar

Het artikel ‘Kindergeneeskunde en JGZ horen bij elkaar’ ontlokt bij mij een reactie (MC 20/2010: 905).

In Nederland bestaat een vrijwel onomstreden echelonering. Het is goed als daar nog eens hard aan wordt geschud. Het artikel van Sauer e.a. doet daartoe een serieuze poging. Op enkele punten zie ik echter een probleem:

• Samenwerking en integratie kan pas slagen bij gelijkwaardige partners. Hoewel de positie van de kinderartsen relatief zwak is, is die van jeugdartsen nog zwakker.
• Rechtstreeks verwijzen is in de jeugdgezondheidszorg inmiddels mogelijk. Het spreekt vanzelf dat de huisarts steeds geïnformeerd dient te blijven. Ik vermoed wel dat in veel regio’s de verwijscriteria nog niet geheel zijn uitontwikkeld.
• Ook in de jeugdgezondheidszorg wordt erkend dat de zorg voor chronisch zieke kinderen een belangrijke taak is. Een curatieve rol bij ongemakken als spugen en obstipatie bestaat allang.
• In de jeugdgezondheidszorg zijn epidemiologische gegevens verzameld die belangrijke ‘markt’-informatie voor de kinderarts kunnen betekenen.
• Samen een deel van het opleidingstraject volgen en meer onderzoek doen, is nuttig voor beide partijen.
• Specialisatie en de organisatie van topzorg lijken meer een zaak van de kinderartsen zelf.

Amersfoort, mei 2010

Jan Vosters, arts M&G

Klik hier voor alle bijdragen in de rubriek Brieven.