Aantal soa's blijft gelijk

Dit blijkt uit de tussentijdse landelijke cijfers van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) die woensdag werden vrijgegeven. Het aantal mensen dat zich in 2006 liet testen op een soa is ten opzichte van 2005 met 10 procent toegenomen tot 69.000. Daardoor is het absolute aantal gevonden soa's ook iets toegenomen. Dit komt overeen met gegevens van de GGD in Groningen, waar onderzoeken naar soa's met 17 procent zijn gestegen. Volgens het RIVM laat het landelijk beeld zien dat een derde van de mensen die in 2006 werd onderzocht, jonger was dan 25 jaar en iets meer dan de helft was man. Ruim een kwart van de mensen die zich lieten testen waren mannen met homoseksuele contacten. Van deze groep testte ruim 10 procent van de mannen positief voor de soa gonorroe en 10 procent voor chlamydia. De soa syfilis werd bij meer dan 5 procent aangetroffen. 3 Procent bleek te zijn besmet met het hiv-virus. In 2005 was dit nog 5 procent. Informatie van Stichting HIV Monitoring (SHM), die op landelijk niveau de gegevens registreert van mensen met hiv-infectie en aids, laat juist zien dat het aantal besmette homoseksuele mannen met hiv is toegenomen. Bij heteroseksuelen is volgens het RIVM chlamydia met 10 procent de meest voorkomende soa bij mannen en vrouwen. Van de heteroseksuelen bleek 2 procent besmet met gonorroe, 0,2 procent met syfilis en 0,1 procent met hiv. Het aantal mensen besmet met chlamydia en gonorroe is in vergelijking met 2005 dus toegenomen. Een daling doet zich voor bij het aantal besmette mensen met syfilis of hiv. Een woordvoerder van Soa Aids Nederland laat naar aanleiding van het onderzoek van het RIVM weten dat het een goede ontwikkeling is dat steeds meer mensen zich laten testen in klinieken of bij de dokter. Hoewel het RIVM een stabilisatie van de soa's laat zien, is het te vroeg om te bevestigen dat steeds meer mensen veilig vrijen. ANP