Noorwegen stapt grotendeels over op biosimilars
1 reactieBijna alle Noorse ziekenhuizen hebben het gros van de patiënten met een TNF-alfaremmer overgezet op de goedkope biosimilar Remsima.
De Noorse econoom Torfinn Aanes laat de cijfers zien op het biosimilars congres dat 3 september in Amsterdam werd gehouden: 70-100 procent van de patiënten in Noorse ziekenhuizen is overgestapt op de biosimilar Remsima. Het gaat niet alleen om gebruikers van infliximab, maar van alle TNF-alfaremmers die in het ziekenhuis worden gegeven. Torfinn Aanes was betrokken bij de aanbesteding voor TNF-alfaremmers vanuit het LIS, het Noorse bureau dat de landelijke aanbesteding voor de 80 Noorse ziekenhuizen uitvoert. Een ampul Remsima kost in Noorwegen dankzij deze aanbesteding 141 euro. De prijs van een ampul infliximab begint in Nederland bij 638 euro, volgens het Zorginstituut Nederland. Ziekenhuizen bedingen daar in de praktijk nog wel kortingen op, maar die zijn marginaal.
De Noorse artsen waren eerst wat huiverig om een goed functionerende patiënt om te zetten naar een biosimilar. De Noren hebben daarom een studie opgezet naar het switchen – de NOR-switch-studie. De inclusie was compleet in mei dit jaar, en de resultaten worden volgend jaar verwacht. In de tussentijd heeft Remsima toch al de overmacht op de markt gekregen. Sommige ziekenhuizen schrijven het al voor 100 procent voor. ‘Er zijn tot nu toe geen incidenten gemeld’, aldus Aanes.
Op het congres in Amsterdam was er kritiek op het feit dat de Noren alle TNF-alfaremmers als gelijkwaardig beschouwen en op een hoop hebben gegooid. Aanes reageert dat een inhoudelijk werkgroep tot deze conclusie was gekomen. ‘De verschillen zijn erg klein. Voor de prijs dat je een patiënt behandelt met de dure TNF-alfaremmer Humira kun je vijf patiënten behandelen met de biosimilar Remsima’, aldus Aanes. ‘Dankzij de aanbesteding kunnen we meer patiënten met deze dure geneesmiddelen behandelen.’
Noorwegen gaf in 2014 250 miljoen euro uit aan alle TNF-alfaremmers. Voor Nederland was dat bedrag 507 miljoen euro voor Remicade, Enbrel en Humira samen. LIS krijgt jaarlijks 1 miljoen euro om de aanbestedingen uit te voeren voor de ziekenhuizen. Inhoudelijk deskundige werkgroepen buigen zich over de verschillende geneesmiddelgroepen. Zij maken een keuze voor criteria, en vervolgens vindt een aanbesteding plaats. De prijzen zijn openbaar en de keuze worden bediscussieerd op congressen met artsen. LIS onderhandelt op deze manier ook over oncolytica. Zelfs een fabrikant van een duur nieuw medicijn zonder concurrentie geeft nog een korting aan LIS, aldus Aanes.
Heleen Croonen
www.biosimilars-nederland.nl/
Lees ook:
- Switchen naar biosimilar ligt nog gevoelig
- Omzetten naar biosimilar controversieel
- Geen bezwaar biosimilar nieuwe patiënten
- CBG: ‘Overschakelen op biosimilar is veilig’
- Inkoopbeleid dure medicijnen Achmea mag van rechter
- Zes ziekenhuizen kiezen samen biologicals
W. van der Pol
ziekenhuisapotheker en counselor, Delft
De biosimilar bestaat niet, is mijn stelling. Wat is eigenlijk DE biosimilar. Het eerste originele product of het namaak, of het tweede soortgelijke product. Wat een onzinnige term is het eigenlijk. Ik heb jarenlang geneesmiddelen ingekocht. Du momen...t dat er een alternatief, commercieel en/of therapeutisch, beschikbaar was, gingen de prijzen omlaag. Of dachten we soms dat infliximab jarenlang even duur zal blijven? Ik hoop niet dat het verschil als "winst" in de boeken komt te staan. Dat een econoom op een congres komt vertellen hoe dat moet (!), terwijl dat onder ziekenhuisapothekers al decennia lang common practice is.