Nieuws
Saskia van Run
5 minuten leestijd
opinie

Coassistenten: kom uit je bubbel en geef je vergoeding aan een ander! 

8 reacties
Getty Images
Getty Images

Na lang en intensief actie voeren krijgen coassistenten nu een stagevergoeding. Gejuich alom. Maar er zijn grote vraagtekens te plaatsen bij de noodzaak hiervan: anderen hebben dat geld harder nodig.  

Sinds 1 januari 2019 krijgen coassistenten 100 euro stagevergoeding per maand voor een coschap in een universitair medisch centrum. Het jarenlang lobbyen van De Geneeskundestudent is eindelijk beloond. Ik heb geen medestudent horen klagen. Gratis geld! Wie wil dat nou niet?  

Maar: de kosten van de gezondheidszorg stijgen dubbel zo hard als het bruto nationaal product en op allerlei manieren wordt nagedacht over, en geïnnoveerd en gepoogd om de gezondheidszorg in Nederland kwalitatief goed, maar tegelijkertijd betaalbaar te houden. Op nationaal niveau wordt ingezet op de juiste zorg op de juiste plek, dus ook het juiste geld op de juiste plek. Ik ben van mening dat geld in de vorm van een stagevergoeding bij de algemene coassistent niet op zijn plek is. Anderen in de maatschappij, zowel binnen als buiten de gezondheidszorg, kunnen dit geld veel beter gebruiken.  

Waardering 

Op initiatief van De Geneeskundestudent voerden coassistenten in 2016 actie voor een stagevergoeding met de campagne ‘Dit doet de co’, die een inkijkje gaf in het leven van de coassistent. Een campagne met een schreeuw om aandacht, maar vooral met een roep om waardering. Waardering voor het werk dat coassistenten verzetten en de hulp die zij kunnen zijn. En terecht, want ik denk dat iedere coassistent weleens een gebrek aan waardering heeft ervaren. Alleen, dit geldt niet exclusief voor coassistenten. Hoeveel coassistenten spreken aan het einde van de stage echt dank uit naar de arts van wie ze veel hebben geleerd (en niet alleen met chocoladekoekjes omdat iedereen het doet) of aan een verpleegkundige die hen heeft geholpen bij bloedprikken? Waardering wordt op allerlei vlakken te weinig uitgesproken, terwijl het zo simpel is. Zonde, want directe waardering doet wonderen. Ik kon wel een week teren op een opmerking dat ik een echte hulp was geweest met het spreekuur. Voor waardering voor het werk als coassistent is geen geld of vergoeding nodig, maar alleen een paar simpele woorden.  

Wintersport en verre reizen 

Dan is er natuurlijk het financiële argument voor de vergoeding. Coassistenten lopen drie jaar meer dan fulltime stage; zwaar genoeg om daar geen bijbaantje bij te kunnen nemen. Dan heb je dus geen geld om van te leven en een studie die an sich al heel duur is. Gelukkig bestaat de mogelijkheid geld te lenen. Ja, dit kan leiden tot hoge studieschulden, wat de toegankelijkheid van het hoger onderwijs kan schaden. Ik ben voor het investeren in het onderwijs en voor goede toegankelijkheid van het hoger onderwijs in het algemeen, maar een vergoeding voor alle coassistenten is niet de manier om de geneeskundeopleiding toegankelijk te houden. Sleutelen aan de aanvullende beurs voor studenten die het echt nodig hebben zou een beter idee zijn.  

Ondanks het vooruitzicht op grote studieschulden, worden in mijn omgeving iedere onderwijsdag op de universiteit luxe koffies gehaald en zie ik de foto’s van kerstdiners, wintersportvakanties en verre reizen voorbij vliegen. Ik heb het idee dat het reuze meevalt met de financiële nood. Tel daar het vooruitzicht op een (goede) baan als arts of een andere functie als hoogopgeleide bij op en financiële zorgen zijn zelden onderwerp van gesprek. Daarnaast moeten bij het vooruitzicht op een hoge studieschuld mijns inziens eerst andere keuzes voor uitgaven worden gemaakt dan de bovengenoemde. Ook is bij een hoge studieschuld het beeld van de toekomst van aankomend artsen aan vernieuwing toe: de auto of het huis dat je in gedachten had, komen misschien iets later dan gehoopt. Maar dan mag je wel het meest fantastische vak uitoefenen dat er bestaat, omdat je hebt geïnvesteerd in jezelf! 

Collectief gefinancierd

Tijdens het invoeren van data gedurende mijn onderzoeksstage of als ik ontslagbrieven aan het typen was, heb ik natuurlijk ook weleens gedacht: waarom krijg ik hier geen geld voor? Als ik dit nu niet deed, werd het gedaan door iemand anders die er wel geld voor kreeg. Hoe verder je in je studie komt, hoe meer je kan en als semiarts werk je bijna net zo efficiënt als een beginnende anios. Daar staat tegenover dat artsen (on)bewust veel aandacht en tijd, en dus geld, investeren in vele vormen van het leerproces van de student, bijvoorbeeld door de coassistent het gesprek met de patiënt te laten doen, wat iedere keer net een paar minuten langer duurt. Deze tijdsinvestering in een eerder stadium van de opleiding wordt in mijn ogen indirect teruggegeven aan het einde, als de coassistent veel zelfstandiger werkt.  

Voorstanders van een stagevergoeding voor coassistenten trekken vaak de vergelijking met stagiairs van andere studierichtingen die wél een vergoeding krijgen. Het ‘omdat zij het krijgen, moeten wij het ook’ is inhoudelijk geen argument; er kunnen verschillende redenen zijn om wel of geen stagevergoeding te geven. Bovendien, waar een student hotelmanagement zijn geld krijgt van een privaat bedrijf, wordt de vergoeding voor coassistenten collectief gefinancierd. Dat vind ik een belangrijk verschil. Er zijn mensen in de samenleving die 100 euro per maand veel harder nodig hebben dan de algemene coassistent. Om maar binnen de gezondheidszorg te blijven waar de thuiszorg wordt uitgeknepen: jullie zouden mijn 100 euro mogen hebben voor jullie harde werk.  

Geef het weg 

In de wereld van geneeskundestudenten is kritiek op een stagevergoeding weinig gehoord, maar ik ben het niet eens met de tegemoetkoming voor coassistenten. Ik zet grote vraagtekens bij de financiële nood van de gemiddelde coassistent. Waar solidariteit enorm belangrijk is voor de gezondheidszorg in Nederland, is het zonde coassistenten te sponsoren voor een lekker bakje koffie. Geld lenen om te investeren in jezelf, de centen verstandig uitgeven en in het uiterste geval het materieel toekomstperspectief aanpassen vind ik betere opties. Coassistenten kunnen veel werk verzetten, maar ze kosten ook veel tijd. Daarnaast vind ik een vergoeding niet de juiste manier om waardering te tonen; iedereen zou waardering moeten uitspreken.  

Ik daag coassistenten met een vergoeding uit: kijk kritisch of je deze echt nodig hebt en geef die 100 euro weg aan iemand die het volgens jou meer verdient of nodig heeft. En vergeet dan niet je waardering tegen die persoon uit te spreken.  

opinie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Chris

    , ANIOS

    Mijn inziens brengt dit opiniestuk, dat de suggestie wekt van een verband tussen stijgende zorgkosten en een marginale vergoeding voor coassistenten, de positie van de coassistent schade toe; een serieuze diskwalificatie van het werk en de positie va...n de coassistent! Het argument dat er iemand is die €100 beter kan gebruiken geldt evenzeer voor basisartsen, specialisten en eigenlijk alle werkenden in onze maatschappij. We hebben het immers over € 100; veel meer dan een fooi voor (luxe) koffie is het inderdaad niet.

    In het MBO/HBO is een stagevergoeding (die vele malen hoger ligt, tot uitschieters van > € 500,- voor bijv. de advocatuur) de norm. Ook in het WO is het - behoudens onderzoeksstages aan de universiteit- ook gemeengoed. Voor al die studenten geldt dat ze in een leertraject zitten, minder productief zijn dan werknemers en er tijd in ze geïnvesteerd moet worden door de organisatie. Toch dragen ze bij aan de productie en bovenal heeft de werkgever een kweekvijver voor talent.

    Er is door diverse maatschappelijke organisaties (CPB, NIBUD, etc) gewaarschuwd voor oplopende studieschulden; het bagatelliseren van een hoge studieschuld is gevaarlijk. Een studieschuld van > € 20.000 heb je niet in een paar jaar afbetaald, zeker niet met het salaris dat een basisarts opstrijkt. Met diezelfde studieschuld krijg je - in een alsmaar krappere woningmarkt- al snel € 25.000 minder hypotheek.

    De auteur schrijft ;" ... bij een hoge studieschuld is het beeld van de toekomst van aankomend artsen aan vernieuwing toe: de auto of het huis dat je in gedachten had, komen misschien iets later dan gehoopt. Maar dan mag je wel het meest fantastische vak uitoefenen dat er bestaat ..." Het artsenvak is een serieuze professie en geen hobby. Zou de 'modale' 28-jarige basisarts met een 55-urige werkweek niet ook stiekem dromen van een klein huisje met een tuintje net als alle andere academici?

  • Edin Hajder

    Voorzitter De Jonge Specialist, Amsterdam

    Met grote verbazing dit opiniestuk gelezen.

    Ik sluit me dan ook volledig aan bij het commentaar van de LAD, FBZ en de Geneeskundestudent.

    Het is uitstekend om een tegengeluid te horen. En er zijn zeker ook argumenten te bedenken waarom je in j...e studietijd als co-assistent liever geen vergoeding zou krijgen. Bijvoorbeeld de angst dat de co’s nog meer ‘klusjes’, die niet per se leerzaam zijn, krijgen omdat ze ‘betaald’ worden. Het was interessant geweest daarover te lezen en wellicht dan ook een reactie van de LAD en Geneeskundestudent over waarom zij toch ingezet hebben op stagevergoeding en hoe ze eventuele negatieve effecten gaan monitoren of voorkomen.

    Maar de auteur heeft het over de stiekeme ondankbaarheid die spreekt uit generieke chocoladekoekjes, de maatschappelijk betaalde sponsoring van luxe koffies en verre reizen en .... gratis geld.

    Dit is Medisch Contact onwaardig.

  • Molly

    Aios, Den Haag

    Ach, zodra je AIOS bent mag je nog harder werken voor €14 per uur. Achter de kassa verdien je meer. Het moet eens afgelopen zijn met het geluid dat dokters grootverdieners en graaiers zijn. In andere sectoren krijgen stagiares ook stagevergoeding en ...daar dragen ze ook niet altijd bij aan 'de productie'.
    Met ons beroep dragen we al meer dan genoeg bij aan de maatschappij, dan mogen we daar ook netjes voor betaald worden.

  • Marieke

    , profielarts M7G

    Als het argument 'omdat zij het krijgen, moeten wij het ook’ inhoudelijk geen argument is, dan is 'geef het weg aan iemand die het volgens jou meer verdient of nodig heeft' net zo min toereikend. Het feit dat andere groepen het ook hard nodig hebben,... betekend niet dat de co-assistent dus maar niet moet zeuren.
    Is het in het tijdperk van de waardegedreven zorg niet ook eens tijd om te kijken naar de kwaliteit van werk en leven van de artsen en dus ook de co-assistenten? Een arts of co-assistent die een 'luxe koffie' kan kopen (misschien wel 50 cent duurder, waar hebben we het over) en daar dus even van kan genieten ipv een lauwe slootbak uit de automaat, zal zich mogelijk ook met meer voldoening weer op zijn patienten storten. Hoeveel co-assistenten zijn er trouwens die géén verre reizen maken of luxe koffie drinken? Die ziet u natuurlijk niet op het moment dat u zelf in het restaurant zit.
    En maakt het voluit gebruiken van de studielening de situatie beter? Waardoor jonge arten nog jaren bezig zijn dit terug te betalen?
    En als u zich zorgen maakt om het gezondheidszorg-budget, steek dan misschien eens een hand in eigen boezem, en geef als maatschap van artsen zélf een bijdrage aan de co-assistent. Én wat meer waardering.

  • Peter

    Co-assistent, Groningen

    Je kan artsen beter vragen om een klein deel van hun salaris te geven aan thuiszorgmedewerkers, dan sta je met een soortgelijk artikel misschien iets beter in je schoenen.

    Of schrijf een artikel dat co-assistenten vaker anderen moeten bedanken, mi...sschien valt daar wel iets van te zeggen, ik doe het in elk geval altijd, ongeacht de functie.

    Als het echt alleen maar om deze minimale vergoeding (die overigens alleen in academische ziekenhuizen wordt gegeven, een plek waar bijna elke co-assistent slechts kort zijn coschappen loopt) gaat, kom dan in elk geval met betere argumenten. Het argument van dure koffie en vakanties gaat niet op voor iedereen. Het geld is waarschijnlijk van hun ouders of is geleend geld. Uiteindelijk is de paar 100 euro slechts een paar 100 euro minder studieschuld. De toekomst van een co daargelaten, zijn er maar weinig mensen die de 100 euro harder nodig hebben/verdienen dan een co-assistent.

  • P de Bree

    co-assistent, Rotterdam

    Saskia van Run is sterk tegen een zeer minimale vergoeding voor 60-urige stageweken, met als belangrijkste beargumentering dat co-assistenten af en toe koffie willen drinken en in de spaarzame vrije weken de zon opzoeken. Dit soort ongefundeerd geleu...ter verwacht ik als onderbuiksreactie onder een Telegraaf artikel maar niet als column in Medisch contact.

  • Martijn

    Basisarts,

    De coassistent wordt soms als ingezet voor taken waar best een vergoeding tegenover mag staan. Ik meen te herinneren dat in de tijd dat ik stage liep, de maatschap een paar honderd euro vergoeding kreeg voor begeleiding per coassistent: geld dat nauw...elijks gevoeld wordt in dit potje, maar waar een coassistent erg blij mee zou zijn. Als je dan een coschap had waar je halfbakken begeleid werd maar je in je afhankelijke positie toch nog assertief probeerde te zijn voelde dit wel eens wrang. Beetje gechargeerd dat elke coassistent geld over heeft voor wintersportreizen en dure koffie. De oplopende studieschuld wordt door sommigen als een bijzaak ervaren, maar door anderen wel degelijk als een last met consequenties, zoals een lagere hypotheek.
    Het feit dat men later 'genoeg' gaat verdienen is geen zekerheid en geen argument om de coassistent een summiere financiële tegemoetkoming te ontzien die in het niet valt bij de kosten die de gemiddelde student maakt. Een coassistent heeft geen recht heeft op vergoeding omdat een verpleegkundige stagaire dat ook heeft, maar vanwege het feit dat er vaak wel degelijk werk wordt verzet. Ik denk niet dat deze oproep dan ook veel navolging zal hebben. Gratis geld, wat een quatsch.

  • Amir Abdelmoumen en Caroline van den Brekel

    , Abdelmoumen is voorzitter van De Geneeskundestudent; Van den Brekel is directeur van FBZ en de LAD

    Met grote verbazing lazen we dit artikel. Dat een aantal zaken feitelijk niet klopt, is tot daaraan toe. Veel zorgelijker vinden we dat de onkostenvergoeding volledig uit z’n verband wordt gehaald en de auteur een vertekend beeld van de werkelijkheid... schetst.

    Laten we beginnen met de feiten: de vergoeding is geen stagevergoeding – was dat maar zo; in umc’s krijgen omschreven stagiaires namelijk 325 euro per maand! – maar een maandelijkse onkostenvergoeding van 100 euro voor coassistenten die, anders dan andere studenten, vaak lange werkweken maken en geen tijd hebben voor een bijbaan. Hoezo zouden zij geen recht hebben op een vergoeding en anderen wel?
    Coassistenten zijn niet zielig, maar we vinden wel dat zorginstellingen iets tegenover hun inspanningen mogen stellen. Natuurlijk hebben co’s vooruitzicht op een goede baan, maar daar kopen ze nu niets voor. Helaas hebben ze niet allemaal de luxe van jaarlijkse verre reizen en wintersporttripjes …

    Wij pleiten daarom al jaren voor een vergoeding. ‘We’ is niet alleen De Geneeskundestudent; die is immers geen cao-partij. De vergoeding is het resultaat van onderhandelingen voor een nieuwe Cao UMC en één van de belangrijkste punten uit de inzet van cao-partij Ambtenarencentrum/FBZ, waarbij de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) is aangesloten.
    Als je de vergoeding afzet tegen het instellingsbudget gaat het om cijfers achter de komma. Om de onkostenvergoeding te relateren aan de stijgende zorgkosten is dus nogal buiten proportie. Dat ligt overigens anders bij het aanpassen van het materiële toekomstperspectief – volgens de auteur een beter alternatief. Al eens bedacht wat dat kost?
    Dat waardering belangrijk is, zijn we overigens helemaal met de auteur eens. Maar als waardering de oplossing zou zijn, kunnen we het salaris en de hele cao ook wel afschaffen. Helaas ligt de werkelijkheid iets gecompliceerder ...

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.