Reacties
Ton Drenthen
1 minuut leestijd

Risicofactoren efficiënter opsporen

1 reactie

Wielaart en Sterk concluderen dat hun methode om mensen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten op te sporen en te behandelen zonder vragenlijst vooraf efficiënt en effectief is (MC 41/2012: 2287). Aangezien hun conclusie gebaseerd is op een vergelijking met de getrapte opsporing van de NHG-Standaard PreventieConsult Cardiometabool risico, trekken wij deze conclusie om een aantal redenen in twijfel.

Ten eerste is het PreventieConsult niet alleen gericht op hart- en vaatziekten, maar ook op diabetes en chronische nierschade. Wielaart en Sterk gebruiken cijfers uit de pilotstudie van het PreventieConsult. Na die pilot zijn aanpassingen gedaan, zoals direct uitnodigen van mannen boven 60 en vrouwen boven 65 jaar. Deze groep heeft namelijk op basis van leeftijd al een verhoogd risico op een cardiometabole aandoening. Hierdoor zal de opbrengst van het PreventieConsult in de praktijk positiever uitpakken dan in de pilot.

Een tweede nadeel is dat er veel meer, veelal onnodige, consulten worden gedaan. Dit spoort weliswaar meer patiënten op, maar met een minder efficiënte methode. Van de 456 mensen op consult had 70 procent geen verhoogd risico; zij kwamen ‘voor niets’, maar wel met de nodige kosten. Bij slechts 10 procent werd medicamenteuze behandeling gestart (bij het PreventieConsult: 20%).

Ten derde worden alleen mensen van 55-65 jaar uitgenodigd voor screening. 45-55-jarigen die volgens de gevalideerde vragenlijst een ‘(licht) verhoogd risico’ scoren, worden hierdoor gemist. Zij krijgen via de website informatie over effectieve leefstijlprogramma’s en adviezen over stoppen-met-roken, bewegen en voeding, en de optie om alsnog op het spreekuur te komen.

Op basis van het bovenstaande delen wij de conclusie dat de methode van Wielaart en Sterk efficiënter is dan het PreventieConsult niet. Of de methode effectiever is, zal op basis van effectiviteitsonderzoek nog moeten worden bepaald.

Ton Drenthen, teamleider preventie NHG, en Mark Nielen, onderzoeker bij Nivel, Utrecht

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • L.M. Wielaart

    Huisarts, NIEUWPOORT

    Dank voor uw reactie op ons artikel.
    Een van onze conclusies is dat de beste methode om patiënten met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten op te sporen onderwerp blijft van onderzoek en discussie. Ook onze methode is niet ideaal.
    Uw eerste pun...t van kritiek is dat het preventieconsult niet alleen gericht is op hart-en vaatziekten, maar ook op diabetes en chronische nierschade. Dit geldt echter ook voor het Vitale Vaten project. Hierin is er geen verschil tussen beide methodes.
    Uw tweede punt is dat er meer, veelal onnodige, consulten worden gedaan. Dat is inderdaad de tol van de veel hogere respons. Als je de “sensitiviteit” wil verhogen, zal je meer mensen zien, die uiteindelijk geen verhoogd risico hebben.
    Uw derde punt is dat alleen mensen van 55-65 jaar worden uitgenodigd. Uit onze eerste pilot bleek dat bij 50-55 jarigen slecht 7% een verhoogd risico hadden en dat er zelden een medicamenteuze behandeling gestart werd. Het lijkt dus niet erg efficiënt veel tijd en energie in deze groep te stoppen. U stelt dat de groep met licht verhoogd risico in de 45-55 jarigen gemist wordt en dat zij via de website informatie krijgen over leefstijl. Echter van leefstijladviezen via een website is, voor zover wij weten, niet aangetoond dat het enig effect heeft.
    Van medicamenteuze behandeling van risicofactoren is wel aangetoond dat het effect heeft op morbiditeit en mortaliteit, daarom lijkt het ons verstandig daar op te focussen.
    In het NIVEL onderzoek werd bij slechts 2% van de aangeschreven patiënten een medicamenteuze behandeling gestart. Met onze methode was dat bij 5,7% van de aangeschrevenen.
    Naar wij begrepen hebben, gaat de methode van het preventieconsult, middels een groot onderzoek, geëvalueerd worden. Wij zijn uiteraard zeer geïnteresseerd in de uitkomsten hiervan.
    Wij vinden het belangrijk om te discussiëren over en te blijven zoeken naar de beste manier om personen met cardiometabool risico op te sporen. Daarbij hoort ook het kritisch kijken naar de eerder gemaakte keuzes. Gezamenlijk kunnen we weer een stap verder komen
    Leo Wielaart, Ineke Sterk

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.