Laatste nieuws
Nine van der Vange c.s.
8 minuten leestijd
ouderen

Flexibel werken

Plaats een reactie

Medisch specialisten willen geen fulltime baan

Onder medisch specialisten verliest de fulltime baan aan populariteit. Velen zien uit naar een of meer vrije dagen per week of een minder omvangrijk takenpakket. Wordt die wens vervuld, dan zijn zij bereid langer te blijven werken.

De komende tien jaar dreigt er een ernstig tekort aan medisch specialisten te ontstaan. Het Capaciteitsorgaan voor de medische en tandheelkundige vervolgopleidingen voorspelt een jaarlijks tekort van 500 (optimistisch scenario) tot 2000 medici (worst-case scenario). Uitbreiding van de opleidingscapaciteit biedt pas op termijn soelaas.


Gebrek aan flexibiliteit in werktijden en -omstandigheden is mede oorzaak van het capaciteitsprobleem. Traditioneel past een medisch specialist zijn of haar privé-leven aan het werk aan en niet andersom. Medisch specialisten die een andere verhouding tussen werk en privé willen aanbrengen, krijgen daarvoor gewoonlijk niet de gelegenheid. ‘Gelijke monniken, gelijke kappen’ is immers de hoeksteen van de maatschap of vakgroep.


Het resultaat is veel voortijdige praktijkbeëindiging, onderbenutte capaciteit bij parttimers, uitval door arbeidsongeschiktheid, en uitstroom naar andere beroepen. Ook treedt capaciteitsverlies op als specialisten op 65-jarige leeftijd hun praktijk ‘gedwongen’ beëindigen, terwijl ze nog (geheel of partieel) zouden willen blijven werken.


Zo blijft een substantieel deel van de totale capaciteit van medisch specialisten ongebruikt. Het ligt dan ook voor de hand deze latente capaciteit te gaan benutten en maatregelen te treffen tot behoud van de bestaande capaciteit.


Om na te gaan hoe dezen denken over flexibel werken deed ViaMedica, met ondersteuning van de Orde van Medisch Specialisten, het ministerie van VWS en Movir, onderzoek onder medisch specialisten (zie kader 1).


De bijna 3000 respondenten vormen naar geslacht en leeftijd een representatieve afspiegeling van de totale beroepsgroep. Alleen de psychiaters zijn ondervertegenwoordigd doordat veel van hen niet aan een algemeen ziekenhuis zijn verbonden en de enquête dus niet via het stafbestuur hebben gekregen. Het onderzoek maakt deel uit van een groter project, waarin ViaMedica wil nagaan of en, zo ja, in welke mate flexibilisering van werkomstandigheden een bijdrage kan leveren aan het reactiveren en behouden van medisch-specialistische capaciteit. Het project bestaat behalve uit de enquête ook uit een praktijkproef met flexibeler werkomstandigheden (zie kader 2).

Begripsbepaling
In het onderzoek heeft het begrip ‘flexibiliteit in werken’ drie dimensies: flexibiliteit in tijd; flexibiliteit in taakinhoud; en flexibiliteit in werklocatie/mobiliteit. De houding van medisch specialisten ten aanzien van flexibiliteit in tijd is ronduit positief (zie tabel 1). Bijna 80 procent wenst een of andere vorm van flexibiliteit in tijd voor zichzelf. De respondenten achten een aantal vormen van flexibiliteit in tijd (goed) inpasbaar in de bedrijfsvoering. Opvallend is het hoge percentage medisch specialisten (ruim 60%) dat parttime zou willen (gaan) werken: vermoedelijk zal het aantal parttimers de komende jaren progressief toenemen. De helft van de respondenten wenst een sabbatical en vindt dat ook goed inpasbaar in de praktijkorganisatie. Eenderde vindt dat avondpoli’s en weekend-OK’s mogelijk moeten zijn. Eén op de zeven medisch specialisten zou dan ook zelf willen werken op die tijden.

Aangepaste taakinhoud
Flexibiliteit in taakinhoud vindt ook bijval (zie tabel 2). Bijna eenderde van de respondenten zou een deel van het vak willen laten vallen of zich willen richten op één aandachtsgebied. Een op de vier medisch specialisten wil werken zonder nevenverplichtingen, zoals vergaderen, commissiewerk en managementtaken. Van de respondenten zou 16 procent bij voorkeur geen diensten willen doen. Bijna 5 procent zou de patiëntenzorg geheel of grotendeels willen laten vallen en zich willen richten op niet-patiëntgebonden activiteiten. Vanuit de praktijkvoering vindt de helft van de respondenten het (goed) mogelijk het vak niet meer in de volle breedte uit te oefenen. Ook is het mogelijk management-, onderwijs- en/of opleidingstaken te laten vallen. Niet meer meedraaien in de diensten en zich onttrekken aan nevenverplichtingen vinden een minder gunstig onthaal. Opvallend is dat bijna de helft van de respondenten een collega die geen patiëntenzorg meer verricht, welkom acht binnen de praktijkorganisatie. Te denken valt aan een oudere, ervaren specialist, die zijn collega’s tijdrovende taken als het opstellen van het jaarverslag en jaarplan, het maken van de investeringsbegroting of het opstellen van protocollen uit handen neemt.

Jobhoppers


Het klassieke beeld van de medisch specialist die zich op zijn 35ste vestigt en met 65 jaar de praktijk beëindigt, raakt achterhaald. Steeds minder medisch specialisten blijven tot hun 65ste werken. In de krappe markt groeit het aantal


jobhoppers. Bij relatief grote aantallen medisch specialisten blijkt behoefte te bestaan om eens iets anders te gaan doen. Dat kan een detachering zijn vanuit de eigen praktijk, een verandering van werklocatie of zelfs een volledige flexibele baan als ‘interimmer’ (zie tabel 3). Een ‘flex-pool’ kan volgens de respondenten bijdragen aan de efficiëntie in de zorg door een adequate verwerking van ‘pieken’ in het patiëntenaanbod, het wegwerken van wachtlijsten, het opvangen van (tijdelijke) onderbezetting, de uitbreiding van de reguliere bedrijfstijden van ziekenhuizen (avondpoli’s, weekend-OK’s).


De enquête bevestigt de behoefte aan grotere mobiliteit. Bijna de helft van de respondenten zou wel eens ergens anders willen werken. De belangrijkste grond voor de behoefte aan meer mobiliteit is het opdoen van nieuwe kennis en ervaring. Een ander motief is de eigen expertise aan anderen te willen overdragen. Behoefte aan verandering van de woonomgeving speelt nauwelijks een rol.

Capaciteitseffecten


Voor 1597 van de 1768 respondenten die aangaven flexibel te willen werken, konden de capaciteitsjaren worden berekend, via de formule: % fte x aantal verwachte arbeidsjaren. Dus bij vier dagen werken en naar verwachting nog tien jaar te gaan, is de som 0,80 x 10 = 8 capaciteitsjaren. De berekening is uitgevoerd voor de feitelijke situatie maar ook voor de fictieve situatie waarin de medisch specialist is gaan flexwerken. Veel respondenten verwachten langer door te gaan als ze hun dagbesteding flexibeler kunnen inrichten (tabel 4).


Bij 27 procent van de respondenten treedt er verlies van totale capaciteit op. Bij 16 procent is dit verlies tussen de 0,1 en 2 jaar. Bij 9 procent tussen de 2 en 5 jaar en bij 2 procent meer dan 5 jaar.


Bij 18 procent van de respondenten blijft de capaciteit gelijk: zij werken minder uren per week maar gaan langer door. Bij 55 procent treedt er winst van capaciteit op, omdat zij langer denken te blijven werken onder flexibele werkomstandigheden. Bij 19 procent duurt de loopbaan 0,1 tot 2 jaar langer, bij 32 procent tussen de 2 en 5 jaar en bij 4 procent meer dan 5 jaar.

Gemiddeld werd een winst geboekt van 0,97 capaciteitsjaren. In deze groep van 1597 respondenten levert dit een winst op van 1549 capaciteitsjaren.* Daar komen nog 185 extra capaciteitsjaren bij van de ondervraagde niet-werkende medisch specialisten, onder wie 60- en 65-plussers die in deeltijd zouden willen gaan werken of een deeltaak zouden willen verrichten. Daarbij moet wel worden aangetekend dat het aantal niet meer werkende medisch specialisten dat aan de enquête heeft meegedaan (125), te klein is om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over de hele groep.
Per saldo komen er in de hele groep van 2746 evalueerbare respondenten dus 1734 extra capaciteitsjaren bij. Aangenomen mag worden dat de respondenten verwachten dat minder uren werken een positief effect zal hebben op het behoud van arbeidsvreugde, het voorkomen van burn-out en dergelijke. Daardoor verwachten medisch specialisten langer te kunnen doorwerken.

Winst
Flexibilisering van werkomstandigheden kan een belangrijke bijdrage leveren aan het behoud en vergroten van de medisch specialistische capaciteit nu en in de toekomst. Het aanbieden van flexibele arbeidsomstandigheden nú maakt langer werken stráks mogelijk. Dat is winst. Zowel voor de medisch specialist als voor de gezondheidszorg in Nederland, en dus voor de patiënt.

mw. dr. N. van der Vange,


gynaecoloog, projectleider ViaMedica


mw. M. Vriend,


stagiair, student sociale wetenschappen


K.C.P. Slootman,


marktonderzoeker, oud-directeur Intomart


dr. P. Heiligers,


universitair docent sociale wetenschappen,


Universiteit Utrecht en onderzoeker Nivel, Utrecht

Correspondentieadres: Mw. dr. N. van der Vange,


ViaMedica, Eslaan 10, 1404 EG Bussum, tel. 035 524 7826, e-mail:

info@viamedica.nl

Noot
* Deze berekening is gebaseerd op individuele wensen en vraagt om nuancering. Verdere analyse - bijvoorbeeld per specialisme - kan inzicht geven in de mate waarin de wensen van de individuele arts passen binnen de vraag en behoeften van het specialisme. De match tussen vraag en aanbod bepaalt mede de capaciteitsgroei.

SAMENVATTING


l Ruim 2700 medisch specialisten reageerden op een enquête over flexibelisering van de werkomstandigheden. De meesten van hen staan daar positief tegenover.


l Relatief veel medisch specialisten hebben behoefte aan een andere taakinvulling dan het traditionele fulltime werken en het complete takenpakket.


l Het maatschaps- en samenwerkingsverband en de vakgroepstructuur bieden mogelijkheden tot flexibiliteit. ‘Interim-specialisten’ kunnen worden ingezet op plaatsen waar sprake is van een acuut capaciteitsgebrek.


l Flexibliteit draagt bij aan het terugdringen van voortijdige praktijkbeëindiging, uitval door arbeidsongeschiktheid en uitstroom naar andere beroepen. Flinke capaciteitswinst is hiervan het gevolg.


In de enquête wordt gevraagd naar de mening van medisch specialisten over flexibele(r) werkomstandigheden, bezien vanuit de praktijkvoering (als lid van de maatschap of vakgroep)en vanuit het eigen gezichtspunt (als individu).


Stafvoorzitters van alle Nederlandse ziekenhuizen zijn verzocht de vragenlijst te verspreiden onder de leden van de medische staf en onder stafleden die de laatste twee jaar zijn vertrokken in verband met (voortijdige) pensionering. De vragenlijst was zowel elektronisch als op papier beschikbaar.


Ruim 95 procent van de ziekenhuizen heeft deelgenomen aan het onderzoek. Eén academisch centrum en drie perifere ziekenhuizen zagen af van deelname, veelal uit gebrek aan belangstelling voor het onderwerp. In een vijfde ziekenhuis (academisch centrum) was de besluitvorming over deelname niet afgerond vóór de sluitingsdatum van de enquête.


2937 medisch specialisten hebben gerespondeerd, van wie er 132 niet meer werkten. 2746 formulieren waren verwerkbaar. Redenen van exclusie: te late inzending (n = 118), respondent behoort niet tot een van de erkende medisch specialismen (n = 67), (papieren) formulier foutief ingevuld (n = 6). 


Het percentage respondenten kan door de getrapte wijze van verspreiden van de enquête niet exact worden vastgesteld. Uitgaande van de opgave van de stafsecretariaten (ongeveer 10.000 stafleden bereikt, onder wie soms ook niet-medisch specialisten) en de gegevens van het CTG uit 2001 (naar schatting bijna 11.000 medisch specialisten werkzaam in ziekenhuizen) ligt de totale respons op rond de 31 procent. Daarbij moet rekening worden gehouden met 1300 medisch specialisten die niet zijn benaderd omdat hun stafbestuur afzag van deelname aan de enquête.   


Door de trapsgewijze verspreiding is niet na te gaan hoeveel oud-stafleden uiteindelijk de enquête hebben ontvangen.

Kader 2. Praktijkproef flexwerken


Het project ‘Flexibiliteit in werken’, dat loopt tot februari 2004, omvat behalve de enquête onder medisch specialisten ook een praktijkproef. Doel daarvan is na te gaan of de verschillende vormen van flexibilisering ook in de praktijk uitvoerbaar zijn en de gewenste resultaten opleveren.


Inmiddels hebben zich vijftig medisch specialisten voor deelname aangemeld. Aan de zijde van de opdrachtgevers (medisch specialisten, maatschappen, vakgroepen, directies van ziekenhuizen) moet de belangstelling nog groeien. Vermoedelijk realiseren de opdrachtgevers zich nog niet voldoende dat het uitvallen van medisch-specialistische capaciteit een forse aanslag is op het ziekenhuisbudget.

ViaMedica is een onafhankelijke bemiddelaar in vraag naar en aanbod van flexwerkers. De organisatie is opgezet met steun van de Orde van Medisch Specialisten, het ministerie van VWS en Movir. Meer informatie over de enquête en de praktijkproef is te vinden op www.viamedica.nl .

pdf 4264_rapport_enquete.pdf  De vragenlijst die onder artsen werd verspreid.

Klik hier om uw mening te geven over dit onderwerp. Deze verschijnt direkt onder het artikel.

ouderen artsentekort
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.