CABG wint van PCI
Plaats een reactiePatiënten met coronairlijden die een bypassoperatie (CABG) ondergaan, beoordelen hun kwaliteit van leven na twaalf maanden hoger dan patiënten die tijdens percutane coronaire interventie (PCI) een drug-eluting stent geplaatst krijgen. Maar het verschil is klein, stellen de – voor een deel Rotterdamse – onderzoekers deze week in NEJM.
De onderzoeksgroep van David Cohen toonde in 2009 aan dat, na twaalf maanden, CABG minder vaak tot ernstige complicaties (zoals het optreden van een myocardinfarct) had geleid dan PCI. 1800 patiënten met drietakscoronairlijden of lijden van de linkerhoofdstam ondergingen CABG (897 patiënten), dan wel PCI met een drug-eluting stent (903 patiënten).
Uit de gevalideerde vragenlijsten bleek dat in beide groepen, zes en twaalf maanden na operatie, zowel de algemene als de ziektespecifieke kwaliteit van leven verhoogd was. Na twaalf maanden was het aantal patiënten zonder anginaklachten in de CABG-groep hoger dan in de PCI-groep (76,3 versus 71,6%). Uit eerdere onderzoeken die CABG vergeleken met PCI-ballonangioplastiek en metalen stents, bleek CABG superieur voor de genoemde uitkomstmaten. De onderzoekers stellen dat door de ontwikkeling van PCI met drug-eluting stents, PCI en CABG een gelijkmatigere uitkomst geven wat betreft de gewenste, verhoogde kwaliteit van leven.
Roselien Herderschee
N Engl J Med 2011; 364: 1016-26: Quality of Life after PCI with Drug-Eluting Stents or Coronary-Artery Bypass Surgery
Lees ook:
- CABG blijft eerste keus
- Meer nieuws
- Er zijn nog geen reacties