Praktijkperikelen
Fanne Bijnen
2 minuten leestijd
coronaperikel

Bloemen

2 reacties

Misschien moet ik een bloemenwinkel beginnen. De hele dag omringd door heerlijk geurende bloemen, altijd blije mensen in je winkel, en de ernstigste complicatie van een verkeerd geschikte bos is een lelijke bos (als zoiets al bestaat).

Niet geleefd door een volle agenda, een ongeduldige wachtkamer, het verantwoordelijkheidsgevoel, de angst om iets te missen of iets verkeerds te doen.

Zo denk ik weleens als het weer zo’n hectische dag is in de huisartsenpraktijk. Natuurlijk neemt mijn ratio het vervolgens weer over zegt dat dit misschien wel een wat naïeve droom is: een bloemenzaak hebben is een onzeker bestaan, komen er wel klanten?, stressvol, voor dag en dauw naar Aalsmeer voor de beste bloemen om vervolgens te onderhandelen over de laagste prijs, et cetera.

Maar de laatste tijd, of zoals mijn kinderen zeggen, ‘na de corona’, is het anders. Om te voorkomen dat mensen niet dankzij uitlopende dokters, zoals ondergetekende, hutjemutje in een volle wachtkamer zitten – met het risico dat ze virussen met elkaar uitwisselen – is de agenda ruim gepland.

Hierdoor heb ik eindelijk de tijd om bij die mevrouw die steeds weer met ‘pijntjes hier, pijntjes daar’ komt, eens door te vragen: wat zit hierachter? Die andere mevrouw met hypochondrie die regelmatig – en ‘sinds corona’ – heel regelmatig haar vitale functies wil laten checken: ik erger me er niet aan, ze stoort me niet in een te drukke dag met een te volle wachtkamer, ik heb met haar te doen, wat een nare ziekte. Ik heb de tijd om rond te bellen, te overleggen over hoe we haar kunnen helpen, haar gerust te stellen. Bij de puber die steeds moe is, kan ik, in plaats van een voor de hand liggend ‘moeheidslabje’ te doen, doorvragen naar wat er speelt in zijn leven. De mevrouw wier echtgenoot is overleden bel ik eens extra om te vragen hoe het nu met haar gaat. Een spoedje tussendoor van een hoofdwond die gehecht moet worden? Heerlijk laat maar komen!

Aan het eind van mijn werkdag bel ik de hypochondrische vrouw op om te zeggen dat ze op korte termijn bij de psychiater terechtkan, en we maken een overbruggingsplan voor de tussenliggende tijd. Ze bedankt me omdat ‘u zoveel geduld met mij hebt’. Vervolgens bel ik de verpleegkundige van de thuiszorg om de laatste stand van zaken door te nemen voor die palliatieve patiënt. Ze zegt aan het eind van ons gesprek dat ze het zo fijn vindt dat ze de afgelopen dagen laagdrempelig kon overleggen. Ik besef: dat zou eigenlijk vanzelfsprekend moeten zijn.

Hoewel het heel fijn is om een bedankje te krijgen, is dat niet waar ik dit werk voor doe. Ik doe het voor het gevoel dat ik iets voor iemand heb kunnen betekenen. Dat ik, in plaats van snel een brandje te blussen, iemand echt verder heb kunnen helpen. Dit is waarom ik huisarts geworden ben, en dit is waarom ik het geweldig vind om huisarts te zijn.

Wat heb ik toch een leuke baan. Misschien wel de leukste. Ik ga een bos bloemen kopen.

Fanne Bijnen

huisarts, Wezep

Praktijkperikel coronaperikel
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Perikel insturen

Heeft u iets meegemaakt wat u deed fronsen, foeteren of lachen? Deel het met uw collega's!

Stuur uw anekdote in

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.