Intensivist-senator wil betere aansluiting politiek en praktijk

De werkvloer, de organisatie waar die werkvloer zich bevindt en de politiek. Die drie lagen wil intensivist Peter van der Voort zo goed mogelijk op elkaar afstemmen als Eerste Kamerlid.

Van der Voort volgt vanaf komende week D66-senator Alexandra van Huffelen op, die vertrekt om staatssecretaris van Financiën te worden. Van der Voort is ruim drie jaar geleden lid geworden van D66 en tot nu toe vooral actief geweest binnen het regiobestuur van de partij in Friesland. Dat bestuur, waarin de arts tijdelijk het voorzitterschap waarnam, is verantwoordelijk voor de provinciale verkiezingen. Van der Voort was ‘zijdelings betrokken’ bij het verkiezingsprogramma daarvoor, en bij de zorgparagraaf van het landelijke verkiezingsprogramma.

‘Ik ben altijd al politiek geëngageerd geweest en besloot dat ik actiever wilde worden’, licht Van der Voort zijn kandidaatstelling en nu senatorschap voor D66 toe. Als arts had hij in eerste instantie vooral een inhoudelijk focus op zijn vakgebied, maar naarmate hij meer de onderzoekskant op ging ‘verbreedde mijn blik’, aldus Van der Voort. ‘Ik ging me meer met organisatorische zaken bezighouden.’ Dat speelde ook mee bij zijn activiteiten binnen de vereniging van intensivisten, en bij zijn deeltijdhoogleraarschap bij TIAS. ‘Dat vraagt een brede blik op organisatie en management van de zorg.’

Die bredere blik wil hij inzetten als senator. ‘Daardoor zie je dat je als medicus binnen een groter geheel functioneert. Er is een dynamiek tussen wat er op de werkvloer gebeurt tussen dokter en patiënt, binnen een organisatie en binnen de politiek. Ik vind het intrigerend hoe die micro-, meso- en macrolaag met elkaar samenhangen en op elkaar inwerken. Als politicus wil ik die drie lagen beter op elkaar afstemmen. We moeten oppassen dat nieuwe wetgeving aansluit op de praktijk en de administratie- en regeldruk niet verder vergroot.’

Het werk in de Eerste Kamer sluit voor hem het beste aan bij zijn doelen. ‘Ik kan dat combineren met de praktijk. Ik kan patiëntenzorg blijven leveren en als afdelingshoofd van de ic bij de organisatorische kant betrokken blijven. Door de combinatie heb ik goed inzicht. Dat is de kracht: ik kan kennis en ervaring uit het veld inbrengen. Medici hebben ideeën over hoe de zorg kan worden verbeterd. Het is belangrijk dat de medische wereld goed politiek vertegenwoordigd is.’

D66 is een partij ‘die bij mijn manier van kijken naar de wereld past’, aldus Van der Voort. ‘De partij gaat uit van de individuele kracht van mensen, wil mensen de ruimte geven om zich te ontwikkelen en de regie te nemen.’ Wat zorg betreft spreekt hem aan dat D66 geen rigoureuze stelselwijziging voorstaat. ‘We hebben in beginsel een goed stelsel, en er zijn verbeteringen mogelijk. Aanpassingen binnen het stelsel kunnen ook heel krachtig zijn en verschil maken, zonder dat de disruptie van een stelselwijziging nodig is.’