Geen oorzakelijk verband tussen eerste abortus en suïcidepoging

Vrouwen die een abortus ondergaan doen zowel in het jaar voor als het jaar na de ingreep vaker een suïcidepoging dan andere vrouwen. Deze vrouwen doen dus weliswaar vaker een poging tot suïcide, maar dat kan niet aan de abortus worden toegeschreven. Dit blijkt uit prospectief cohortonderzoek van Julia Steinberg e.a. waarover zij in The Lancet Psychiatry publiceren.

Zij gebruikten Deense bevolkings- en patiëntenregisters om na te gaan of er een relatie tussen het ondergaan van abortus provocatus en (niet-fatale) suïcidepogingen is. Zij includeerden meer dan een half miljoen vrouwen, van wie bijna één op de tien minimaal één abortus had ondergaan. 2 procent had tijdens de follow-up een suïcidepoging gedaan. Van de vrouwen die een abortus hadden ondergaan was dat nadien 2,9 procent. Na correctie voor verstorende factoren (zoals leeftijd, socio-economische situaties, wel of geen kinderen hebben en geestelijke en lichamelijke gezondheid) bleek de kans op een suïcidepoging voor deze vrouwen niet verschillend in het jaar voor en in het jaar na de abortus. De kans nam in de jaren daarna af.

Dat wijst erop dat de abortus an sich niet de oorzaak van de verhoogde kans op suïcidepogingen is, maar dat andere risicofactoren een rol spelen die de kans op beide verhogen. In een begeleidend commentaar schrijft Jenneke van Ditzhuijzen dat deze conclusie past bij resultaten van eerdere studies naar het verband tussen abortus en psychiatrische problemen.

The Lancet Psychiatry: The association between first abortion and first-time non-fatal suicide attempt: a longitudinal cohort study of Danish population registries

Commentaar: Common risk factors for abortion and suicide attempts