Nijmeegs geweldscentrum heeft groeiende clientèle
Plaats een reactieSinds de opening van het Centrum Seksueel en Familiaal Geweld Nijmegen (SFG), eind oktober, hebben vier meisjes zich gemeld na seksueel geweld of mishandeling. Dat zijn er meer dan zich voorheen elders meldden.
Drie van deze meisjes deden aangifte bij de politie. Dat zegt Toine Lagro-Janssen, huisarts en hoofd van het SFG. Afgezien van deze acute hulpvragen is het nieuwe centrum in deze eerste maand vier keer om advies gevraagd door een huisarts of schoolarts van elders. ‘Normaal gesproken zijn er in deze omgeving zo’n tien ernstige gevallen van seksueel geweld of mishandeling per jaar. Dus dit zijn er veel. Opvallend is ook dat alle meisjes jonger waren dan 16 jaar.’ Oorzaak van de stijging, denk Lagro, is de publiciteit die de opening van het centrum, door de burgemeester van Nijmegen, heeft gekregen: ‘Voordien deden vrouwen en meisjes misschien wel aangifte bij de politie, maar was er geen sprake van nazorg. Nu kan men op één plek terecht voor alle hulp die nodig is.’
Het SFG is in feite een virtueel centrum, waaraan vier partijen meedoen: de afdeling SEH van het UMC St Radboud, het Universitair Gezondheidscentrum Heyendael, de politie en de GGD, door de inzet van forensisch artsen. Slachtoffers melden zich bij de SEH voor de eerste opvang; voor eventueel aanvullend forensisch medisch onderzoek is een aparte kamer ingericht. Indien gewenst kan daar ook politie bij aanwezig zijn. Het personeel van de SEH is speciaal getraind in het herkennen en bespreekbaar maken van deze problematiek. In de weken na het geweldsincident bieden huisartsen en nazorgconsulenten van het universitair gezondheidscentrum de nodige nazorg. Ook kunnen huisartsen uit de omgeving op het centrum terecht voor consultatie.
‘Dit is de enige plek waar seksueel misbruik en partnergeweld bij elkaar komen’, zo ziet Lagro het belang van het centrum. ‘Normaal gesproken houdt het voor de forensisch arts op als er sporen zijn gevonden. Hier besteden wij veel meer aandacht aan de nazorg, waarvan de kwaliteit aanzienlijk is verbeterd. En het grote voordeel is dat vrouwen hier op één plaats terechtkunnen. Vroeger was de zorg zeer versnipperd.’ Alle situaties worden na afloop uitvoerig met alle betrokkenen doorgesproken: ’We gaan na wat goed is gegaan en wat niet. We leggen de protocollen nogmaals aan iedereen uit en gaan in op mogelijke lacunes in kennis.’
Alle professionals die bij het project zijn betrokken, worden gewoon door de eigen organisatie betaald. Alleen de coördinator wordt extern gefinancierd, door de provincie Gelderland.
Joost VisserLees ook:
- Er zijn nog geen reacties
