Laatste nieuws
Mara Simons
2 minuten leestijd

De laatste dag

Plaats een reactie

Het lijkt er nu toch echt van te gaan komen. Na zeven jaar studie ga ik binnenkort mijn artsenbul halen. Na tweeënhalf jaar coschappen, een periode die soms oneindig leek – op een krukje getuige zijn van het maken van drieëntwintig echo-cor’s – en soms veel te kort – ‘maar ik weet nog helemaal niet wat ik wil, misschien moet ik nog een extra coschap medische microbiologie/pathologie/AVG doen’ –, zijn vandaag mijn laatste uurtjes als coassistent begonnen.

Met twee zelfgebakken taarten in een Albert Heijn-tas loop ik voor de laatste keer het ziekenhuis binnen. Laatste keer de lift naar de zesde, laatste keer witte jas uit mijn kluisje halen, laatste keer naar de overdracht.

Het is druk: vier nieuwe patiënten opgenomen vannacht. Na de visite word ik gebeld door de microbioloog – ‘nee, dat extra coschap is er niet meer van gekomen’ – omdat er wat vreemde flora en fauna in de feces van mijn patiënt groeien. Ja, dat verklaart zijn buikpijn en nee, we kunnen er niets aan doen. Met een ‘vervelend, maar gaat vanzelf weer over’ mag patiënt naar huis.

Ik denk aan mijn eerste coschap, meer dan twee jaar geleden. De eerste keer dat ik mezelf in een witte jas hees en patiënten mij zagen als ‘iemand die iets weet’. Dat was natuurlijk schijn.

Vier van mijn patiënten gaan naar huis, ik houd er nog maar eentje over. ‘Maandag nadere evaluatie buikklachten’, schrijf ik in haar status. Maar niet door mij dus. Gek idee.

Ik denk aan mijn eerste college, een eeuwigheid geleden. Celbiologie, iets over membranen, golgi-apparaten, mitochondriën en endoplasmatische reticula. Ofzo. Mijn enige patiënt wil niets weten over golgi-apparaten. Ze wil gewoon naar huis. ‘Jullie doen toch niets.’

‘Maandag gaan we het allemaal nog een keer goed bekijken’, leg ik uit. Waarom niet nu?, vraag ik mezelf. Tja, omdat ik dat met de specialist zo heb besproken. ‘Waarom niet nu?’, vraagt ze. ‘We willen er maandag nog eens uitgebreid met verschillende specialismen naar gaan kijken’, zeg ik met een stalen gezicht. ‘O’, zegt ze. ‘Jij bent nog student, toch?’ ‘Ja, coassistent.’ ‘Wanneer ben je klaar?’ ‘Over een paar uur’, zeg ik triomfantelijk. ‘Gefeliciteerd.’ Ze ontdooit. En ze blijft tot maandag.

Dan is het opeens kwart voor vijf, tijd voor de overdracht. Ik draag mijn ene patiënt over: maandag nadere evaluatie buikklachten dus. Als ik mijn laatste woord gezegd heb, zit ook mijn laatste taak als co er officieel op. Het enige wat ik nu nog moet doen is de taart aansnijden.

Ik deel uit en de gesprekken variëren van een felicitatie, een wie-weet-tot-ziens, tot ‘had je nou al een baan?’. Ik sta op, neem nog een keer afscheid van iedereen en sta op het punt mijn witte jas af te gooien om mijn coassistentloze leven tegemoet te rennen. Dan bedenk ik dat vier ontslagen patiënten ook vier ontslagbrieven betekenen. ‘Ik ben hier nog wel even’, mompel ik en vertrek richting de assistentenkamer.

Om vijf voor zeven typ ik de laatste: ‘Met vriendelijke groet, Mara Simons, coassistent, mede namens dr. A.’ Ik sluit de computer af en pak mijn taartvormen in. Ik gooi mijn badge in de brievenbus van de inmiddels gesloten personeelsadministratie, neem de trap naar beneden, loop langs de afdeling, door de gangen, langs het patiëntenrestaurant waar de muffins mij altijd zo verleidelijk aanstaarden, door de hal en dan door de schuifdeur naar buiten. De zon schijnt nog een beetje. Ik loop een paar meter verder en dan kijk ik achterom.

Dit was het dan. Vanaf vandaag geen coassistent meer. Ik ben klaar.

Mara Simons

<b>PDF</b>
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.