Laatste nieuws
6 minuten leestijd
Uitspraak tuchtcollege

Mc 22 - Informed consent alleen door bekwaam, bevoegd en deskundig arts

Plaats een reactie

Patiënte, de latere klaagster, kwam voor een liposculptuurbehandeling van haar abdomen. Een ingreep die uiteindelijk - met veel napijn voor de patiënt - door een buitenlandse arts werd verricht. Deze arts had patiënte tevoren nooit gezien.

Het Regionaal Tuchtcollege stelde patiënte in het gelijk, maar kennelijk niet in alle opzichten want zij ging in beroep bij het Centraal Tuchtcollege. Dat oordeelde dat de aangeklaagde arts-intaker zijn anamnese en onderzoek adequaat had gedaan. Hij had echter nooit de indicatie mogen stellen en informed consent mogen verkrijgen inzake een behandeling waarvoor hij ‘niet bekwaam, niet bevoegd en niet deskundig was’. Het CTG verzachtte de aanvankelijke maatregel van het Regionaal College van ‘berisping’ naar ‘waarschuwing’, mogelijk omdat de arts, die inmiddels in opleiding was voor huisarts, zich lerend had opgesteld.

De boodschap die het tuchtcollege met zijn uitspraak afgeeft, is ons inziens een belangrijke. De vraag is wel in hoeverre deze in het huidige tijdsbeeld van steeds verdere delegatie, vérstrekkende organisatorische gevolgen zou kunnen hebben.

 

Uitspraak Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg d.d. 16 januari 2001Beslissing in de zaak van: A, wonende te B, appellante, tegen C, wonende te D, verweerder in hoger beroep.


1. Verloop van de procedure

A - hierna te noemen ‘klaagster’ - heeft op 10 januari 1998 bij het Regionaal Tuchtcollege te ‘s-Gravenhage tegen C - hierna te noemen ‘de arts’ - een klacht ingediend. Bij beslissing van 31 maart 1999 onder nummer 98 H 10b heeft dat Tuchtcollege de arts de maatregel van berisping opgelegd en bepaald dat de beslissing met inachtneming van artikel 71 Wet BIG zal worden bekendgemaakt op de wijze als in de beslissing aangegeven.

Klaagster is van die beslissing tijdig in hoger beroep gekomen. De arts heeft een verweerschrift in hoger beroep ingediend. De zaak is in hoger beroep behandeld ter openbare  terechtzitting van het Centraal Tuchtcollege van 2 november 2000, waar klaagster en de arts zijn verschenen en gehoord. Tegelijkertijd is de zaak tussen klaagster en de arts E behandeld.

 

2. Beslissing in eerste aanleg

Voor de weergave van de in eerste aanleg ingediende klacht en het daartegen gevoerde verweer, alsmede voor de overwegingen die het Regionaal Tuchtcollege aan zijn voormelde beslissing ten grondslag heeft gelegd, verwijst het Centraal Tuchtcollege naar die beslissing.

 

3. Vaststaande feiten en omstandigheden

Voor de beoordeling van het hoger beroep gaat het Centraal Tuchtcollege uit van de volgende feiten en omstandigheden.

F te D (hierna: ‘de kliniek’) is een privé-kliniek die zich toelegt op het verzorgen van medisch-cosmetische behandelingen, waaronder de (soft)liposculptuurbehandeling. Deze behandelingen worden uitgevoerd door buitenlandse artsen die in het BIG-register zijn ingeschreven en voor hun werk in de kliniek een of meer dagen per week worden ingeroosterd. De meesten van deze artsen zijn geen plastisch chirurg.

De arts is in 1997 in loondienst parttime gaan werken bij de kliniek als ‘consultarts’, belast met, kort gezegd, de intake van cliënten. Hij is de enige arts in de kliniek die Nederlands spreekt. Het was zijn eerste baan als arts na voltooiing van zijn opleiding geneeskunde.

Op 22 april 1997 had klaagster met de arts een (intake)gesprek over de mogelijkheden om het vet van haar buik en maag te laten verwijderen. De arts heeft toen een medische anamnese afgenomen en hij heeft naar het hart en de longen van klaagster geluisterd. De tensie heeft hij niet gemeten. Klaagster heeft de arts meegedeeld dat zij leed aan hernia. De arts heeft naar haar rug gekeken, maar deze niet onderzocht. Hij heeft gezegd dat de arts G de liposculptuurbehandeling zou uitvoeren. Klaagster heeft voor die behandeling geen contact gehad met G. Na de intake heeft de arts aan klaagster enkele bescheiden meegegeven, waaronder een door haar met de kliniek te sluiten behandelingsovereenkomst.

Op 29 mei 1997 is klaagster door G behandeld, die zij toen voor het eerst zag. Na de behandeling kreeg zij last van, door haar als ondraaglijk omschreven, pijnen rond het behandelde gebied. In verband daarmee heeft zij enkele malen de kliniek bezocht. Klaagster heeft ten slotte met de arts een gesprek gehad dat ongelukkig is verlopen. De arts heeft daarvoor later zijn excuses aangeboden.

De arts is niet meer werkzaam bij de kliniek. Hij volgt thans een opleiding tot huisarts.


4. Beoordeling van het hoger beroep

Nu de tuchtrechtspraak op grond van de Wet BIG is beperkt tot handelen/nalaten van (in dit geval) de arts, moet het Centraal Tuchtcollege de vraag die zich in deze zaak wel opdringt, in het midden laten, namelijk of door de organisatie van de kliniek de kwaliteit van de medische zorg, zoals die door de kliniek wordt aangeboden, in voldoende mate wordt gewaarborgd.

Anders dan het Regionaal Tuchtcollege acht het Centraal Tuchtcollege het medisch onderzoek door de arts, zoals hierboven beschreven, als vooronderzoek met het oog op een uit te voeren liposuctiebehandeling niet onvolledig of onjuist. Hierbij maakt het geen verschil dat klaagster, zoals door haar ook aan de arts meegedeeld, leed aan hernia, aangezien dit geen contra-indicatie voor genoemde behandeling vormt.

Wel acht het Centraal Tuchtcollege tuchtrechtelijk verwijtbaar dat de arts de indicatie stelde en informed consent verkreeg inzake een behandeling waarvoor hij niet bekwaam, niet bevoegd en niet deskundig was. Dit in de wetenschap dat klaagster geen contact met de werkelijk behandelend arts zou hebben vóórdat zij de schriftelijke behandelingsovereenkomst, die de arts na de intake aan haar had meegegeven, zou hebben ondertekend. Indien genoemd contact door de organisatie van de kliniek en de positie van de arts daarbinnen niet of bezwaarlijk viel te realiseren, hetgeen op zichzelf geenszins onaannemelijk is, neemt dit niet weg dat de arts een essentieel element van zijn taak en positie als arts heeft miskend en het ook onder bedoelde omstandigheden zijn verantwoordelijkheid als arts bleef voor een dergelijke miskenning te waken.

Dit verwijt rechtvaardigt naar het oordeel van het Centraal Tuchtcollege het opleggen van de maatregel van waarschuwing. Om redenen van algemeen belang zal de beslissing op na te melden wijze worden gepubliceerd.

Het Centraal Tuchtcollege hecht er, onverminderd hetgeen hiervoor is overwogen, aan op te merken dat wordt gewaardeerd dat de arts  ter zitting in voldoende mate en overtuigend ervan blijk heeft gegeven de gang van zaken te betreuren.

Wat ten slotte het afsluitend gesprek met klaagster betreft, voldoende aannemelijk is geworden dat de arts zich van vergelijkingen heeft bediend die onder de omstandigheden misplaatst waren. Mede nu de arts daarvoor, ook op de zitting van het Centraal Tuchtcollege, zijn, als oprecht en welgemeend aan te merken, excuses heeft aangeboden, wordt ten aanzien van dit onderdeel van de klacht echter geen tuchtmaatregel op zijn plaats geacht.

 

5. Beslissing

Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:vernietigt de beslissing waarvan hoger beroep;



bepaalt dat deze beslissing op de voet van artikel 71 Wet BIG zal worden bekendgemaakt in de Nederlandse Staatscourant, en zal worden aangeboden aan het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht en Medisch Contact met het verzoek tot plaatsing.

 

Aldus gegeven in Raadkamer door: mr. R.A. Torrenga, voorzitter; mr. E.J. van Sandick, mr. A.D.R.M. Boumans, leden-juristen; J.S. Pöll, dr. J.A. Zonnevylle, leden-geneeskundigen; mr. F.A. Arnbak-d’Aulnis de Bourouill, secretaris en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 januari 2001, door mr. R.A. Torrenga, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.