LHV-voorzitterscolumn: Gewoon trots

Wekelijks wordt u vanaf deze plek toegesproken door de voorzitter van een van de federatiepartners van de KNMG. Meestal maken wij dan van de gelegenheid gebruik om u deelgenoot te maken van een probleem waaraan hoognodig iets moet worden gedaan of juist niet. Deze keer wil ik eigenlijk alleen onderstrepen dat ik enorm trots ben op de beroepsgroep huisartsen.

Toen het huidige LHV-bestuur twee jaar geleden aantrad, benoemde het de bereikbaarheid van huisartsen tot een van de speerpunten van zijn beleid. Die beslissing vloeide regelrecht voort uit het geformuleerde bestuurs­beleid, waarin naast de huisarts ook de patiënt centraal staat. Uit intern en extern onderzoek bleek die patiënt tevreden te zijn over de zorg die de huisarts dagelijks levert. Alleen zou de huisartsenpraktijk beter bereikbaar mogen zijn. Reden genoeg om met dit gegeven binnen de beroepsgroep aan de slag te gaan.

Vorige week dinsdag leidde dit tot de aanvaarding door de Ledenraad van de LHV van een aantal doelstellingen voor de verbetering van de bereikbaarheid van de huisartsenzorg overdag:

De beroepsgroep heeft dus zonder enige druk van buitenaf de handschoen opgepakt en is met elkaar de discussie aangegaan over verbeter­punten in de bereikbaarheid van de geboden zorg. De beroepsgroep legt zichzelf duidelijke doelstellingen op. Dat getuigt van moed en zelfvertrouwen.

Bij de implementatie van die doelstellingen zal de LHV haar leden uiteraard alle mogelijke ondersteuning verlenen. Dat gebeurt onder meer door de ontwikkeling van een toolkit om de praktijk door te lichten op bereikbaarheidsaspecten. Deze toolkit wordt gepresenteerd op de komende Huisartsbeurs op 8 november.

Binnen de bestaande mogelijkheden kunnen de spoedlijn en de overleglijn nu al ter hand worden genomen. Om echter alle doelstellingen te kunnen doorvoeren, is een uitbreiding van het aantal praktijkassistenten van 1 naar 1,6 fte per normpraktijk een randvoorwaarde. Alleen dan kan een optimale bereikbaarheid van de praktijk gedurende 50 uur per week worden gegarandeerd. Nu is sprake van 1 fte (= 38 uur) ondersteuning en gezien het takenpakket en adv-, vakantie- en verlofdagen is dat uiteraard onvoldoende om 50 uur bereikbaarheid te realiseren.

Steven van Eijck, voorzitter LHV