IGZ wil scherpere richtlijn voor anesthesie bij kinderen

De Inspectie voor de gezondheidszorg  (IGZ) gaat met de anesthesiologen praten over aanscherping van het verenigingsstandpunt over zorgverlening aan kinderen.

Volgens een in 2009 aangenomen standpunt van de Nederlandse Vereniging van Anesthesiologie (NVA) moeten baby’s tot de leeftijd van één maand na een normale zwangerschapsduur in een kindercentrum worden geopereerd. Daar moeten kinderanesthesisten zijn, maar er staat niet – stelt de IGZ vast – dat alleen zij in de OK mogen staan.

Dat de IGZ met de NVA wil praten over aanscherping van het verenigingsstandpunt, komt door de gebeurtenissen rond de destijds anderhalve maand oude baby Jelmer. Deze onderging in mei 2007 in het Universitair Medisch Centrum Groningen een darmoperatie. Drie dagen later bleek het jongetje nog maar nauwelijks hersenactiviteit te vertonen. Omdat de situatie niet veranderde, werd besloten de behandeling te stoppen, maar Jelmer overleed niet. Nu, vier jaar later, is hij volledig zorgafhankelijk. De IGZ onderzocht de zaak, maar deed daar drie jaar over. De radiorubriek Argos van de VPRO besteedde op 2 juli een uitzending aan deze zaak, die veel stof deed opwaaien.

In het eind vorig jaar verschenen eerste IGZ-rapport werd – meldde Argos – forse kritiek geleverd op de behandeling. Zo had de betrokken anesthesioloog een kinderanesthesioloog moeten zijn, had deze verzuimd de preoperatieve bloeddruk te meten, waren er problemen geweest met de zuurstofkap en was de operatieve medicatie te hoog gedoseerd. Tijdens de operatie waren de bloeddruk en de hartslag van het jongetje veel te laag geweest en was er sprake van slechte overdracht en de bewakingsgegevens gingen na de operatie verloren.

In april van dit jaar trok de IGZ het eindrapport echter in. Een tweede inspecteur maakte een nieuw rapport, waarvan binnenkort een definitieve versie zal verschijnen. Volgens Argos zal dat rapport veel minder negatief uitpakken. Zo wordt het ziekenhuis de afwezigheid van een kinderanesthesioloog niet langer aangerekend: deze zou alleen als achterwacht oproepbaar moeten zijn. Argos sugerreerde dat de IGZ het ziekenhuis in bescherming wilde nemen.

De IGZ schreef op 5 juli in een reactie dat ze ‘betreurde’ dat het onderzoek naar de oorzaak van Jelmers hersenbeschadiging zo lang had geduurd en had geleid tot het intrekken van een al vastgesteld rapport. Dat laatste was echter nodig omdat ‘de conclusies in het eerste rapport onvoldoende werden gedragen door de feiten’.  

Desgevraagd meldt de inspectie nu dat in de NVA-richtlijn – bedoeld wordt: het verenigingsstandpunt – niet staat dat ‘bij een dergelijke operatie bij een baby van Jelmers leeftijd een kinderanesthesioloog in de OK aanwezig zou moeten zijn’. Overigens was het standpunt op het moment van de operatie nog niet van kracht.

De NVA zegt het gesprek met de inspectie af te wachten.

Joost Visser

• Meer nieuws