Hartziekte bij matige nierfunctie

Een licht verslechterde nierfunctie vergroot de kans op cardiovasculaire aandoeningen. Dat stellen onderzoekers in Annals of Internal Medicine van 15 augustus.

Dat chronisch nierfalen een risicofactor is voor hart- en vaatziekten staat als een paal boven water. Nierfalen ontwikkelt zich echter geleidelijk en niet duidelijk is of een matig functionerende nier ook de kans op cardiovasculaire problemen beïnvloedt. Om dat te achterhalen onderzocht een Amerikaanse onderzoeksgroep bij meer dan 4600 ouderen het verband tussen het gehalte aan cystatine C en het optreden van hart- en vaatproblemen. Het eiwit cystatine C geldt als marker voor de nierfunctie.

Onder de 4663 proefpersonen waren er 3659 die niet voldeden aan de criteria voor chronisch nierfalen. Hun glomulaire filtratie (GFR) was ten minste 60 ml per minuut. Ongeveer de helft van deze mensen had een cystatine C-niveau van meer dan 1,0 mg per liter. Boven deze grens is er volgens de auteurs sprake van ‘preklinisch nierfalen’.

Uit hun analyse bleek een duidelijk verband tussen preklinisch nierfalen en het optreden van hart- en vaatziekten. Ouderen met een verhoogd cystatine C-gehalte hadden in een follow up van ruim negen jaar 42 procent meer kans om te overlijden als gevolg van een cardiovasculaire aandoening. Het aantal gevallen van hartfalen, CVA en myocardinfarct was respectievelijk 28, 22 en 20 procent hoger dan bij mensen met een normaal cystatine C-gehalte.

Commentatoren Josef Coresh en Brad Astor waarschuwen Europese lezers voor een al te strikte interpretatie van de getallen in deze studie. De cystatine C-testen op ons continent zijn anders gekalibreerd dan die in de Verenigde Staten. << RC

Annals of Internal Medicine 2006; 145: 237-6 en 299-301