Medisch Contact Thema

Radboudumc overbrugt kloof tussen zorg en arbeidsdomein

Klinisch arbeidsgeneeskundige heeft sleutelrol

Plaats een reactie
Getty Images
Getty Images

De kloof en de schotten tussen de zorg en het domein van arbeid en bedrijf­s­gezondheidszorg belemmeren het goed functioneren van de arbocuratieve zorgketen. In het Radboudumc zijn hieruit lessen getrokken, die geleid hebben tot het project Zorg voor Arbeid.

Maatschappelijke participatie is medebepalend voor kwaliteit van leven en zou een uitkomstmaat voor kwaliteit van zorg moeten zijn. Behoud van werk is dan een belangrijk behandeldoel. Maar onze gezondheidszorg is niet ingericht om de toenemende groep chronisch zieken te ondersteunen bij optimaal behoud van arbeidsparticipatie. In het zorgdomein ontbreekt het aan aandacht voor arbeid en arbeidsgeneeskundige kennis. In het arbeidsdomein heeft ruim 40 procent (!) van de werkenden geen toegang tot bedrijfsgezondheidszorg of deze is kwalitatief onder de maat. Beide domeinen zijn sterk gescheiden, er is nauwelijks communicatie. Structurele verbetering van arbocuratieve samenwerking lukt ondanks vele projecten en rapporten niet. Kortom, er is sprake van systeemfalen. Kern van het probleem is het bestaan van gescheiden silo’s, zowel in organisatie als in financiering.

Positief gezondheidsmodel
Het Radboudumc overbrugt kloof en schotten met de zorginnovatie Zorg voor Arbeid: de klinisch arbeidsgeneeskundige (KAG) als specialist in het behandelteam en als verbinder van zorg- en arbeidsdomein. De KAG organiseert en begeleidt de arbocuratieve netwerkzorg van diagnostiek en behandeling tot re-integratie op de werkvloer, samen met de patiënt. Inmiddels zijn circa duizend patiënten begeleid, mogelijk gemaakt met morele en financiële steun van de raad van bestuur. Evaluatieonderzoek loopt.
Doel van het project is om door middel van gezond en passend werk herstel en kwaliteit van leven te bevorderen. Dit sluit aan bij het positieve gezondheidsmodel van Huber, waarbij gezondheid niet de afwezigheid van ziekte is, maar het vermogen van mensen om met hun beperkingen om te gaan, en wel zoveel mogelijk in eigen regie. Naast groot persoonlijk belang, wordt daarmee eveneens aanzienlijk maatschappelijk belang gediend. Namelijk besparing van zorg-, werkgevers- en uitkeringskosten, behoud van arbeidsproductiviteit en financiële onafhankelijkheid.

Patiënten hebben grote zorgen en stress rondom werk en inkomen

De rol van de KAG
In het model wordt een arbeidsgeneeskundige – een geregistreerde senior bedrijfsarts – ingezet als lid van het behandelteam. Deze ontwikkelt zich door scholing, deelname aan multidisciplinair overleg en ervaring tot een ziektespecifieke, arbeidsgeneeskundig specialist ofwel klinisch arbeidsgeneeskundige (KAG). Ervaring is opgedaan met KAG’s in behandelteams voor diverse oncologische en hematologische ketens, voor CVA- en parkinsonpatiënten en voor een aantal cardiologische patiëntgroepen. Zie de kaders voor enkele korte casusbeschrijvingen, die de problematiek op het gebied van arbeid en de rol van de KAG illustreren.
Verwijzing van patiënten naar polispreekuren van KAG’s vindt op indicatie plaats door de behandelend medisch of verpleegkundig specialist. Verwijzingen komen vaker van verpleegkundig specialisten dan van medisch specialisten. Zij richten zich namelijk op sociale implicaties van ziekte en behandeling. Om participatieproblemen goed te kunnen bespreken en voor de triage worden zij geschoold en gecoacht.
Na verwijzing naar het polispreekuur van de KAG voert deze een uitgebreide intake uit, en stelt een probleemanalyse op. Bevorderende en belemmerende factoren voor terugkeer naar of behoud van werk worden op een rij gezet. Op basis van de analyse stelt hij met de patiënt een plan op met adviezen en interventies in het zorgdomein en/of arbeidsdomein. Zo nodig stemt de KAG af met professionals in beide domeinen, zoals medisch specialist, verpleegkundige, revalidatiearts, paramedici, bedrijfsarts, werk­gever, verzekeringsarts, re-integratiebegeleider van de gemeente, et cetera.

Zeer waardevol
In peilingen bij diverse patiëntgroepen in het Radboudumc staat het thema werk steeds in de top 3 van prioriteiten. Patiënten ervaren het als zeer waardevol dat ze al vroeg na hun diagnose informatie en begeleiding krijgen bij het opstellen van een ‘werkplan’ als onderdeel van het zorgplan. De uitgebreide intake, die zowel het medische als het werkdomein in beeld brengt, en het opstellen van een geïntegreerd plan, helpen patiënten vaak al heel goed verder. Zij krijgen beter zicht op hun situatie en ervaren daardoor weer meer grip en regie.
Zorgprofessionals zien dat hun patiënten grote zorgen en stress hebben rondom werk en inkomen. Het beslag dat op hun kostbare tijd gelegd wordt door arbeidsgerelateerde vragen van de patiënt, waar ze vervolgens niet bij kunnen helpen, wordt als frustrerend ervaren. Ze zien dat begeleiding door de KAG de patiënt verder helpt en stress vermindert, en daarmee de effectiviteit van de behandeling vergroot en het herstel bevordert.
Eerstelijnsbedrijfsartsen ervaren de KAG als steunend wanneer ze merken dat de KAG niet op hun stoel gaat zitten, maar wil verbinden. Steeds vaker zoeken zij contact met de KAG’s voor overleg en afstemming bij begeleiding van gezamenlijke patiënten. Wanneer de bedrijfsarts of verzekeringsarts medische informatie opvraagt bij de medisch specialist helpt de KAG om de vertaalslag te maken naar informatie die voor de aanvrager relevant is.

Belangrijkste belemmering
Van raad van bestuur tot zorgprofessionals en patiënten, zijn partijen unaniem van mening dat Zorg voor Arbeid doorontwikkeld en verspreid moet worden. Het Radboudumc gelooft daarin en blijft erin investeren. Uiteraard moet evaluatieonderzoek de effectiviteit en doelmatigheid aantonen.
Voor verdere ontwikkeling en verspreiding is essentieel dat ook bij de politiek en de verantwoordelijke minister het besef ontstaat dat de bestaande scheiding van financiering tussen curatieve en bedrijfsgezondheidszorg geïntegreerde, arbocuratieve netwerkzorg voor werkenden in de weg staat. De Zorgverzekeringswet voorziet niet in de mogelijkheid van financiering van in de zorg geïntegreerde ‘arbeidszorg’ en vormt daarmee de belangrijkste belemmering. Dat schot moet met gebundelde krachten van stakeholders in beide domeinen neergehaald worden om de kloof tussen zorg en arbeid te kunnen overbruggen. Dat besef groeit, evenals de bereidheid om zich daar sterk voor te maken.

Auteurs

Theo Senden
bedrijfsarts, klinisch arbeids­geneeskundige, kwartiermaker Zorg voor Arbeid Radboudumc Nijmegen

Desiree Dona
bedrijfsarts, klinisch arbeids­geneeskundige, principal clinician Radboudumc Nijmegen

Jacqueline Janssen
bedrijfsarts, klinisch arbeidsgeneeskundige Radboudumc Nijmegen

Contact

theo.senden@radboudumc.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

download het artikel lees ook

medisch contact

nummer Arbeids- en verzekeringsgeneeskunde
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.