Seksuele-opvoedingsvragen lastig voor huisarts

Veel huisartsen vinden het lastig om met ouders te praten over de seksualiteit van kinderen, aldus een MC-bericht op 29 oktober.

Ouders hebben regelmatig vragen over wat wel of niet normaal seksueel gedrag is en wanneer ze zich zorgen moeten maken. De vraag is of ze daarmee in eerste instantie de huisarts zullen benaderen. Rutgers WPF en TNO hebben onlangs een richtlijn seksuele ontwikkeling ontwikkeld voor de jeugdgezondheidszorg (JGZ) waartoe ook de consultatiebureaus behoren. De richtlijn bevat wetenschappelijke informatie over de ‘normale’ seksuele ontwikkeling van kinderen waarbij zowel lichamelijke als psychosociale aspecten van seksualiteit in verschillende leeftijdsfasen worden beschreven. De JGZ krijgt hiermee tips en informatie ter ondersteuning van hun professionele handelen. Deze richtlijn wordt de komende maanden getest. Vanaf de zomer 2013 zal de richtlijn landelijk worden ingebed in de JGZ. Het goed volgen van de seksuele ontwikkeling, informatie en advies geven, vroegsignalering en begeleiding zijn bij uitstek taken van de JGZ. Indien zich meer medische vraagstukken voordoen of er is sprake van een bedreigende seksuele ontwikkeling dan komen andere deskundigen, zoals de huisarts, meer in beeld. Ondergetekende is daar namens de Expertisegroep Seksuele Gezondheid van het NHG bij betrokken.

Peter Leusink, huisarts, Gouda