HPV-aanpak moet anders
Plaats een reactie
Onlangs liet het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) weten dat jaarlijks een ‘toenemend aantal meisjes’ wordt ingeënt tegen het humaan papillomavirus (HPV). Het HPV-virus kan op latere leeftijd baarmoederhalskanker veroorzaken. Na een jarenlange voorbereiding ging in 2009 in Nederland het HPV-inentingsprogramma van start. Van de meisjes geboren in 1994 werd 52% ingeënt. Recent werd bij de meisjes geboren in 1999 een opkomst bereikt van 61%.
Een mooie stijging en dat lijkt goed nieuws. Maar op de website wordt niet vermeld dat het HPV-inentingsprogramma pas op bevolkingsniveau doelmatig is bij een jaarlijkse deelnamegraad van minimaal 75%. Dan worden ook de niet-ingeënte vrouwen (en mannen) beschermd en dat komt uiteindelijk ten goede aan de gehele bevolking en daarmee komt het doel in zicht: het uitroeien van een kwaadaardige ziekte.
Ook Public Health in Engeland publiceerde onlangs op haar website de cijfers: het nationale HPV-inentingsprogramma aldaar bereikte in 2013 een deelnamegraad van liefst 86%. In het jaar 2009 was dat al 78%. In Engeland is de HPV-inenting van meet af aan in het schema van de schoolinentingen opgenomen. Dat is erg effectief gebleken.
Het RIVM heeft een andere weg gekozen, niet voor het schoolverband. Maar na 5 jaar is de deelnamegraad nog onder de maat. Op dezelfde manier doorgaan lijkt onverantwoord. Het is tijd om het over een andere boeg te gooien. De oprichting van een breed samengestelde nationale task-force is wellicht verstandig.
Theo Helmerhorst, Em. Hoogleraar Vrouwenziekten, Erasmus MC Rotterdam
- Er zijn nog geen reacties