Praktijkperikelen
3 minuten leestijd
coronaperikel

Vragen over leven, dood en daartussen

2 reacties

De gesprekken op de covidafdeling over leven en dood maken direct indruk op mij als gastarts: in een hogedruksituatie voor de patiënt met een zuurstofkap, net vanuit een ander ziekenhuis binnengebracht, vaak zelf nog aan het bijkomen van de schrik dat een opname noodzakelijk is, worden enkele scenario’s over intubatie, reanimatie en de gevolgen – in reëel maar gruwelijk detail – daarvan uitgespeld en moet besloten worden wat de patiënt, nú en in situaties waarbij het (nog) erger wordt, wil dat er gedaan wordt. Hoe help je, in deze situatie, de patiënt een goed geïnformeerde én autonome beslissing te nemen?

Een vrouw van in de tachtig die ’s avonds opgenomen was met een forse covidinfectie. Ik sprak haar bij de ochtendvisite, keek haar ABCDE na, en had nog wat info nodig om een frailty score in te schatten. Zij vertelde over de hulp die ze haar zoon nog bood in zijn huishouding, de boodschapjes die ze op de fiets bij de Aldi deed en haar kleindochter van wie ze genoot. Het praten ging met horten en stoten vanwege haar hoge zuurstofbehoefte. Tegen het eind van het gesprek besprak mijn supervisor behandelbeperkingen. Dit leek patiënte te verontrusten, vond ze moeilijk te verhapstukken en ze keerde naar binnen: waterige, glazige ogen en alleen nog maar summiere ja’s en nee’s. Drie uur later belde de verpleegkundige: ‘De fysiotherapeut zegt dat mevrouw niet meer wil leven.’

Een onderwerp waar ik me bekwaam in voelde: praten over de dood. Dat doe ik dikwijls met mijn eigen patiënten. Zeker in mijn tijd als crisisdienstpsychiater, waar suïcidaliteit 90 procent van je vak uitmaakt. Er zijn geen beter gemotiveerde patiënten: ze willen zó graag verandering dat ze er zelfs voor willen sterven…

Hoewel haar familie zei dat ze de dag ervoor nog wilde leven, en die indruk had ik in de ochtend ook, wilde patiënte dat nu niet meer. De zoon praatte op zijn moeder in: ‘Nog één dag doorzetten voor de andere kinderen. Die kunnen dan nog op bezoek komen.’ En: ‘Misschien kijk je morgen heel anders tegen de situatie aan… je hebt vaker tijd nodig.’ ‘Hoe lang wil je nu dood, pas een paar uur?’ De supervisor onderbrak hem en gaf hem terug dat hij erg directief was en zijn moeder zelf moest laten beslissen.

In de psychiatrie stel ik mijn patiënten regelmatig vragen omkleed met nuance: ‘Kunt u de actie bij uw wens om dood te gaan uitstellen?’ Ik vraag dit op professioneel vlak, als arts, om hun autonomie te bevorderen door hun wens meer in lijn met zichzelf te kunnen ontwikkelen. Daarmee leren ze zichzelf beter bezien: ik ben niet alleen mijn huidig gevoel of impuls, ik ben ook wat ik meegemaakt heb, met wie ik in verbinding sta en gestaan heb, ik ben verbonden met mijn geschiedenis, ik ben óók mijn (vaak tegenstrijdige) wensen en angsten over de toekomst. Een betere integratie van deze ‘ikken’ leidt vaak tot meer autonomie, maar dat kost tijd.

‘Ik moet weten of ik u nog zuurstof moet geven? Ik kan niets en wil niets tegen uw wens in doen’, zei de supervisor. Mevrouw keek vragend naar haar zoon. ‘Het moet uw beslissing zijn.’ Ze duwde het mondkapje vermoeid van haar gezicht.

Wie zijn wij dokters om een beslissing van een ter zake wilsbekwame vrouw niet direct te volgen? Of zijn wij er om haar te helpen zo autonoom mogelijk te kiezen? Vaak is de primaire (impulsieve) wil niet de meest sprekende wil waardoor iemand zijn ‘ik’ kent of laat kennen, maar is het juist de reflectie op deze wil. Daar is tijd voor nodig. Zetten we het zuurstofmasker af? Of vragen we mevrouw om nog enkele uren bezinning, zoals haar zoon deed? Nog enkele uren lijden?

‘Ik merk dat u het erg moeilijk heeft met deze keuze. Zal ik u even alleen laten en er over een uur op terugkomen?’ Mevrouw keek vragend naar haar zoon. Die knikte. ‘Ik denk dat ik het dadelijk ook niet meer wil zoals het nu gaat, maar goed... tot straks.’ Ze draaide haar gezicht vermoeid terzijde.

De ruimte tussen leven en dood is variabel; hoe daarmee om te gaan blijft en blijkt een kunst met vele kanten. Chapeau voor alle zorgverleners die zich hier met hart en ziel voor inzetten. 

Dirk Geurts, psychiater, Radboudumc

coronaperikel
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Dirk Geurts

    Psychiater, Nijmegen

    Dank voor uw reactie. Goed om aan te vullen dat er veel van het gesprek niet in deze korte bijdrage staat en verschillende opties (al dan niet te verhapstukken door patiente) besproken zijn, ook met familie. In die zin doet dit stuk geen recht aan he...t hele gesprek en mogelijk ook niet aan de supervisor. Dit stukje heeft vooral als doel om tot denken aan te zetten over de precaire situatie waarin dergelijke gesprekken gevoerd worden en hoe een autonome keuze (begrepen als een keuze niet alleen gebaseerd op het moment) daarin soms moeilijk vorm te geven is.

    Ik denk niet dat de supervisor de menselijke maat uit het oog verloren is. Wel dat, zoals meerdere artsen die ik deze gesprekken heb zien doen, hun eigen idee over wat er zou moeten gebeuren, in meer of mindere mate, in het gesprek leggen en daarin best directief kunnen zijn. Daar gaat dit stukje niet specifiek over, maar leest u er denk ik wel terecht in. In zijn algemeenheid vraag ik mij af hoe bewust het geven van onevenwichtige informatie gebeurt. Het onevenwichtige kan makkelijk verbloemd worden door -- en juist ook voor -- degene die het bericht brengt doordat sec gezien alle opties aan bod zijn geweest. Maar dat desalniettemin in tijd, woordkeus, intonatie, plaats in het gesprek etc. ongemerkt/onbewust er toch een forse disbalans gecreeerd wordt, waardoor de informatie voor de patient sterk gekleurd wordt en in die zin sturend is (en sommige info eigenlijk nauwelijks een rol heeft gespeeld). Enige kleur kom je natuurlijk niet onderuit, maar m.i. is het wenselijk dit te beperken.

  • A. Colon

    Neuroloog

    Het lijkt er een beetje op dat uw supervisor bij de bespreking van de behandelbeperkingen (ipv de behandelopties, veelzeggende woordkeus) de menselijke maat een beetje uit het oog verloren heeft en minstens zo directief is geweest als de zoon. Begrij...pelijk in directe, acute crises-situaties en bijna code zwart, maar uit het beschreven beloop blijkt dit niet. Of vergis ik mij?

 

Perikel insturen

Heeft u iets meegemaakt wat u deed fronsen, foeteren of lachen? Deel het met uw collega's!

Stuur uw anekdote in

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.