Lezersverhalen
Marion de Bruin
4 minuten leestijd
coronaperikel

Als ook zwaaien niet meer mag

6 reacties

Ik heb mijn vader verhuisd. Nu ruim zes weken geleden. Het was niet geheel vrijwillig, hij zag er geen heil in. Hij voelde zich prima op zijn galerijflat waar hij al ruim twintig jaar woonde.

Dat hij de grip op zijn leven door de dementie steeds meer kwijtraakte had hij helemaal niet door. Dat hij regelmatig totaal verward en in paniek was vergat hij ook weer even zo snel. Dat alle oude bekenden inmiddels hun bezoek aan hem gestaakt hadden merkte hij niet, want de thuiszorg die twee keer per dag kwam om hem eraan te helpen herinneren dat hij moest eten beschouwde hij als ‘aardige juffrouwtjes’ die bij hem aanklopten voor hulp. En hulp bood hij graag, aan iedereen die het nodig had. Zo bleef hij in zijn gedachten nuttig voor de maatschappij. Zo af en toe liep hij naar de supermarkt waar hij steevast naast taart, je moet je bezoek immers wel wat kunnen aanbieden, ook een grote oranje tas kocht die eenmaal weer thuis op de stapel van ten minste honderd andere nieuwe oranje tassen werd gelegd. Het was een leven dat in alle opzichten steeds leger werd en met het nodige kunst- en vliegwerk overeind bleef.

Toen er een gloednieuw verpleeghuis bij mij in de buurt werd gebouwd, met prachtige moderne voorzieningen en fraaie appartementen, heb ik de sprong gewaagd en mijn vader voor een woning ingeschreven. De nadruk, zo werd vooraf verteld, zou liggen op het wonen, waarbij de autonomie van de bewoner zoveel mogelijk werd gerespecteerd en waarbij de inzet van de familie werd verwacht bij het invullen van de dagbesteding. Een visie die mooi aansloot bij de situatie van mijn dementerende vader die al veertig jaar alleen woonde maar toch de nabijheid van anderen steeds meer nodig had om de chaos in zijn brein te kunnen hanteren.
En zo verhuisde ik mijn vader, die het allemaal niet nodig vond en aanvankelijk alleen maar weg wilde uit zijn nieuwe prachtige appartement. Wég naar zijn oude omgeving waar hij wél zelfstandig naar buiten kon. Erop uit, dat was wat hij wilde. En dat was wat we hem konden bieden. Samen met de verzorging inkopen doen bij de plaatselijke super (met groene tassen) en regelmatig een wandelingetje langs de rivier. Na een week of vier had hij zijn nieuwe woonplek aardig goed geaccepteerd en genoot hij van de nieuwe sociale contacten die hij daar had opgedaan.

En toen kwam corona. Op dinsdag maakten we nog een flinke wandeling samen over de heuvels. De dag daarop gingen de deuren van het verpleeghuis dicht. Bezoek was in verband met het coronavirus niet langer welkom. Mijn vader de natuurliefhebber, moest binnenblijven. In zijn eigen belang, volgens de deskundigen. Hij snapte het niet en als het lukte om hem telefonisch te spreken vroeg hij telkens wanneer ik weer kwam. Hij wilde me zien, hij wilde het bewijs dat ik nog in de buurt was en daarom spraken we af dat ik naar hem zou komen zwaaien. Daar stonden we: hij op tweehoog achter het raam en ik voor op straat. We staken de duimen op naar elkaar en wisselden handkussen uit. Maar toen ik me omdraaide om weg te gaan begreep hij dat niet. Waarom kwam ik niet binnen? Van de verzorging begreep ik naderhand dat ons zwaaimomentje onrust had gebracht en ik kreeg het dringende verzoek om dit niet meer te doen. Ik kan meelezen in het elektronisch dossier waarin naast het tweemaal daags tempen zeer summier wordt gerapporteerd. Bellen naar de verzorging om te vragen hoe het met hem gaat kan niet meer omdat men overstelpt werd met telefoontjes van bezorgde familieleden die van de ene op de andere dag hun vader, moeder, echtgenote niet meer konden bezoeken.

We zijn als familie letterlijk buitengesloten. Het virus daarentegen laat zich ondanks gesloten deuren níet buitensluiten en het afgelopen weekend kreeg ik bericht dat het zijn intrede had gedaan in het verpleeghuis en dat er daarom verdergaande maatregelen waren genomen. Mijn vader mag nu niet meer van zijn prachtige appartement af. Niet meer gezamenlijk eten of koffiedrinken in de buurtkamer. Opnieuw begrijpt hij er niets van. Hij kan niet meer overweg met de afstandsbediening van de televisie en de telefoon is een onbegrijpelijk apparaat voor hem geworden. Hij luistert slecht naar de opdracht om op zijn kamer te blijven en zoekt voortdurend op de gang contact met anderen.  Gisteren had ik hem met hulp van de verzorging even aan de telefoon: ‘Ik wil je zo graag zien, ik was zo gelukkig toen we zwaaiden, ik ben toch niet ziek?’ kon hij me zeggen ondanks zijn woordvindingsstoornissen. En opnieuw krijg ik het niet uitgelegd dat ik hem niet kan bezoeken en dat zelfs zwaaien niet meer mag. Is het ook nog wel uit te leggen?
Het risico van leven is dat we doodgaan. Mijn vader lijdt aan de ongeneeslijke en dodelijke ziekte dementie. Overlijden aan dementie kan een langdurig en zeer moeilijk proces zijn. Nu hij ertoe veroordeeld wordt om voor onbepaalde tijd de hele dag alleen op 35 vierkante meter door te brengen, zonder enige vorm van afleiding en met angst en paniek tot gevolg, wordt dit proces alleen maar pijnlijker. Ik vraag me inmiddels af wat humaner is: een hoog risico op eerder overlijden door een infectie maar wél met sociaal contact, of overlijden door een proces van aftakeling en totaal verlies van grip op de situatie in een langdurig isolement. Het is een duivels dilemma. Niet de beademingsapparatuur, niet de ic, maar het bieden van veiligheid door de nabijheid van anderen is voor dementerende mensen van levensbelang. Maar de keuze is al voor hen gemaakt: die veiligheid is niet meer beschikbaar. Hartverscheurend.

Marion de Bruin, huisarts Mook

Meer coronaperikelen



coronaperikel
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Atta van Westreenen

    Arts, Hulst

    Wat een vreselijk verhaal. Iedereen in gevangenschap, opdat we alle maar zo lang mogelijk kunnen leven. Wat een geestelijke armoede heeft zich van ons meester gemaakt.

  • Anna Bartels

    Neuroloog, Haren

    Heel erg inderdaad om te opeten aanzien en niks te kunnen, mogen doen. Dit is geen leven meer als dit zo voortduurt voor die mensen.
    Bovendien lopen ze via verzorgers zonder beschermingsmiddrlen nog meer risico op besmetting, dan door een enkele bez...oeker, die zelfs nog een mondkapje op kan zetten.
    Zo is het in ieder geval een recept voor leed in de verlenging.

  • Jedidja Fortuijn

    Aios psychiatrie , Haarlem

    Hartverscheurend verhaal. Zou wensen dat u uw vader bij u in huis kon nemen of zoiets. Veel gezondheid, sterkte en troost gewenst.

  • GJ Bonte

    Neuroloog, Dalfsen

    De weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen, zoals ook nu weer blijkt. Ik begin zo langzamerhand te geloven dat het middel (de zogenaamde "intelligente lock-down") erger is dan de kwaal, in dit geval COVID-19. Alsof er op deze manier nog re...denen over blijven voor deze categorie mensen om te willen blijven leven.

  • Els van Veen

    huisarts

    Hartverscheurend. En de verzorging moet met hoestklachten zonder koorts doorwerken is mijn ervaring. Sterkte!

  • Bart Bruijn

    Huisarts, Streefkerk

    Mijn hart huilt. Wat, inderdaad, is het goede doen?

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.