Blogs & columns
Column

Hoofddoekje in opleiding

6 reacties

Trots vertelde een collega mij dat er in zijn ziekenhuis nu ook ‘eentje met een hoofddoekje’ als assistent in opleiding tot specialist was aangenomen, wellicht om de onmetelijke vooruitstrevendheid en ruimdenkendheid van zijn opleidingsteam te onderstrepen. Als je dan toch zo modern bent, moet je misschien ook nog even leren met wat meer respect over je assistenten te spreken.

Het is zo langzamerhand wel overduidelijk dat diversiteit een positief effect heeft op de werksfeer en de resultaten van teams. In de financiële wereld weten ze al decennia dat gender- en etnische variatie in een groep leiden tot hogere winsten en betere investeringsuitkomsten. Ook tonen studies dat diversiteit in medische teams positief uitwerkt op communicatie, weerbaarheid en zelfs uitkomsten bij patiënten. Het is aannemelijk dat mensen met diverse achter­gronden de groep fris en origineel houden en een goede invloed hebben op werkcultuur en omgangsvormen. En moeten we niet sowieso onze teams een zo goed mogelijke afspiegeling laten zijn van de mensen voor wie we het werk doen?

Het besef dat wisselend samengestelde teams beter werken is gelukkig ook tot specialistenopleiders doorgedrongen. Steeds vaker wordt bij de samenstelling van de assistentengroep gelet op een goede balans tussen vrouwen en mannen. Meer vrouwen beginnen een vervolgopleiding in tot voor kort mannenbolwerken. En voor sommige specialismen geldt juist dat een mannelijke sollicitant wordt verwelkomd met champagne en gebak. Op het gebied van etnische diversiteit lijken we echter nog zwaar achter te lopen. Verleden jaar besteedde Medisch Contact nog aandacht aan het contrast tussen de 4 procent specialisten met een migratieachtergrond en de kleine 30 procent niet-witte afstuderende artsen. Uit enquêtes onder afgestudeerde artsen met een niet-westerse achtergrond blijkt dat ze al minder makkelijk door de eerste selectieronde op basis van sollicitatiebrieven komen. Komt dat omdat de activiteiten in hun cv de selecterende opleiders minder aanspreken? Of is het misschien stiekem toch die afwijkende niet-Nederlandse naam?

Kijk je alleen naar studie­resultaten, dan eindig je met een team vol blonde paardenstaarten

Een gevarieerde opleidingsgroep ontstaat niet vanzelf. Als je alleen naar studieresultaten kijkt, lijkt het onafwendbaar dat je eindigt met een team vol blonde meisjes met een paardenstaart. Je moet je dus realiseren dat je geniale cum laude afgestudeerde studenten moet combineren met enthousiaste kandidaten die weliswaar op het nippertje met een 6+ zijn afgestudeerd maar in hun vrije tijd sportkampen voor gehandicapte kinderen organiseren. En wellicht jezelf voornemen om kandidaten met een migratieachtergrond wat vaker de benefit of the doubt te geven en hen uit te nodigen voor een gesprek.

Overigens ben je er nog niet als je eenmaal een gevarieerde assistentengroep hebt. Het wordt steeds duidelijker dat mensen met diverse achtergronden verschillende manieren van begeleiding nodig hebben. Amerikaanse studies tonen dat mannelijke en vrouwelijke assistenten verschillen in zelfvertrouwen, besluitvaardigheid en assertiviteit en daarom subtiel andere vormen van coaching nodig hebben. Dat geldt wellicht ook voor artsen met een andere etnische achtergrond, van wie in de Nederlandse setting al is aangetoond dat ze een hoger uitval­percentage hebben in verschillende vervolgopleidingen.

Afwisseling en verschil in de groep waarmee je werkt zijn in veel opzichten een verrijking. Nu het erop lijkt dat we de hobbel van genderverschillen in de opleiding genomen hebben, is etnische diversiteit de volgende opgave.

Meer van Marcel Levi
opleiding aios
  • Marcel Levi

    Marcel Levi is internist, voorzitter van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en hoogleraar geneeskunde aan de Universiteit van Amsterdam.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Internist i.o. / Arts-onderzoeker, Vlijmen

    Wat mij betreft zou het hoofddoel van elke sollicitatieprocedure moeten zijn: het samenstellen van een team dat de best mogelijke zorg aan de patiënten kan bieden. Dat verschillende karakters zorgen voor een betere teamprestatie, is ook mijn ervaring.... Ik denk echter dat geen enkele vorm van selectie op basis van uiterlijk, geslacht of etniciteit daar op een positieve manier aan bijdraagt. Ik heb goede hoop dat (toekomstige) opleiders verder zullen kijken dan een hoofddoek of een blonde paardenstaart.

    [Reactie gewijzigd door Maessen, Nadia op 08-12-2021 20:51]

  • J.V.M. Noordeloos

    gepensioneerd huisarts, BLOEMENDAAL

    Wat zou het mooi zijn als we ons allemaal aansluiten bij de column van Marcel Levi! Respect voor het team van de blonde paardenstaarten, respect voor de collega met een hoofddoekje. Hoe meer diversiteit van etniciteit en afkomst, hoe meer een groep k...an groeien en enthousiasmeren. Het begint met respect. Met nieuw leiderschap. Maar ook respect voor onze opleiders, de hardliners, de volgers en diegene die nieuwe ideeën ontwikkelen. Respect voor degene die nieuwe wegen inslaat, niet alleen die van de richtlijnendatabase, maar ook die van de leefstijlgeneeskunde, de aanhanger van medicinale werking van onze voeding, van het stimuleren van het zelfherstellend vermogen dat in ieder van ons zit.
    Het zou een prachtige aanvulling zijn van het opleidingsteam.

  • P.P.A. Vergroesen

    AIOS Orthopedie , Amsterdam

    Hoewel de reacties inhoudelijk natuurlijk kloppen, en Prof. Levi hier en daar ook zelf een beetje zwabbert in de uitvoering van het door hem voorgenomen perspectief op ‘anderen’, denk ik dat het een belangrijke stap is als een gezaghebbend persoon zi...ch uitspreekt vóór diversiteit. Je verminderd de kracht van díe boodschap als je gaat bakkeleien over de stijlvorm of de toon.

    Dus: hulde voor het bespreekbaar maken van dit onderwerp.

    En voor praktische handvaten hierin zou ik willen verwijzen naar het boek: ‘Waarom vrouwen minder verdienen en wat we er aan kunnen doen’ van Sophie van Gool. ‘Vrouwen’ kun je in dezen namelijk ook goed als ‘anderen’ dan de geprivilegieerde witte man lezen.

  • M.C. de Vries

    kinderarts / medisch ethicus, Leiden

    Het lijkt zo'n nobele column over diversiteit van Marcel Levi. Maar bij mij overheerst een gevoel van onbehagen. Allereerst omdat Levi diversiteit geen doel op zichzelf lijkt te vinden, maar een instrument om te komen tot hogere winsten en andere pre...ttige uitkomsten. Iemand die zorgt voor gender- en etnische variatie in een groep is geen individu maar een middel tot een ander doel. Ten tweede omdat Levi ongenegeerd in hokjes denkt: geniale cum laude afgestudeerde studenten zijn altijd blonde meisjes (sic!) met een paardestaart; enthousiaste kandidaten die met een 6+ zijn afgestudeerd hebben in hun vrije tijd sportkampen voor gehandicapte kinderen georganiseerd of hebben een migratieachtergrond.
    Met alle goede bedoelingen is de column van Levi daarmee het zoveelste gepriviligeerde-witte-mannen perspectief op diversiteit.
    Echt effectief diversiteitsbeleid komt alleen tot stand als de hoogste managementlagen van een organisatie divers zijn. Als leidinggevenden doorvoeld hebben wat het betekent om zo ongegeneerd in een hokje geplaatst en beoordeeld te zijn.

  • A.H.M.M. Balk

    Gepensioneerd cardioloog, Rotterdam

    Collega Buiting haalt me de woorden uit de mond !

  • Buiting

    Arts M+G, Den Bosch

    Mooie column over het belang van diversiteit in het artsenteam. Een ding snap ik niet goed. Marcel Levi vindt het niet respectvol om te spreken over een collega arts als 'eentje met een hoofddoek'. Dat begrijp ik. Maar is het dan wel respectvol als j...e het hebt over 'een team van blonde paardenstaarten'? Hier raakt Marcel Levi me even kwijt ben ik bang.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.