Geld moet rollen
Veldwerk: de bestuurder
Plaats een reactieBij het regeerakkoord ‘Vertrouwen in de toekomst’ past de ondertitel ‘Geld moet rollen’. Met name de langdurige zorg krijgt er veel geld bij. Ruim 2 miljard.
Dat is opmerkelijk. Want ook na de bezuinigingen van Rutte II zijn de publieke uitgaven voor de langdurige zorg, als aandeel van het nationaal inkomen, de hoogste ter wereld (volgens onomstreden cijfers van de OESO).
Met dank aan Zorginstituut Nederland, dat onlangs de nieuwe kwaliteitsstandaard Verpleeghuiszorg heeft vastgesteld. De vorige minister van Financiën, Jeroen Dijsselbloem, vroeg zich verbijsterd af hoe een semionafhankelijk instituut de regering kon dwingen tot zo’n uitgavengroei. Een goede vraag, hoewel de miljardenimpuls verbleekt bij de Kamerbreed gedeelde hype die ontstond na het manifest van Hugo Borst over misstanden in de verpleeghuiszorg.
Het geval wil dat ik, als lid van de kwaliteitsraad (en de enige econoom in die raad), een bescheiden rol in dit verhaal heb mogen spelen. Ik kan u verklappen dat de 2 miljard extra bepaald geen noodzakelijke financiële vertaling van onze uitstekende standaard is.
De standaard is nogal genuanceerd. Contextafhankelijk, noemen we dat. En het ene verpleeghuis is het andere niet, zoals de NZa in haar berekening laat zien. Als alle verpleeghuizen de best practices van de sector volgen, is zelfs nauwelijks extra geld nodig om de standaard te realiseren. En als de thuiszorg en wijkverpleging meer ruimte krijgen, kunnen verpleeghuizen ontlast worden. Helaas was de opdracht een kwaliteitskader verpleeghuiszorg te maken, in plaats van een kwaliteitskader ouderenzorg. Geld moet rollen, maar of het nu de goede richting op rolt, is de vraag.
- Er zijn nog geen reacties