Ze is nog zo jong!
3 reacties‘De POH was zo’n jong meisje, net uit de schoolbanken vandaan’, zucht de patiënt. Daar zit ik dan, 24 jaar, net uit de schoolbanken, arts-assistent psychiatrie voor de crisisdienst, met een 1-0-achterstand. Tot overmaat van ramp spreek ik ook nog eens het dialect niet dat onlangs promoveerde tot streektaal. Bij de eerste indruk zijn de vooroordelen dus snel gevormd. Na het eerste Hollands klinkende woord kelderen de verwachtingen tot onder het vriespunt.
‘Wat moeten ze met mij?’ dacht ik na een maand op de crisisdienst. Mijn collega’s hebben allemaal minstens tien jaar ervaring. Ik snap wel dat je als patiënt een ouder iemand wilt met meer levenservaring.
‘Je bent heel enthousiast. Dat past bij een jonge hond’, zei een eerdere collega. Op dat moment vond ik het een matig compliment. Jonge honden plassen overal tegenaan, bijten speels en zijn ongeleide projectielen. Niet per se waar je als startende arts mee vergeleken wilt worden.
Maar jonge honden hebben ook veel energie. Dat is het kernpunt van waarom je wél een jonge dokter zou willen als patiënt. Een jonge dokter kent nog niet alle draaideurpatiënten uit zijn hoofd. Daardoor zal hij mogelijk meer vragen stellen, want hij kan nog niet handelen uit eerdere ervaringen met deze patiënt. Diezelfde jonge dokter kan dus ook nog met een frisse blik kijken. Die zal voor je rennen, waar de doorgewinterde collega mogelijk zal blijven zitten ‘want dat gaat toch niets uithalen, dit doet hij altijd’. De jonge dokter is idealistisch.
Daarnaast krijg je met een arts-assistent twee voor de prijs van één: er is altijd een achterwacht betrokken, waardoor er veel aandacht voor de patiënt is.
‘Hoe oud ben jij eigenlijk?’ roept de patiënte vanuit de separeer. ‘Die dokters worden steeds jonger’, zegt ze. Ik zie er niet ouder uit dan ik ben en probeer dat ook niet. Ik ben 24, aios psychiatrie én ik kom net uit de schoolbanken.
‘Je zegt eigenlijk best nuttige dingen’, zegt de patiënt. Daar doe ik het voor. De motivatie is er, de levenservaring zal volgen.
meer van Mette Konings
Siep de Groot
huisarts, niet praktiserend, Eelderwolde
Aan jonge gedreven artsen in de psychiatrie is grote behoefte.
Ze hebben nog tijd voor een gesprek, in tegenstelling tot de oudere.
Die staat soms al klaar na 3 minuten om weer afscheid te nemen en alleen t e praten over de pillen.
Mette, ga zo do...or en ga niet eerst het dossier bestuderen van de psychiatrische patient. Spreken zonder voorkennis en met een open mind; daar heeft hij/ zij behoefte aan. Neem de tijd ervoor want een psychiatrische patient wil je graag veel vertellen want die zit meestal vol emoties. Je zult zien dat je veel terug krijgt en betere afwegingen kunt maken. Je bent nooit te jong als aios om verstandige dingen te zeggen.
Siep de Groot, huisarts niet praktiserend en ex-patient.
menno oosterhoff
psychiater, THESINGE
Ik herinner me ook nog uit mijn begintijd de vraag van patienten: Hoe oud bent u eigenlijk?
Midden twintig en dan mensen helpen met de grootste psychische problemen. Kan dat wel? Ja, dat kan prima. De eerste patiënten die ik behandelde heb ik niet ...slechter behandeld dan de patiënten die ik nu behandel. Het kostte me wel veel meer moeite, ik had supervisie nodig 27 en ik moest veel meer uitzoeken. Maar een van de belangrijkste elementen in ons werk is een goede relatie met de patiënt en jeugdig elan en enthousiasme zijn daarin heel belangrijk. Ik heb nu wel eens het omgekeerde. Ben ik niet te oud. Ik werk ook nog met jonge kinderen. Wat moeten die met zo'n oude vent. Maar ik troost me met de gedachten dat als je jong bent iedereen boven de 20 oud is.
Dus je hebt helemaal gelijk. De motivatie is er en de levenservaring zorgt ervoor dat je ook over 20 jaar het werk nog kunt doen.
M. Wijnker
Huisarts, Voorthuizen
Ik krijg nog wekelijks opmerkingen over mijn jonge leeftijd of vermeende stagaire-status, meestal door voor mij nieuwe patienten, in verdekte vragen als 'u werkt hier nog niet zo lang hè? (ruim 3 jaar)' hoe lang bent u al arts?' (bijna 10 jaar) of' u... ziet er wel jong uit.. ' (tsja, ík nog wel ;))
Het went, en als ze je beter leren kennen kijken ze er vaak wel doorheen en dan volgen een tijdje later de voorzichtige complimenten, meestal ook indirect trouwens..