Blogs & columns
Dolf Algra
Dolf Algra
2 minuten leestijd
Blog

Wie gaat de bedrijfsarts redden?

10 reacties

Al jaren worstelt de bedrijfsarts met een chronische identiteitscrisis en zit daardoor behoorlijk met zichzelf in de knoop. Want is de bedrijfsarts nu eigenlijk een verzuimdokter óf een gezondheidsadviseur van het bedrijf? Een vitaliteitscoach, verzekeringsarts, óf een expert in bevlogenheid? Een advocaat van de werknemer óf een vriend van de werkgever? Dus: waarvoor is de bedrijfsarts eigenlijk op aarde? Wat is zijn meerwaarde? Waarin maakt hij het verschil?

En hoe moeten we het werkdomein van de bedrijfsarts eigenlijk duiden? Is het bedrijfsgezondheidszorg, arbodienstverlening, gezondheidsmanagement, of arbeidsgerichte medische zorg? 

Wie het weet mag het zeggen. Maar de bedrijfsarts zelf blijkt geen keuze te kunnen maken. Hij zit klemvast. Bekneld tussen zijn droom (preventie) én de werkelijkheid van alledag (verzuimbegeleiding). Tussen zorg en sociale zekerheid. Tussen verzuimformulier en verbeteractie. Tussen spreekuur en werkplekonderzoek. Lees de stukken er maar op na.

Twee vooraanstaande bedrijfsartsen braken hun hoofd erover en luidden vorig jaar de noodklok. Hun boodschap was: ‘Zo doorgaan is het failliet van ons vak. Het roer moet om. Wij denken dat de rol en de positie van de bedrijfsarts essentieel anders moeten worden ingevuld.’ 

Hun idee: maak de arbeidsgeneeskunde integraal onderdeel van de reguliere zorg, betaald vanuit het Zvw-basispakket. Voer het zogenaamde risque professionel (de vervuiler betaalt) in én laat de huisarts – ter verlichting van het werkpakket van de bedrijfsarts – de verzuimbegeleiding ‘erbij’ nemen. Easy piece, aldus de bedenkers.

De schrijvers rekenden op een spetterend debat, instemming hier, afkeuring daar. Maar er gebeurde helmaal niets. Een oorverdovende stilte viel hen ten deel. Zelfs het NVAB-bestuur voelde zich niet geroepen op hun cri de coeur te reageren.

En nu doet de Commissie-Heerts (over schadeafhandeling beroepsziekten) een nieuwe duit in het zakje: ‘De huidige inbedding van de bedrijfsgezondheidszorg belemmert de bedrijfsartsen om de spilfunctie die zij zouden kunnen en moeten hebben bij het inrichten van een effectieve preventie en opsporing van beroepsziekten goed te vervullen.’ Het advies aan de politiek: heroverweeg de structurele inbedding van de bedrijfsarts. Zo, die zit. Zou je denken.

Maar helaas vergeten Heerts c.s. de nieuwe gewenste positie nader te omschrijven en/of uit te werken. Dat blijft dus gissen. Nogal van belang lijkt me, want houdt deze gewenste herpositionering bijvoorbeeld in dat de bedrijfsgezondheidszorg weer ‘publiek’ wordt gemaakt én de bedrijfsarts in loondienst bij de GGD komt? Ik noem maar een optie.

Doordat de bijsluiter ontbreekt blijft het volkomen duister wat de ‘heilzame’ werking van de oplossing is, alsmede de eventuele bijwerkingen ervan. Dat was ook het grote manco van de KNMG-nota Zorg die werkt uit 2017, waarbij de KNMG de zogenaamde arbeidsarts introduceerde als oplossing van het probleem. Ook barstensvol met losse eindjes.

In de tussentijd neemt het tekort aan bedrijfsartsen verder toe, én rijzen de uurtarieven tegelijkertijd de pan uit. Voor minder dan 200 euro per uur komt geen bedrijfsarts meer langs of verricht een belletje. Zakelijk gezien gaat het de bedrijfsarts voor de wind. De zaak draait als een tierelier.

Kortom: daar zitten we dan. Het is stilstaand, maar troebel water. Geen gedragen plan, geen richting, geen haalbaar doel in zicht. No sense of urgency én een handvol onuitgewerkte ideetjes.

Werkend Nederland verdient beter. Maar wie gaat de bedrijfsarts redden? Zelf lukt hem dat niet meer.

lees ook
  • Dolf Algra

    Dolf Algra (1952) was tot voor kort zelfstandig bedrijfsarts en adviseur in Rotterdam.  

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.