We hebben een baas aan/baas uit-knop nodig
3 reactiesOp de trap bij de parkeergarage in het ziekenhuis staat al maanden een zuil met daarop de slogan: ‘Ik durf het te benoemen als ik iets zie.’ In de nasleep van publicaties over grensoverschrijdend gedrag is elk ziekenhuis bezig met campagnes om de cultuur te veranderen. Opvallend genoeg richten deze campagnes zich vaak op de partij wiens grens werd overschreden, en niet op de partij die het grensoverschrijdende gedrag liet zien.
De zuil in het trappenhuis is een duidelijk voorbeeld. Mogelijk vanuit de gedachte dat de ander onbewust de grenzen overschrijdt, wordt erop aangedrongen dat je duidelijke signalen moet uitzenden als gedrag over je grenzen heen gaat. Ook de meldapp die gelanceerd is voor coassistenten richt zich op het vergroten van de assertiviteit en het aangeven van grenzen. Er wordt dus hard aan gewerkt dat de zender een duidelijke boodschap uitzendt.
Maar hoe zit het eigenlijk met de ontvanger? Je kunt als zender heel veel moeite doen om een afgestemde boodschap te versturen, maar als de ontvanger niet op dezelfde golflengte zit hoort die alleen maar ruis. Wat wordt er gedaan om de ontvanger te leren beter af te stellen? Ik heb gehoord van verplichte e-learnings voor afdelingshoofden waarbij mensen zich afvragen of ze naar een grap zitten te kijken. Situaties in de trant van: Kun je als afdelingshoofd voorstellen aan een (lager geplaatste) collega dat die op je schoot mag zitten, als er een stoel te weinig is? – Nee, beter van niet.
Wat is dan wél nodig om collega’s alert te maken op signalen van grensoverschrijdend gedrag? Voor mij is de sleutel even simpel als radicaal: stap uit de gebruikelijke machtsverhoudingen en voer een gesprek van mens tot mens.
Toch knelt het juist daar, want in de hiërarchische ziekenhuiscultuur spelen er voortdurend machtsverhoudingen. Als je als specialist met een arts-assistent het beleid voor een patiënt bespreekt, zal de mening van de specialist meer gewicht in de schaal leggen, gebaseerd op ervaring en verantwoordelijkheid. En hoe hoger je in de hiërarchie komt, hoe vaker je strategisch de baas (moet) spelen. Als je zo vaak de houding van baas aanneemt, dan kun je eraan gewend raken dat jouw mening of ervaring meer gewicht in de schaal legt. Maar lukt het je die houding af te leggen, terwijl je een praatje maakt met een coassistent bij de koffieautomaat? Of laat je ook daar, bewust of onbewust merken dat jij meer ervaring en macht hebt dan diegene met wie je praat?
Om de sociale veiligheid te verbeteren moeten we meer aandacht besteden aan het uitzetten van de baashouding. Want alleen als je baashouding uitstaat, kun je de signalen ontvangen over de grenzen van de ander.
Ook van Tanca Minderhoud
M. Kromkamp
psychiater, Enschede
Jaren geleden: samen met een AIOS zag ik een patiënt. De AIOS stelde zich voor aan de patiënt, ik stelde mij daarna voor en voegde toe dat ik die dag met AIOS meekeek bij haar patiënten en dat ik haar baas was. Waarop de AIOS, zonder mij aan te kijke...n, tegen de patiënt zei: "Hònden hebben bazen, ik ben geen hond. Ze is mijn supervisor."
Nooit vergeten, en nooit meer gezegd. Dank, Nienke.
Bestuurder, Amsterdam
Is de cursieve vraag uit de e-learning echt? Of dichterlijke vrijheid?
Ik was getrokken door de kop van het stukje. Denk dat de ‘baashouding’ in de basis al niet deugt terwijl leiderschap wel nodig is. Als bestuurder kan je leiderschap in alle lag...en van de organisatie aanmoedigen met behulp van ‘lean’ filosofie.
T.C. Minderhoud - Bats
internist, Den Haag
Beste bestuurder,
Dank voor uw reactie. Er is inderdaad sprake van dichterlijke vrijheid en dat kwam niet goed naar voren in de vorige versie van deze blog. De tekst zal aangepast worden om dit beter te reflecteren. Dank dat u mij hierop wees.
...
vriendelijke groeten, Tanca Minderhoud