Oproep voor forse herstructurering van de coschappen: wie durft?
6 reacties
Gistermiddag zag ik een toneelvoorstelling gemaakt en opgevoerd door coassistenten, waarin op een prachtige en tegelijkertijd pijnlijke wijze het leven van de coassistent werd geschetst. Een mooi rond verhaal met een interesse wekkende introductie, boeiende scènes met een lach en een traan, een sterk plot en een pakkend einde.
Ik voelde het schuren.
Schuren, om de wederom onaangename chirurg die werd geprojecteerd, om het leuren van de co’s om feedbackformulieren ingevuld en geaccordeerd te krijgen, om het lange wachten op ‘taakjes’, om de onderlinge strijd en het ellebogenwerk, om het privéleven met daten en goedwillende maar bemoeizuchtige ouders dat er doorheen loopt, om de ‘korte en bondige eindevaluaties zonder inhoud’ zoals zo mooi werd geschetst, om de ridiculiteit van feedback vragen aan een patiënt (mooi in scène gezet door een politieagent die feedback vroeg aan zijn arrestant).
Maar ook schuren om de onderliggende pijn die je voelt over de afhankelijkheidspositie van de co, de harde (ziekenhuis)cultuur en de prestatiedrang.
Voor mij schuurde het vooral hard, omdat het één feest der herkenning was van toen ikzelf ruim twintig jaar geleden coassistent was en omdat het mij in al die tussenliggende tijd niet is gelukt om dit (voldoende) te veranderen, terwijl ik hierin ooit écht ambitieus was. Ik sta al een tijdje aan de andere kant en laat het gewoon gebeuren. Dat schuurt hard, heel hard.
Wat nou als we de coschappen eens echt op de schop nemen? Hierbij een voorstel voor een nieuw mastercurriculum gebaseerd op een buddysysteem van vertrouwen, autonomie en gelijkwaardigheid. En hierbij mijn aanbod om de eerste faculteit die het lef heeft om dit in te gaan voeren hierbij te helpen.
Wat nou als we eens teruggaan naar het echte meester-gezelprincipe: één co gekoppeld aan één (gespecialiseerde) arts gedurende blokken van negen weken. Dan kun je in twee jaar tijd tien coschappen van negen weken doorlopen. De co’s kunnen zich inschrijven op tien vakken (van radiologie, pathologie, chirurgie, SEH, huisartsgeneeskunde, oogheelkunde, ouderengeneeskunde, interne, arts maatschappij + gezondheid, kno etc.). Ze loten bij welke arts ze terechtkomen om de bestaande netwerk(ons-kent-ons)cultuur te doorbreken. Mocht je als arts een coassistent willen begeleiden (en ja dat wil je, want dat levert geld op voor je vakgroep), dan moet je daarvoor een motivatiebrief en een roostervoorstel sturen om in aanmerking te komen. Uiteraard kan een medisch specialist een verticaal groepje hebben van zaalarts, aios etc die in zijn verlengde de co begeleiden. In principe volgt de co de gespecialiseerd arts in al zijn werkzaamheden (tot congresbezoek aan toe). In een wekelijks overleg bespreekt de co met zijn begeleider hoe het gaat, waar hun beider behoeftes liggen en hoe ze het dagrooster van de volgende week samenstellen. Aan het eind van het blok beoordeelt de begeleider de co, maar de co óók de begeleider, op een 5-punts likertschaal. Als een begeleider in twee jaar tijd drie keer onder de 3,5 scoort, moet hij eerst op bijscholing (gegeven door coassistenten en basisartsen) over hoe je een coassistent (beter) zou moeten begeleiden.
Ik denk dat als we dit (simpele) systeem doorvoeren, we generalistische steengoede en minder gefrustreerde basisartsen opleiden en ik denk dat we als artsen nog veel meer plezier beleven aan het begeleiden van co’s, want er is meer tijd en aandacht voor elkaar en minder het passanten-sta-in-de-weggevoel.
En dan kan ik over tien jaar de opvoering van dit toneelstuk bekijken zonder dat het schuurt: Oja, das war einmal….
Lees ook
S.M. Schaab
coassistent, Groningen
Beste Susanne,
Ik denk dat dit systeem goed zou kunnen werken, maar tegelijkertijd blijft de afhankelijkheid van de coassistent en wordt misschien de irritatie zelfs wel groter. Het meelopen met dezelfde hoofdbegeleider voor langere tijd heeft als v...oordeel dat je meer ervaring opdoen op een afdeling en beter op elkaar ingespeeld wordt door de tijd heen, maar de nadelen zijn juist het omgekeerde van de voordelen wanneer de samenwerking/werkrelatie niet goed verloopt. Dit hoeft niet eens om slecht functioneren van de coassistent of van de specialist te gaan, maar we zijn nou eenmaal mensen, waarbij conflict, frustratie, uitsluiting etc. kan ontstaan, zeker bij een authoriteitsrelatie. Daardoor verliest de coassistent aan kansen om ervaring op te doen en wordt de co toch geen deel van het team.
Ik vraag me dus af of de conclusie wel echt op gaat, dat met een nieuw systeem deze schuring verdwijnt. In feite is dit systeem van in de leer gaan vergelijkbaar met hoe het zo'n 40 jaar geleden was, met als grootste verschil dat de specialist ook kan worden gecorrigeerd indien zijn begeleiding niet goed is.
Ik hoop dat het idee werkt, maar helemaal oplossen van mobbing en influence-paddling zal denk ik niet gebeuren. Dat is en blijft denk ik in elk menselijk systeem wel tot enige mate bestaan. Wat denk ik belangrijker is, is de houding van specialisten tegenover coassistenten. Beseffen ze, dat we eens gelijken zullen zijn? Dat zij ooit ook in onze schoenen stonden? Dat zij ons nodig hebben voor hun eigen verzorging in een goed functionerend zorgstelsel?
Dat heb ik tot nu toe gemerkt, dat begeleiders die deze houding hebben, die bereid zouden zijn ook onbetaald coassistenten op te leiden, dat zij (over het algemeen genomen) de betere opleiders zijn.
Met vriendelijke groet,
Stefan Schaab
M. Groeneveld
AIOS interne geneeskunde
Ik ben enthousiast! Vooral omdat het coschap zich dan ook meer op de poli gaat afspelen, de huidige coassistent woont op zaal. Hopelijk kunnen we dan ook meer aandacht voor (de relatie met) de eerste lijn bewerkstelligen, tenslotte ligt daar de toeko...mst voor de meeste co assistenten. Zou verder voor een duo gaan: vaste aios met vaste specialist. Want welke specialist neemt nog zelf een SEH patiënt op? De academie heeft ook een uitdaging: 9 weken interne wordt dan 9 weken oncologie oid terwijl het huidige co-schap nog variatie biedt.
Al met al zijn er een hoop variaties mogelijk. Lijkt me prachtig om uit te werken en om een proef mee te draaien.
S.M.A. Jansen
Huisarts-in opleiding, Hoofddorp
Mooi voorstel, iets wat al in het klein in het co-schap huisartsgeneeskunde gebeurd
W.J. Duits
Bedrijfsarts, Houten
Wat een goed idee! Het voelt voor mij (een dinosauriër) als back to the basiscs, hoe het ooit begon. Maar mijn co-schappen zijn meer dan 40 jaar geleden, in die tijd had je begeleiding door stafleden en had je taken, al was het alleen maar de patiënt...en opnemen bijvoorbeeld, waarbij je geacht werd de patiënt te kunnen presenteren bij de "grote visite". Het is jammer dat onze nieuwe aanstaande collega's die begeleiding niet meer krijgen.
S.A. van de Merwe
opleider, Rotterdam
Mooi idee. Ik heb een aanvullend idee: Wat als we eens gingen vertrouwen op de coassistent als een volwassene die graag leert professional te zijn. Dus een coschap aanbieden waar de coassistent volwaardig meedraait met een eigen IOP en een eigen take...npakket, dat met ieder coschap meer inhoud en moeilijkheidsgraden krijgt. Vraagt wel van ons als opleiders om los te laten en ook dat we van coschap naar coschap moeten gaan samenwerken hoe we dit invullen. Andere masterstudies, psychologie, orthopedagogie, kunnen het ook in hun stages. Waarom wij dan niet?
L.S. Wilhelmus - Hoek
Longarts , Hardenberg
Ik zou me aanmelden voor dit systeem. Ik denk dat we dan veel meer het potentieel van onze toekomstige collega’s naar boven kunnen halen en dat we dan als specialist ook betere opleiders zijn!