Onterechte zorgen?
2 reactiesEen van de moeilijkste dingen om te combineren met het artsenbestaan is naar mijn mening het ouderschap. Ik bedoel nu niet de diensten, overwerken of de opvang, maar het moment dat je eigen kinderen ziek worden. Ga je zelf dokteren of laat je de huisarts (mee)kijken? Wanneer moet je je zorgen gaan maken?
Naar horen zeggen zijn er twee typen dokters: degenen die de huisarts te vroeg raadplegen voor hun kind en degenen die dat te laat doen. Ik wil geen van beiden zijn maar ik vrees dat ik neig naar het eerste. Nadat mijn kind midden in de nacht om een banaan en wat te drinken vroeg na een aantal dagen weinig intake bij ziekte, had ik de diagnose diabetes al snel gesteld. Ook mijn grootste schrikbeeld sinds mijn coschap kindergeneeskunde op de oncologie-afdeling - een ruimte-innemend proces in het brein - popt zo nu en dan op. Mijn baken te midden van deze belastende kennis is mijn man zonder medische achtergrond. Als mijn ongerustheid de kop op steekt wend ik me tot hem en wacht op het verlossende antwoord: ‘Ja, dat zou ik ook overleggen met de huisartsenpost.’
En daar zat ik met mijn zorgen en mijn kind op de hap. Van daaruit gingen we door naar de SEH en werden we opgenomen met de werkdiagnose bronchiolitis. Daarmee waren mijn zorgen min of meer weg. Ik kende de ziekte, wist wat er ging gebeuren en wat de prognose was; aan de zuurstof en een aantal dagen in een kamer van vijf bij drie.
Ik onderging het allemaal lijdzaam als ‘moeder van het patiëntje’. Ik merkte hoe fijn het is om zorgverleners te ontmoeten die met je meeleven, die enthousiast zijn als je kind stappen vooruit maakt. Ik vroeg de specialist hoe het kwam dat mijn kind er nu last van had gekregen en niet op jongere leeftijd of in het ‘virusseizoen’. Zijn antwoord dat dat een interessante vraag was, maakte me boos. Waarom had hij niet gewoon toegegeven dat hij mij het antwoord schuldig moest blijven – ook al weet ik dat hij het niet kwetsend bedoelde .
Na de opname knapte mijn kind goed op en ging het leven weer door. Totdat iemand tegen mij zei: ‘toch fijn dat we die zorg hier in Nederland hebben, hè.’ En toen besefte ik pas dat ik inderdaad mijn kind had kunnen verliezen, aan een simpel virus.
Met nog meer dankbaarheid en bewondering kijk ik nu terug op de opname, naar ons zorgsysteem en bovenal naar alle lieve en kundige mensen die ons die zorg hebben gegeven.
Aan alle zorgprofessionals: bedankt voor jullie fantastische inzet! Hoe gewoon het ook lijkt, jullie doen iets bijzonders, iedere dag opnieuw.
meer van Daniëlle Dankers
Marike Ooms
huisarts, Nijeveen
Ik zal het moment nooit vergeten.... Als ik nu de dokter bel, dan moet hij (zoontje,anderhalf) opgenomen worden in dat grote ziekenhuis, nadat hij nog niets dronk bij een hevige Noro virus infectie.
Ik bel gewoon niet....een split second later beld...e ik de dokter toch maar en daar gingen we. Een opname volgde, prima zorg en wat mij betreft weer nog meer inlevingsvermogen bij de vaders en moeders die met hun kleine kind naar zo'n "groot" ziekenhuis moeten voor een simpel op te lossen , maar wel belangrijk probleem.
Bart Bruijn
Huisarts, Streefkerk
Feest der herkenning.
Vertel het vaak aan patiënten, toen mijn oudste geboren was, was ik bijna huisarts.
En daar heb je helemaal niets aan. Nada.