Blogs & columns
André Weel
André Weel
3 minuten leestijd
Blog

Kijk ook eens onder de rokken

Plaats een reactie

Is het bedrijfsartsenvak saai en suf? No way! Toch leeft dat imago bij de curatieve sector. Ik moet toegeven: bedrijfsartsen besteden vele uren per week aan het invullen van formulieren. Voor het UWV. Als ze dat niet doen krijgt de werkgever een boete en de werknemer geen geld. Maar de curatieve sector, zo lees ik in de blogs, wordt zelf steeds suffer en duffer door de toenemende administratieve lastendruk. Curatieve dokters zitten langer achter de computer dan ze staan aan het ziekbed, de operatietafel of de onderzoekbank. Veel zitten is slecht, dat wisten we al. Het kan ook een aantal bijzondere beroepsziekten opleveren. Vandaag een voorbeeld: deukdijen.

Deukdijen zijn geen levensbedreigende aandoening. Ze zijn ontsierend. Ze komen vaker bij vrouwen voor. Nooit van gehoord? Het is echt geen grap. De kwaal heeft een heuse Latijnse naam: lipoatrophia semicircularis. Halfcirkelvormige atrofie van het subcutane vet.

Deukdijen zijn intrekkingen van huid en subcutaan vetweefsel aan de ventrale zijde van de bovenbenen. Mensen ontdekken het in het voorjaar bij zichzelf of bij anderen, als het tijd wordt voor luchtige kleding. Opletten dus! Maar hoezo een beroepsziekte?? Wat hebben deukdijen in vredesnaam met het werk te maken? Heel veel. Ze komen namelijk meer voor bij mensen die zittend werk verrichten. Dat zitten ook tot anatomische afwijkingen kan leiden, is niet zo bekend. Deukdijen zijn ontsierend, maar absoluut niet hinderlijk. Je kunt er gewoon mee lopen en sporten. Het is een cosmetisch probleem. De patiënt is niet arbeidsongeschikt, maar kan wel zijn werkgever aansprakelijk stellen voor immateriële schade. Preventie is dus geboden. Nieuwsgierige bedrijfsartsen gingen speuren naar de oorzaken. Er zijn drie theorieën die de oorzaak bij het werk leggen. Twee mechanische theorieën en een elektrische.

Volgens de druktheorie doet langdurige mechanische druk van een tafelrand of een bureaublad op de dij het vetweefsel verdwijnen. Gelooft u me niet? Voel dan eens achter uw oren. Draagt u een bril met stevig klemmende poten, dan voelt u een horizontale gleuf in uw processus mastoideus. Druk van brillenpoten op de schedel geeft lokale botatrofie. Uw anatomie past zich aan aan uw omgeving. Onder het bureau is sprake van een analoge situatie. Druk van de harde bureaurand op de dij geeft lokale vetatrofie. Stel het bureaublad hoger in, of schuif je stoel naar achteren, is hier het advies.

De tangentiële theorie is ook mechanisch. Het bovenbeen wordt omvat door een circulaire bindweefselstructuur. Bij het onderuit zitten ontstaat er door wrijving tussen de dorsale zijde van de bovenbenen en de stoelzitting een tangentiële afschuifkracht. Deze trekt via de circulaire structuur aan de huid aan de ventrale zijde. Dat leidt op den duur tot intrekking van die huid. Volgt u mij nog? De aanpak is ook hier eenvoudig: ga recht op de stoel zitten en vermijd onderuitzakken, zodat er geen tangentiële krachten ontstaan. Dit argument kunt u gebruiken als uw puberdochter weer eens onderuitgezakt ligt te (z)appen: ga recht zitten, anders krijg je deukdijen!

En dan de elektrische theorie. Belgisch onderzoek wijst in deze richting. De Vlamingen spreken trouwens van ribbeldijen. Elektromagnetische velden afkomstig van computerapparatuur zouden leiden tot statische lading van de kunststofdelen van het kantoormeubilair. Die lading zou via contact met de dijen afvloeien en zo leiden tot weefselschade. Afschermen van apparatuur en aarden van het meubilair kan dit verhelpen.

Voor geen van de drie theorieën is er hard bewijs. De elektrische theorie lijkt nog het stevigst onderbouwd. De kwaal is simpel te verhelpen. Men geneest volledig in enkele maanden. Lipofilling door de plastisch chirurg is niet aan de orde. De curatieve sector verdient er geen cent aan.

Bedrijfsarts is een mooi vak. Best spannend ook. Tenminste, als je een beetje nieuwsgierig bent. En je patiënt zijn broek laat uittrekken of ook eens onder de rokken durft te kijken.

bedrijfsgeneeskunde beroepsziekten
  • André Weel

    André Weel is bedrijfsarts-niet-praktiserend en epidemioloog; werkzaam als curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk.'  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.