Ik zit met AI in mijn maag
1 reactiePlotseling is er zo’n woord waar iedereen het over heeft. Een paar jaar geleden was dat ‘3D-printer’. Overal las je: ‘Over vijf jaar komt een huis uit de 3D-printer.’ O ja? Inclusief kozijnen, ramen, dakpannen, keukenblok, leidingen en deuren? Nee, was het antwoord, alleen een huis dat compleet van plastic is. Wat meteen liet zien hoe onzinnig de opmerking is dat huizen over vijf jaar uit de 3D-printer komen.
Laten we hetzelfde eens zeggen over artificial intelligence. ‘Over vijf jaar komen films, schilderijen, scripties, symfonieën, top 40-hits, gedichten, architectuur, boeken en doktersbehandelingen uit de AI-computer.’ O ja? Inclusief plot, muzikale thema’s, stijlen, vernieuwing, herkenbaarheid, originele opvattingen, een kloppende diagnose en iemands ziel en zaligheid? Ja, is het antwoord. Maar alleen als je accepteert dat dat allemaal van plastic is.
Mijn zoon had een ‘prompt’ – zo heet een opdracht die je aan AI geeft – ingevoerd: ‘Maak een liedje over mijn vader, die een zeurpiet is, niet van voetbal houdt en wiens heggenschaar kapotging, waardoor hij liep te vloeken, in de stijl van rapper Boef.’ Tot mijn verbazing kwam daar een overtuigend klinkend liedje uit, over een zeurende vader met een kapotte heggenschaar. Meteen daarna produceerde hij een liedje over ‘een moeder die in haar Mini naar de Action gaat om geurkaarsen te halen, in de stijl van André Hazes’. Klonk ook heel overtuigend.
Vroeger (staat u mij even toe) werd een lied gemaakt door een componist, tekstschrijver, arrangeur en artiest, wat leidde tot een uniek resultaat. Maar straks spreek je dus een ‘prompt’ in en komt daar binnen tien seconden een liedje uit. Niemand weet wie het geschreven heeft, wie het gezongen heeft, en wiens ziel en zaligheid erin zit – die zitten er namelijk niet in. Bovendien denken mensen vanaf nu dat het maken van iets moois of belangrijks zo werkt. Je drukt op een knopje en het is er. Duizenden briljante artiesten en wetenschappers uit een rijk verleden worden hiermee gereduceerd tot ouderwetse, digibete amateurs. Leve het nieuwe, zielloze AI-tijdperk. Waarom? Omdat het kan. Dat AI gevoed moet worden met al deze eerdere prestaties wordt voor het gemak vergeten. Zonder input geen AI.
Bovenstaande lijkt misschien offtopic, maar ook in de zorg speelt dit een rol. Ik ga proefdraaien met spraakherkenning in de spreekkamer – wat vanwege het zelflerende karakter ook tot AI wordt gerekend – en ben daar huiverig voor. Je maakt keuzes in hoe je iets opschrijft en dus ook in wat je later van jezelf terugleest. Dat reflecteert zich in de zorg die je levert.
Over vijf jaar lijken alle medische dossiers op elkaar, omdat ze zijn geredigeerd in cyberspace, verbonden met een microfoontje in de spreekkamer.
Kunnen we dat niet gewoon op de ouwe vertrouwde manier blijven doen? Of worden we allemaal saaie slachtoffers van fear of missing out en trekken de enthousiaste voortrekkers van AI ons langzamerhand een digitaal moeras van eenheidsworst in?
Lees ook
S.R.J. van Oord - Bosselaar
Longarts, Den Haag
Ik denk dat gestandaardiseerde verslaglegging helemaal geen slecht idee is, als we met elkaar eens zijn hoe een goed verslag eruit ziet.
Door tijdsgebrek zijn sommige dossiers denk ik vrij summier, en kan dit juist voordeel opleveren in de volledig...heid van de verslaglegging, mits gevalideerd dat het een goedwerkende tool is en er altijd nog een "human in the loop" zit die het checkt