Ik dacht dat ik mensen ging helpen
5 reactiesSoms denk ik terug aan die ene patiënt. Het is vrijdagmiddag, de drukte begint zich langzaam op te stapelen. Vlug schiet ik het kamertje in waar mijn volgende patiënt op me ligt te wachten. Ze is 41 jaar, moeder van twee kinderen zoals ik later hoor. Haar man zit naast haar en straalt een soort gelatenheid uit. De afgelopen maanden is dit hun leven, zie ik. Ze zijn het al gewend.
Bij gebrek aan stoelen sta ik naast haar bed wanneer ik met ze in gesprek ga. Hij vertelt haar verhaal: een jaar geleden begon ze af en toe kleine beetjes bloed te verliezen, buiten haar menstruatie. Via de huisarts liet ze een uitstrijkje maken en het bleek goed mis. Ze werd verwezen naar de gynaecoloog en een eindeloos ziekenhuistraject volgde inclusief operatie, chemotherapie, radiotherapie, controles…
Hoewel ze alles op alles hebben gezet, bleek de kanker toch al verder gevorderd te zijn en bleef ze ziek. Nu zit ze midden in het zoveelste chemotraject en voelt ze zich werkelijk belabberd. Ze blijft maar braken ondanks antimisselijkheidsmedicijnen. Ik ben bijna arts en ik probeer te bedenken hoe ik haar kan helpen, maar er komt niks. Ik luister naar hem, naar haar. Een gevoel van hulpeloosheid overvalt me. Ik geloof dat ik haar werkelijk niks te bieden heb.
Met hangende schouders wil ik de kamer uitlopen en ik kijk haar nog één keer aan. Ze geeft me een bemoedigende glimlach. Is dit hoe het voelt om dokter te zijn? Ik dacht dat ik mensen ging helpen, beter ging maken, lijden zou verlichten. In plaats daarvan krijg ik een hart onder de riem van de patiënte voor wie ik niets kan betekenen. Ze raakt me. Misschien is dat het enige.
Meer van Rachel de Jong
D. Idzenga
SEH-arts KNMG, Amersfoort
Moedig opgeschreven maar ik vind het nog steeds pijnlijk dat we onze jonge dokters blijkbaar niet leren dat er altijd iets is dat je kunt doen. Al is het maar een luisterend oor bieden.
M.D. Oosterhoff
psychiater, Thesinge
Ik heb wel eens gezegd: Ik kan weinig voor u doen maar dat kan ik heel lang volhouden.
Ik noem het : Met lege handen blijven staan.
Natuurlijk wil je meer maar dit is wel ook waardevol
B. Bos
Specialist ouderengeneeskunde , Leiden
Inderdaad luisteren, en blijven zitten en aandacht geven, en leren verdragen dat je je machteloos voelt. Je bent machteloos, net als zij, en daar samen met de patiënt uiting aan geven door te blijven, door aan te kijken, door soms zelf je emoties amp...er te kunnen verstoppen: dat is medemenselijkheid: dat is de troost.
Vergis je niet hoe belangrijk dit voor mensen is. De patiënt weet vaak allang dat er niks aan te doen is, maar komen toch, ik denk omdat ze het nog wel kunnen vertellen en wij kunnen luisteren en bij ze blijven. Ze komen om gehoord te worden en derhalve getroost te worden.
J.J.I. Ruchti
Specialist ouderengeneeskunde, Drachten
In de zestiende eeuw schreef de arts Ambroise Paré (1510-1590) de beeldschone en wereldberoemde woorden: 'geneeskunde is soms genezen, vaak verlichten, altijd troosten’.
En in plaats van troosten zou ik luisteren willen stellen. Luisteren kan altij...d, want we leven helaas niet in een maakbare wereld. Soms zijn ergens geen woorden voor, laat staan oplossingen.
G.J. Bos
revalidatiearts
Heel mooi verwoord. Het is dus nooit zo dat je niets kunt doen. Luisteren en er zijn zijn ook heel actief handelen en voor de mensen superbelangrijk.