Blogs & columns
Blog

Ich freue mich auf meinen Tod

1 reactie

In deze tijd van het jaar laten we ons massaal ontroeren door Johann Sebastian Bachs Matthäus Passion. Weinig mensen blijven onverschillig bij het horen van de aria’s en de koren. Bij gelovigen en niet-gelovigen lopen de tranen over de wangen bij cruciale momenten in het lijdensverhaal.

Lijden en dood zijn nauw met elkaar verbonden. Bach schreef ten minste drie Passionen en dertig cantates met lijden en dood als hoofdthema. Misschien omdat lijden en dood ook in het leven van de componist en zijn familie zo prominent aanwezig waren. Bach had uit zijn twee huwelijken twintig kinderen. Tien daarvan zijn op jonge leeftijd gestorven. Van zijn zes volwassen zonen werden er vijf beroepsmusicus.

Op 21 maart aanstaande is het Bachs 333ste geboortedag. Er worden die dag speciale concerten gegeven. We weten veel van Bachs leven en werk. Wat weten we van Bachs gezondheid, van zijn ziekten, zijn dood? Vanaf 1747 speelt een oogziekte op. Een gevolg van ouderdomsdiabetes. Cataract, zegt een andere biograaf. Na een beroerte in de lente van 1749 gaat zijn gezichtsvermogen verder achteruit. Tegen de zomer is hij vrijwel blind. Een oogoperatie in 1750 mislukt. Volledige blindheid is het gevolg. Maar Bach gaat door. Hij moet zijn composities voortaan dicteren. Op 18 juli 1750 wordt hij opnieuw getroffen door een beroerte. Daarbij is sprake van een kortdurend visusherstel. Tien dagen later overlijdt Bach, 65 jaar oud.

Verheerlijkt Bach met zijn muziek het lijden? Is hij een pleitbezorger des doods? Na het horen van de Matthäus Passion is dat een begrijpelijke gedachte. Wir setzen uns mit Tränen nieder. Maar ook in de cantate Ich hab’ genug (BWV 82) staan lijden en dood centraal. Toch is deze cantate heel opgewekt, zowel wat de tekst als wat de muziek betreft. De teksten van Ich hab’ genug gaan over het vreugdevol uitzien naar de dood en het eeuwige leven daarna. De slotaria Ich freue mich auf meinen Tod heeft met zijn drie-achtste maat een dansachtig ritme. De aria begint in mineur, maar eindigt in een overtuigend majeur.

En verder… is Bach zijn leven lang te productief, te gedreven en te eigenwijs om bij hem een doodswens te vermoeden, laat staan doodsverheerlijking. De man aan wie men liefst 11 duizend composities toeschrijft, ligt voortdurend overhoop met het Leipziger stadsbestuur. Dat vindt hem een ouderwetse, narrige vent die beter orgel kan spelen dan componeren. Toch blijft hij tot zijn dood in Leipzig componeren, orgel en klavecimbel spelen. In zijn laatste levensmaanden trotseert hij zijn slechtziendheid en werkt hij keihard aan de voltooiing van Die Kunst der Fuge, een reeks fuga’s en canons voor klavecimbel. Studiemateriaal van hoog niveau.

In Bachs composities kun je iets van een doodsverlangen vermoeden, maar dan als een Jenseitsmystik. Een verlangen naar wat ná de dood ligt. Dat gaat zo ver dat de levende afgunstig wordt op de gestorvenen. Die laatsten hebben het voorrecht dat ze dit tranendal hebben verlaten. Zij zijn beter af. De zwaarte van het aardse leven wordt verregaand gerelativeerd doordat er een hemelse verwachting tegenover staat. Als ‘poort tot het hemelrijk’ verliest de dood veel van zijn bitterheid. Sterven was in de achttiende eeuw een bittere realiteit, veel zichtbaarder, heftiger en publieker dan tegenwoordig. Als het aardse leven een tranendal is, door uitzichtloze armoede, een korte levensverwachting, het ontbreken van behandelmogelijkheden en pijnbestrijding, dan kun je maar beter proberen dat leven anders te bezien. Bijvoorbeeld vanuit de eeuwigheid. Dat geeft uitzicht op iets beters. Dat geeft perspectief.

Juist dat perspectief kan in onze tijd bij mensen ontbreken. Ich hab' genug staat in de 21ste eeuw voor: ik ben klaar met mijn leven, het is voltooid, het mag wel beëindigd worden. Er is geen perspectief. Er is geen Jenseits. Dat perspectief had de achttiende-eeuwse mens wel. Een perspectief waaraan hij zich vastklampte. Dat is het geheim van Bachs muziek. Dat perspectief. Geloof het of geloof het niet: Bachs muziek biedt uitzicht op een beter leven.

 

Ich freue mich auf meinen Tod,

Ach, hätt er sich schon eingefunden.

Da entkomm ich aller Not,

Die mich noch auf der Welt gebunden.

 

muziek
  • André Weel

    André Weel is bedrijfsarts-niet-praktiserend en epidemioloog; werkzaam als curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk.'  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • W.J. Duits

    bedrijfsarts, Houten

    Ik denk dat hier nog wel een theologische discussie over te voeren is. Pasen wordt niet voor niets gevierd aan het begin van het nieuwe groeiseizoen, het "nieuwe leven" dat ontstaat. Pasen gaat niet over de dood, maar juist over leven. De Passionen ...gaan over de dood van Christus als begin van zijn wederopstanding, zonder dood geen wederopstanding.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.