Blogs & columns
Alise van Heerwaarde
3 minuten leestijd
Blog

‘Het komt toch wel goed, dokter?’

4 reacties

‘Hij gaat toch niet dood, dokter?’ Een jongen ligt opgenomen in een Surinaams ziekenhuis met een nefrotisch syndroom. Ouders hebben hem in twee weken tijd behoorlijk achteruit zien gaan en wachten al een week op effect van de prednison. Ik heb geen enkele reden om aan te nemen dat hij zal komen te overlijden, maar wat antwoord je op zo’n vraag?

Ik ben geen waarzegger, geen God, geen alwetende. Misschien staat er morgen een onvoorzien micro-organisme op de stoep, misschien heeft hij een ongediagnosticeerde bloedingsziekte en overleeft hij zijn nierbiopt niet, of misschien geef ik hem vanavond per ongeluk een onjuiste medicatiedosering.

‘Maar verder is alles wel goed, dokter?’ Ik sta aan het bed van een doodzieke baby. Septisch door een bijzonder resistente bacterie. Ik heb ouders in detail alle problemen in alle tracti verkondigd en uitgelegd dat de prognose onzeker is. De teleurstelling druipt van hun gezicht. En dan stellen ze me die onbegrijpelijke vraag. Was mijn informatie niet duidelijk genoeg, begrijpen ze me niet? Wat willen ze dat ik zeg? Uw baby balanceert op de rand van de afgrond, maar hij is nog niet naar beneden gekukeld? Welke ‘verder’ kan nog goed zijn?

‘Maar het komt toch wel goed, dokter?’ Een prematuur kampt met een necrotiserende enterocolitis, een meisje blijkt aan lupusnefritis te lijden, een neonaat wil niet drinken, een kind heeft een diabetische ketoacidose. Bij de een zal het goed komen, bij de ander niet. Ik weet niet of het goed komt, ik weet niet bij wie. En ik weet al helemaal niet wat goed is.

En na alle verleidingen weerstaan te hebben, hoor ik het mezelf laatst ineens zeggen, zonder dat iemand me er ook maar naar vraagt: ‘Het komt goed hoor, ik beloof u dat ze weer beter wordt.’ Het is maar een simpele snotneus, maar hoe durf ik?

In alle duisternis die een ziek kind of een realistische dokter op kan werpen, zoeken mensen hoopvol naar lichtpuntjes. Daarin overtreft de gemiddelde Surinaamse ouder de Nederlandse. Het is een begrijpelijke en benijdenswaardige copingstrategie, maar brengt je als arts in een lastig parket. Ik kan en mag die hoop niet geven. Soms merk ik hoe ik onbewust een positieve einddraai aan mijn pessimistische update van de situatie probeer te geven, maar weet dondersgoed dat de laatste woorden en hoopvolste boodschappen onevenredig lang blijven hangen en een verkeerde weergave schetsen. Je wilt geen huilende ouders zien, en je wilt het allerminst zelf veroorzaakt hebben. Je wilt dat ze je waarderen, dat jij ze door die moeilijke tijd heen hebt getrokken.

Maar je wilt al helemaal niet in het scenario belanden dat mensen niet voorbereid zijn op een negatieve afloop of dat jij de schuldige bent als je belofte niet uitkomt. Door mee te gaan in het spel van het onterechte optimisme, geef je jezelf een verantwoordelijkheid die je niet bevoegd bent te dragen.

Mark wil geen woeste wappies op pannen horen slaan, Hugo liever geen doodsbedreigingen. Wij zijn de patiënten van het kabinet, leggen onze hoop in hun handen, wachten op hun heldhaftige verlossende woord. We eisen een belofte, een corona tijdens de verduistering. We moeten nu snel weten wanneer onze oma op de ic terechtkan en wanneer we het terras kunnen bestormen, zodat we weer lekker kunnen slapen vannacht.

En nadat ze tien keer zeggen dat ze niets kunnen beloven, wordt de lobbyende bevolking ze soms teveel. Dus beloven ze dat de ic-capaciteit kan worden opgeschaald, dat de corona-app er komt, dat het testbeleid versoepeld wordt, dat de vaccinatiecampagne spoedig start. En dan lukt het niet, worden we boos, en kunnen ze zichzelf wel voor hun kop slaan.

Aan alle patiënten van de maatschappij wil ik zeggen dat hun vragen te begrijpen zijn, maar niet altijd beantwoord kunnen worden. Alle dokters, Marks en Hugo’s wil ik adviseren de verleiding te weerstaan. Erken de grenzen van je mogelijkheden. Dat heb je immers wél beloofd.

ook van Alise van Heerwaarde

slechtnieuwsgesprek arts-patiëntrelatie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • kathinka peels

    cardioloog, helvoirt

    goed verwoordde en geobserveerde metafoor voor ons probleem van een maakbare wereld ten tijde van corona

  • Herman Mees

    Huisdokter, Zuidlaren ( en Paramaribo in '85-'86)

    Mooi en wijs stuk, Alise, en ook al mooi zonder de metaforische en terechte verwijzing naar de huidige emotionele tombola, die de overheid, RIVM en media genereren.
    Het moeilijkste voor een dokter, een politicus, een mens, is om te zeggen: ik weet ...het niet.
    Je zet als een door anderen hoog gekwalificeerd iemand je geloofwaardigheid op het spel.
    Maar nog moeilijker is om achter af (als dokter, als politicus) te moeten zeggen: ik had ongelijk.
    Zeker als het gaat om dood gaan of beter worden, vooral van kwetsbare kleine dierbaren.
    In dit alles gaat het om de inhoud, de medisch technische mogelijkheden.
    Maar als het gaat om de hand, de arm, de blik, de aandacht en de tijd, dan kun je alles.
    DAT zijn je mogelijkheden, en dat heb je mooi verwoord.

  • jan keppel hesselink

    pijnarts, Bosch en Duin

    Het kernprobleem is hier hoe om te gaan met het placebo- en het nocebo-effect. Want je activeert of het ene traject (het komt wel goed) of het andere traject (het is kantje-boord). We weten hoe groot de impact is van geloof (positief en negatief) op ...het ziekteverloop.

    Dat maakt het probleem niet kleiner maar groter. Als je in bepaalde gevallen te negatief bent creëer je een negatieve feedback loop die met grote kans je inschatting gaat bevestigen. Als je daarentegen positief bent, heb je nog kans dat door een placebo-effect de patient uit de afgrond klimt.

    Het is dus een bijzonder fluïde situatie. Ondanks dat we geleerd hebben om 'realistisch' te zijn is het de vraag of dat nu wel zo handig is. Ik bedoel maar, de situatie is nog complexer dan dat we denken. Omdat er geen objectieve werkelijkheid zich ontwikkeld na je interventie, maar een werkelijkheid die deels gebaseerd is op jouw specifieke input die je als arts geeft. Dat wilde ik even ter overweging meegeven.....

  • menno oosterhoff

    psychiater, thesinge

    Ik ben met je eens dat je geen valse hoop mag geven en dat je ook niet al te stelling moet beweren dat het wel goed komt. Mijn moeder heeft het een arts nooit vergeven dat hij had gezegd dat mijn broer natuurlijk weer beter zou worden. Dat was niet e...en wilde opmerking want mijn broer was 33, maar hij bleek toch pancreascarcinoom te hebben.
    Dus je moet voorzichtig blijven. Toch wil ik ook niet altijd de existentiele onzekerheid die er altijd is expliciet benoemen. Zeker in de psychiatrie is wanhoop en het idde dat het nooit meer goed komt vaak symptoom is van de aandoening. Ik mag dan wel zeggen dat het wel weer goed komt ( menselijkerwijs gesproken, denk ik er dan achteraan). En mensen hebben ook een beetje illusie nodig. Ik creeer het niet, maar ik probeer ook niet perse het helemaal weg te nemen

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.