De kortste weg naar de voldoende
2 reactiesEen uitdagend onderdeel van het onderwijzen van studenten is het examineren. Hoe toets je of de student de studiestof beheerst? Tijdens mijn studie geneeskunde (UvA) gebeurde dat meestal met open vragen. Een logistiek drama voor de docent; niet in de laatste plaats omdat hij het handschrift van honderden artsen in spe moest ontcijferen. Bij psychologie (ook UvA) waren ze meer gecharmeerd van multiplechoicevragen, met name om het nakijkwerk beheersbaar te houden. Verschillende docenten kozen daar ook voor het ‘open boek’-tentamen.
Tijdens mijn internistenopleiding heb ik tweemaal een landelijke voortgangstoets moeten afnemen: ook multiple choice, ook open boek. Ik geloof dat je inmiddels geen boeken meer mag gebruiken tijdens de voortgangstoets. En dat in een tijd waarin je met een paar kliks onbeperkte toegang hebt tot informatie op het wereldwijde web.
Het is niet hóe je vraagt, maar wát je vraagt. Toetsing draait om de onzichtbare strijd tussen wat de docent vindt dat de student moet weten en wat de student bij machte is om te beheersen. Maar een fout antwoord is niet zozeer een gebrek aan intellectuele capaciteit, maar weerspiegelt de tijd die de student neemt om zich te verdiepen in de stof. Daarom hebben de meeste studenten een sterke overlevingsdrift als het gaat om tentamens. Met minimale inspanning een voldoende scoren! Vanaf dag 1 van een nieuw vak gaat de aandacht uit naar potentiële tentamenvragen. Je moet proeftentamens zien te bemachtigen en doelgericht opletten tijdens colleges, werkgroepen en practica. Interessant genoeg is dit tentamengerichte studiegedrag niet voorbehouden aan jonge bachelors. Ook in de executive MBA-opleiding die ik momenteel volg zijn wij vanaf het eerste college bezig met de kortste weg naar de voldoende. We eisen proeftentamens, zagen de docenten door over de manier van tentaminering, en negeren studiestof met het oormerk ‘facultatief’. Het probleem blijft bestaan: het is tot het tentamen vaak onduidelijk wat van de studenten wordt gevraagd.
Ik stort mezelf meestal met overgave op de aangeboden studiestof zonder specifieke aandacht voor het uiteindelijke tentamen. Ietwat naïef: ik moet toch een voldoende halen en ik heb geen tijd voor hertentamens. Maar ondanks het chronische gebrek aan tijd, vind ik dat studeren – en ook het afnemen van tentamens – een plezierige bezigheid moet zijn. Als onderwijs een chocoladetaart is, is het tentamen het toefje slagroom erop. Zelfs als je er niet van houdt, ziet het er feestelijk uit. Tot nu toe heeft mijn studiegedrag geen onvoldoendes opgeleverd, dus ik ben goed op weg naar het afstudeerfeest.
Als docent projecteer ik mijn studiegedrag op de studenten. Ik vertel de studenten aan het begin van het college: let op, geniet en bestudeer wat jij zelf interessant of belangrijk vindt. Als je zakt voor het tentamen, is het mijn schuld. Het ijs is gebroken. Het college kan beginnen.
meer van Goda Choi-
Goda Choi
Goda Choi is internist-hematoloog, plaatsvervangend opleider interne geneeskunde (regio Noord & Oost) en opleider hematologie (UMCG). In die functies hoopt hij bij te dragen aan een inspirerende opleiding tot medisch specialist. Tevens is hij hoofdredacteur van het Nederlands Tijdschrift voor Hematologie.
Goda Choi
blogger, www
Kennistoets of cursus Google? Ik heb er ooit antwoord op proberen te geven in het NTvG: https://www.ntvg.nl/artikelen/weekboek/kennistoets-cursus-google/ Bij het herlezen betrap ik mezelf erop geen duidelijk antwoord te geven. Eerlijk gezegd weet ik ...het niet goed, het is inderdaad een hele opgave... Neemt niet weg dat we moeten blijven proberen!
Gery Bos
revalidatiearts, Vlijmen
Dank je voor deze mooie blog.
Het zou mooi zijn als studenten op die manier naar de lesstof zouden kijken.
Geeft ook zicht op de complexiteit van een goede manier van toetsen. Uiteindelijk willen we artsen opleiden die de vragen van de patiënten ov...er hun gezondheid kunnen beantwoorden en evt behandelen. Soms is het dan erg handig om veel parate kennis te hebben zoals in acute situaties waarin er geen tijd te verliezen is met opzoeken van informatie, terwijl het in andere situaties helemaal niet erg is om (samen met de patiënt) informatie op te zoeken en aan de hand daarvan het beleid te bepalen. Er is zoveel informatie dat ik niet de illusie heb dat we alles uit het hoofd kunnen weten. Het is dan des te waardevoller om te weten hoe je snel de juiste informatie kunt vinden en toepassen.
Maar hoe je dat vertaalt naar een goede manier van toetsen? Een hele opgave...