Blogs & columns
Cora Aalfs
Cora Aalfs
2 minuten leestijd
Blog

Beste maatjes met zichzelf

2 reacties

Lise (42) heeft moeten leren om van haar lichaam te houden.

‘Mijn uiterlijk is altijd belangrijk voor me geweest. Vanaf mijn vroege jeugd verdoezel ik minpunten met kleding en make-up. Zo zorg ik ervoor dat er altijd iets over mijn billen hangt, want die zijn erg plat. Met groeiremmers ben ik uiteindelijk toch 188 centimeter geworden en heb ik schoenmaat 41. Al mijn schoenen kocht ik te klein, nog steeds heb ik daarvan littekens op mijn tenen. En ik investeer in push-up-bh’s, anders lijkt mijn borstkas te bol. Door mijn bindweefselziekte, het syndroom van Loeys-Dietz, is mijn lijf slungelig en disproportioneel. Dat heeft me vroeger onzeker gemaakt.

Wat ik echt heb moeten leren, is om van mijn lichaam te houden en ernaar te luisteren. Alles bedacht ik in mijn hoofd, mijn lijf moest maar gewoon volgen. Signalen van fysieke overbelasting werden door mijn brein volkomen genegeerd. Het tempo van onze gehaaste, stressvolle maatschappij kon ik gewoon niet bijhouden. Achteraf voelt dat dom, om zover van jezelf verwijderd te raken en niets door te hebben. Uiteindelijk ging het kaarsje dan ook volledig uit: ik raakte in een zware burn-out.

Door intensieve begeleiding kan ik nu veel beter onderscheid maken tussen denken en voelen en ben ik mijn lichaam gaan waarderen. Het klinkt misschien zweverig, maar stapje voor stapje heb ik met mijn hele lijf en leden contact gemaakt. Mijn therapeut deed dat bijvoorbeeld door mijn hand op mijn hart te leggen en te vragen hoe mijn hart eruitziet, hoe het voelt, of het een hij of een zij is. Zo heb ik een reis door mijn lichaam gemaakt en geleerd om er beter voor te zorgen.

Want niemand kan je vertellen tot hoever je mag gaan, welke inspanning goed voor je is. Mijn cardioloog heeft altijd gezegd dat ik rustig aan moet doen en niet te intensief mag sporten. Mijn bloedvaten zijn kronkelig en op meerdere plaatsen verwijd, dus dat kan gevaarlijk zijn. Concrete adviezen geeft hij echter niet. En ja, wat is dan ‘niet te intensief’? Tot een hartslag van 120 of 130? En wat is rustig aan? Een werkweek van 32 uur? Uiteindelijk zijn er geen pasklare oplossingen en moet je vertrouwen op je eigen ervaring. Gelukkig weet ik inmiddels dat mijn lichaam veel sterker is dan iedereen denkt. Ook na mijn openhartoperatie en behandeling voor kanker ben ik er nog en gaat het goed met mij.

Zeker, mijn leven verloopt niet helemaal zoals ik had verwacht. Kinderen heb ik niet en op dit moment ook geen vaste relatie. Maar we kunnen nou eenmaal niet altijd onze zin krijgen, niet alles is maakbaar. Veel mensen accepteren geen nee, ik noem dat verwend gedrag. Met mijn vrienden heb ik enorm veel plezier en ik geniet van mijn werk. Bang voor de dood ben ik niet, ik zie wel hoe oud ik word. Van iedere ziekte ben ik tot nu toe steeds weer hersteld, dat geeft vertrouwen. Beste maatjes zijn met mezelf, dat is mijn belangrijkste streven.’

lees ook
  • Cora Aalfs

    Cora Aalfs werkt als klinisch geneticus in het UMCUtrecht. Zij schrijft de verhalen op van mensen met een erfelijke aandoening. Haar doel is om over te brengen wat het betekent om met een dergelijke ziekte te leven.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.