Blogs & columns
André Weel
André Weel
3 minuten leestijd
Blog

Bedrijfsartsen zonder grenzen

Plaats een reactie

‘Eigenlijk zijn jullie bedrijfsartsen luxepaarden’, zegt de huisarts die ik op de borrel tref. Het bierschuim fleurt zijn toch al weelderige snor nog verder op. ‘Een negen-tot-vijf-baan, nooit een spoedgeval, en als je er niet uitkomt verwijs je de patiënt gewoon weer terug naar de behandelaar!’

Hij zit mij te jennen, dat is duidelijk. ‘De hele bedrijfsgeneeskunde is een luxe van de westerse landen. In ontwikkelingslanden vind je geen bedrijfsartsen. Die zijn daar nog niet aan toe. Ze kunnen nooit jullie hoge uurtarieven betalen! Ik heb pas een groepsreis door Indonesië gemaakt. We hebben bedrijven bezocht, een meubelfabriek, rijstvelden, theeplantages, maar geen bedrijfsarts gezien!’

Tsja, wat moet je daar nu op zeggen. Ik voel mijn bloeddruk stijgen. Maar de woorden blijven me in de keel steken. Om de lieve vrede zeg ik maar even niks. ‘Laten we het voor vandaag gezellig houden. Ik kom erop terug!’

Eerst naar Dublin. Daar was vorige maand het wereldcongres bedrijfsgezondheidszorg van de ICOH, het bedrijfsgeneeskundige zusje van de WONCA van de huisartsen. We kregen van de ILO nieuwe cijfers voorgeschoteld omtrent de mondiale last (global burden) aan beroepsziekten en arbeidsongevallen. Elke dag sterven wereldwijd 6300 mensen door een werkgerelateerde oorzaak. Ongevallen op het werk doden dagelijks bijna 1000 mensen. We maakten kennis met een nieuw initiatief: Workplace Health Without Borders (WHWB). Een vrijwilligersorganisatie die de arbeidsomstandigheden in ontwikkelingslanden wil verbeteren. WHWB ondersteunt zorgverleners in landen als Nepal, Pakistan, India en Tanzania, en geeft trainingen in veel andere landen. WHWB is pure liefdadigheid. De instelling is als charitatieve instelling geregistreerd in Canada, dat zelf bepaald geen ontwikkelingsland is. Giften van Canadese belastingbetalers zijn aftrekbaar. Je vindt hier meer over deze bedrijfsartsen, maar ook verpleegkundigen en fysiotherapeuten zonder grenzen. Ik mail de link naar de huisarts.

WHWB exporteert bedrijfsgeneeskundige zorg vanuit de eerste naar de derde wereld. Dat is natuurlijk prachtig. Maar einddoel van alle hulpverlening moet toch zijn dat een land zelf in staat is om de eigen zorgbroek op te houden. Zelf orde op zaken kan stellen als het om gezond en veilig werken gaat. Dat is gauw gezegd maar kost veel tijd. Tijd om de benodigde kennis en vaardigheden te verwerven. En juist op die kennisoverdracht mikt nu de in Nederland gevestigde tegenhanger van de WHWB. Ook een afkorting van vier letters: LDOH. Learning and Developing Occupational Health. ‘Klik hier ook eens’, mail ik de huisarts. 

Wat is het uitgangspunt van LDOH? Poor education and information result in high rates of occupational and work related diseases and injuries, including fatalities, and in low productivity and low work participation rates. This is true both in high and low income countries. Wisten we allang. Maar LDOH pakt dit op en doet er wat mee. LDOH exporteert op de eerste plaats kennis. Vooral gezondheidsrisico’s in de agrarische sector zijn doelwit. Kennisexport vindt plaats naar Latijns-Amerika en Indonesië. Die kennis wordt geëxporteerd in de vorm van les- en trainingsmateriaal. Beschikbaar in het Engels en het Spaans. De docenten reizen mee. Ook LDOH werkt met onbetaalde vrijwilligers. Soms is er een fonds dat de reiskosten betaalt.

Als ik de huisarts weer tref, steek ik meteen van wal. ‘WHWB en LDOH zijn druppels op een roodgloeiende plaat. Maar onmisbaar om strategieën te ontwikkelen om de global burden aan te pakken. Natuurlijk moet nationale wetgeving daarop inhaken. Werkgevers moet je verplichten om het werk gezond te maken en te zorgen voor hun mensen. De meesten doen dat niet uit zichzelf. En hoe breng je de zorg waar die het hardst nodig is? Om te beginnen via primary health care centers. In steeds meer ontwikkelingslanden leggen we als een koekoek een ei in het nest van de primary health care. Tot er voldoende infrastructuur is om eigen centra te stichten. Maar dat gaat even duren. Intussen zijn vrijwilligers broodnodig. Ieder gered leven is er één, toch? Gelukkig zijn er bedrijfsartsen die grensoverschrijdend willen werken. Die niet blijven hangen in uurtje factuurtje. Die zorg verlenen waar het nodig is. Dat gebeurt ook buiten de grenzen van negen tot vijf. Jouw gift is fiscaal aftrekbaar!’

 

  • André Weel

    André Weel is bedrijfsarts-niet-praktiserend en epidemioloog; werkzaam als curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk.'  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.