Verwarring over ‘code zwart’
Plaats een reactieVWS en artsenorganisaties interpreteren ‘code zwart’ op een verschillende manier, zo meldt de Volkskrant vanochtend.
Volgens de artsen is er sprake van code zwart (fase 3) wanneer er niet meer voor iedere patiënt die dat nodig heeft een ic-bed beschikbaar is. VWS en het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ) stellen code zwart gelijk aan fase 3c, het moment waarop artsen patiënten selecteren op basis van niet-medische argumenten zoals leeftijd. Voor de duidelijkheid: in fase 3a is er sprake van triage op basis van medische overwegingen (zoals overlevingskans na ic), in 3b worden patiënten vergeleken op basis van medische overwegingen, en krijgt degene met de grootste overlevingskans voorrang.
In de podcast van Medisch Contact van vorige week legt ethicus Gert van Dijk (KNMG, Erasmus MC) haarfijn uit hoe het zit. Code zwart is wel degelijk heel fase 3. Het is namelijk niet zo dat 3a, 3b en 3c elkaar opvolgen, ze kunnen elkaar, afhankelijk van de omstandigheden, steeds weer afwisselen, en kunnen in elkaar overlopen. Dat betekent dus ook dat ziekenhuizen niet allemaal in dezelfde subfase hoeven te zitten.
-
‘Code zwart bestaat niet’
Deze week een belangrijk gesprek met ethicus Gert van Dijk over fase 3a, b en c en fouten in een recente brief aan de Kamer, zwangeren met spijt op de ic, een tuchtklacht negen jaar na dato (met commentaar van psychiater Menno Oosterhoff), de mening van Maassen en het perikel van de week.
- Er zijn nog geen reacties