Laatste nieuws
Wetenschap

Nieuwe studie bevestigt: kans op borstkanker iets hoger door hormoontherapie

2 reacties

Vrouwen die vanwege overgangsklachten hormoontherapie krijgen, lopen daardoor een iets hogere kans om borstkanker te krijgen. De kans blijft echter klein en moet worden afgewogen tegen de voordelen van hormoontherapie (HT). Dit blijkt uit een grote meta-analyse waarover de Collaborative Group on Hormonal Factors in Breast Cancer in The Lancet heeft gepubliceerd.

Zij gebruikten gegevens van 58 studies uit de periode 1992-2018. Zij identificeerden meer dan honderdduizend postmenopauzale vrouwen die borstkanker hadden gekregen. Van hen had 51 procent HT gebruikt. De kans op borstkanker nam toe naarmate de HT langer was gebruikt, en was hoger als zowel oestrogenen als progestagenen waren voorgeschreven. Na stoppen van de behandeling hield het verhoogde risico meer dan tien jaar aan. De mate waarin was wederom afhankelijk van de duur van de behandeling. De kansverhoging was nihil bij vrouwen die minder dan een jaar hormonen hadden gebruikt. De auteurs rekenen voor wat dat betekent voor vrouwen zonder overgewicht, in rijke landen, die vanaf hun 50ste gedurende vijf jaar hormonen gebruiken vanwege overgangsklachten. In het geval van een combinatiepreparaat zou dat per vijftig gebruikers één extra geval van borstkanker opleveren. Bij alleen oestrogeen één extra geval per tweehonderd vrouwen.

In een commentaar wijst Joanne Kotsopolous erop dat vrouwen met een BMI boven de 30 die geen HT gebruiken meer kans hebben op borstkanker dan vrouwen zonder overgewicht die vijf jaar oestrogenen gebruiken. Dergelijke kanttekeningen maakten ook anderen, zoals de Britse gynaecologenclub (RCOG) die samen met de Britse menopauzevereniging een uitgebreide reactie op het artikel in The Lancet uitbracht. Aanleiding hiervoor was onrust die was ontstaan na berichtgeving over het artikel. In hun reactie stellen ze dat de bevindingen aansluiten bij eerdere onderzoeksresultaten en dat deze ondersteunen dat HT voor de meeste vrouwen veilig is. Ze wijzen er verder op dat – afhankelijk van de klachten die vrouwen van de overgang kunnen hebben – de voordelen van HT moeten worden afgewogen tegen de nadelen. Dergelijke cijfers – liefst verwerkt in een keuzehulp – kunnen bij gezamenlijke besluitvorming van pas komen.

DOI: https://doi.org/10.1016/S0140-6736(19)31709-X en 31901-4

Lees ook

Wetenschap gynaecologie borstkanker overgang
  • Sophie Broersen

    Sophie Broersen was journalist bij Medisch Contact van 2008 tot 2021. Na haar studie geneeskunde en huisartsopleiding ging zij als journalist aan de slag. Bij Medisch Contact schreef zij over geneeskunde en zorg in de volle breedte: van wetenschap tot werkvloer, van arts-patiëntrelatie tot zorg over de grens. Samen met de juristen van de KNMG becommentarieerde zij tuchtzaken. Na haar journalistieke carrière is zij in 2021 weer als arts gaan werken.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Nora Hendriks, auteur van het boek: 'Het menopauze taboe'

    huisarts, Clinica La Alegria, Calpe, Spanje

    Inhoudelijk baseer ik mij op het commentaar van de International Menopause Society op de betreffende publicatie in de Lancet. Persoonlijk ben ik van mening dat hormonale substitutie therapie al te veel in een kwaad daglicht staat in Nederland, en dat... de alarmerende conclusie die naar aanleiding van het recente artikel in de Lancet vermeld werd in diverse kranten en tijdschriften kritisch moet worden bekeken. Het is namelijk uiterst belangrijk op te merken dat deze publicatie ons niet informeert omtrent de kans op het ontwikkelen van borstkanker door de tegenwoordig aanbevolen hormoonpreparaten. Daarnaast worden mijns inziens de voordelen van hormoonsubstitutie therapie in Nederland onderbelicht.

    De cijfers in deze studie zijn grotendeels gebaseerd op diagnostiek van borstkanker en gebruik van hormoonsubstitutie vooraf aan de eerste publicatie van het Women's Health Initiative onderzoek. Daarna is het voorschrijfgedrag aanzienlijk veranderd. Bijgevolg heeft vrijwel alle opgenomen informatie betrekking op synthetische hormoonsubstitutie waarvan inmiddels bekend is dat er een nadelig effect is op de kans op het ontwikkelen van borstkanker. In het bijzonder wordt er gebruik gemaakt van de progestagenen medroxyprogesteronacetaat en norethisteron (norethindron), nu afgeraden vanwege hun bekende nadelige effecten. De analyse van gegevens uit prospectieve studies naar de effecten van andere progestagenen levert in deze studie helaas onvoldoende gegevens op om conclusies te kunnen trekken over de effecten van de huidig voorgeschreven progestagenen, progesteron en dydrogesteron. Bovendien namen de meeste vrouwen oraal oestrogeen in (in de vorm van Estradiol of CEE), wat resulteert in hoge bloedspiegels van het hormoon estrone, terwijl transdermale therapie dat niet doet.

  • DKE van Dijken

    Voorzitter Dutch Menopause Society, Amsterdam

    Is dit nieuwe informatie?
    Vanuit de WHI (2002) is bekend dat het risico op borstkanker gerelateerd is aan het type progesteron en duur gebruik. Het gaat ook in deze studie hoofdzakelijk om verouderde combinatie MHT regimes die bovendien zijn voorges...chreven bij een deels oudere populatie, met een verhoogd BMI. Conclusies worden getrokken op basis van associaties, met een groot risico op bias. Dit kan een reden zijn waarom de gerapporteerde risico’s hoger uitvallen dan in de follow up studies van grote placebo gecontroleerde RCT’s. Bovendien rapporteert de studie over borstkanker incidentie, en niet over (overall) mortaliteit.

    Wat betekent dit voor de praktijk?
    Een geïndividualiseerd beleid is van belang, waarbij risicofactoren als oa leeftijd, obesitas en alcoholgebruik moeten worden afgewogen tegen de voordelen op klachten en verbetering van kwaliteit van leven. Een verhoogd BMI resulteert in een verhoogd borstkankerrisico. Voor vrouwen jonger dan 40-45 jaar, met een a priori lager borstkankerrisico, geeft MHT juist een langere en betere levensverwachting door bescherming tegen hart-en vaatziekten, osteoporose en andere chronische aandoeningen.
    Ten aanzien van het type progesteron wordt nu internationaal, gemicroniseerd progesteron en dydrogesteron geadviseerd. Evenals duur gebruik van MHT, korter dan vijf jaar. Voor Nederland geeft deze studie geen andere inzichten. De NVOG Richtlijn Management rondom Menopauze blijft onveranderd actueel.

    Bestuur Dutch Menopause Society

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.